DSM doet reuzenstap naar specialiteitenchemie
Het Nederlandse DSM gaat zijn petrochemische activiteiten verkopen aan SABIC, de grootste petrochemische producent van het Midden-Oosten. Hoewel de verkoop geen verrassing is, ging DSM woensdag 2,6 procent hoger. DSM komt een stap dichter bij de realisatie van zijn strategisch plan Vision 2005.De verkoopprijs komt op 2,25 miljard euro. De helft ervan zal wordt betaald bij het afronden van de deal (verwacht voor juli 2002) de andere helft 4,5 jaar later. Verdisconteerd aan een marktintrestvoet van 5,5 procent geeft dit een totale huidige verkoopprijs van 2,02 miljard euro of 0,85 keer de verkopen van de petrochemische activiteiten. Dit ligt aan de bovenkant van de verwachtingen van de analisten. De activiteiten van DSM zijn gegroepeerd rond drie clusters: 28 procent van de omzet wordt gerealiseerd door de life science producten, 23 procent door performance materials en 43 procent door de polymeren en de industriële chemicaliën. Met de afstoot van de petrochemische activiteiten (polymeren) doet DSM een reuzenstap richting realisatie van strategisch plan. Tegen 2005 voorziet dit in een bijdrage aan de omzet van 80 procent voor de life science en de performance materials en van 20 procent voor de industriële chemicaliën. Door de verkoop zijn die percentages bijna gehaald. Het strategisch plan voorziet ook dat de omzet moet toenemen tot 10 miljard euro t.o. 5,6 miljard na de verkoop van de petrochemische activiteiten.DSM moet dus op de overnametoer. De vrees van de markt is hier tweeledig. Vooreerst is er de schuldpositie. Voor de verkoop had DSM een nettoschuldpositie van 867 miljoen euro en een gearing (netto schuld/groepsvermogen) van 20 procent. De betaling van de eerste helft van de kostprijs zorgt ervoor dat de groep een negatieve nettoschuld zal hebben van 280 miljoen euro. Bij een geschatte interne groei van 6 procent per jaar neemt de omzet tegen 2005 toe tot 7 miljard euro. Blijft over: 3 miljard euro aan omzet die via overnames moet worden verworven. Historisch betaalde men voor overnames in de specialiteitensector 1,5 keer de omzet, waardoor de totale kostprijs uitkomt op 4,5 miljard euro. De gearing loopt dan op tot 100 procent. Bij een geschat bedrijfsresultaat van 700 miljoen voor dit jaar impliceert dit een intrestdekkingsgetal van 3 (intrestlast van 230 miljoen euro, uitgaande van een intrestvoet van 5,5 procent op een schuld van 4,2 miljard euro) tegenover de vereist 4 voor het vasthouden aan de A kredietrating. Een kapitaalverhoging is dus niet uit te sluiten.Een tweede gevaar is de kans dat de groep haar overnames gaat overbetalen. Het afspringen van de gesprekken met Rhodia vorig jaar toont echter aan dat de groep niet tot elke prijs haar ambities wil realiseren.Door het 40-procentbelang van de cyclische petrochemische en industriële activiteiten in de groepsomzet werd DSM gewaardeerd aan ratios overeenkomstig de bulkchemie. De koerswinstverhouding van 12,7 en 9,6 voor 2002 en 2003 liggen lager dan het gemiddelde van 16,2 en 12,1 in de specialiteitenchemie. Dit geldt ook voor de EV/EBITDA van 5,6 en 4,4 tegenover 6,5 en 5,5 voor de sector. Indien de directie van de groep de investeringsstrategie niet te overhaast uitvoert, ligt een herwaardering voor het aandeel in de komende jaren in het verschiet. KDL