Landscape
In de Botanique in Brussel loopt een tentoonstelling onder de titel Landscape, georganiseerd in samenwerking met de British Council. Enkele hedendaagse Engelse kunstenaars tonen er hun relatie met het landschap. In de term landscape zelf liggen enkel dubbelzinnigheden besloten: scape verwijst onder meer naar gezicht en vormt ook de basis van het woord escape, ontsnappen. Men enige artistieke verbeelding vertaald: hoe kan men ontsnappen aan het gezicht van het landschap? Dat een stukje natuur de Engelsen na aan het hart ligt, is bekend. Tegelijk vormt het landschap er een traditioneel genre in de schilderkunst.De exposerende Engelse kunstenaars zijn met het genre van het landschap omgegaan op een hedendaagse wijze, vormgegeven in de meest uiteenlopende technieken. Er zijn fotos van Mat Collishaw, Rut Blees Luxemburg en Wolfgang Tillmans, videos van Tacita Dean en Rachel Lowe, sculpturen van Tania Kovats, Mariele Neudecker en Siobhan Hapaska, naast installaties en tekeningen, zoals bijvoorbeeld van Chad McCail, en tenslotte schilderijen van Peter Doig, David Rayson, Michael Raedecker en Paul Wistanley. Een breed spectrum dus. De tentoonstelling weerspiegelt de relatie tussen de kunstenaar en het landschap, bepaald door een hedendaagse ervaring. De gepresenteerde beelden zijn uiteengespat, opengewreven, vastgelegd in een vluchtige ritme, of zijn, integendeel, vol nostalgie. De verhouding tot het landschap is hoe dan ook ambivalent. Want de ervaring van het landschap en van de natuur blijft bij de meeste kunstenaars beperkt tot een paar bomen in een stedelijke omgeving.Er zijn ook enkele Belgische kunstenaars op deze tentoonstelling vertegenwoordigd. Ook bij hen loopt de artistieke expressie van het landschap sterk uiteen: van de fotografische impressies op plexi van Hervé Charles tot de draaiende palmbomen van Michael Van den Abeele, van de inventarisering van het nucleaire afval door Cécile Massart tot de sporen van uitgekozen sites van Wilmès en Mascaux, van de postsymbolistische doeken van Luc Tuymans tot de vermoorde bloemen van Pascal Bernier. Zowel de Engelse als de Belgische kunstenaars zijn om het landschap bezorgd.In de Botanique loopt tegelijk een andere tentoonstelling, gewijd aan twee jonge vertegenwoordigers van een Braziliaanse avant-garde, Marcia Xavier en Albano Afonso. Beide kunstenaars maken gebruik van de fotografie, als een werktuig om de werkelijkheid plastisch te herschikken. Marcia Xavier maakt fotos en installaties met motieven die vervormd worden. De optische waarneming wordt gemanipuleerd door een techniek die reeds gebruikt werd door Holbein. Marcia Xavier dematerialiseert bepaalde voorwerpen door ze voor te stellen met kronkelende lijnen, projecties en verdraaiingen. Van haar verstoorde beelden gaat een duizelingwekkende ervaring uit. In het werk van Albano Afonso worden bekende zelfportretten van Rubens, Rembrandt, David, Greco en Dürer herschapen, middels opeenstapelingen, uitwissingen en perforaties.De Botanique, Cultureel Centrum van de Franse Gemeenschap Wallonië-Brussel, Koningsstraat 236, 1210 Brussel. Tel.: 02/226.12.57. Landscape loopt in het Museum van de Botanique nog tot 12 mei. Toegang 4,5 euro. De werken van Marcia Xavier en Albano Afonso zijn nog te zien tot 28 april in de Galerij van de Botanique. Gratis toegang. Beide tentoonstellingen zijn elke dag open van 11 tot 18 uur, behalve op maandag.EinzelgängerHet Roger Raveelmuseum in Machelen-Zulte is een monografisch museum waar zon 300 schilderijen, 2500 tekeningen, een reeks objecten en een uitgebreide collectie grafiek van Raveel bewaard worden. Een selectie uit die permanente collectie is steeds te bezichtigen, maar daarnaast worden er ook tijdelijke exposities georganiseerd die een nieuw licht proberen te werpen op Raveels kunst. Ook Raveels relaties met het werk van zijn tijdgenoten, en zijn positie binnen het eigentijdse kunstgebeuren, worden in dergelijke tentoonstellingen afgetast.In de tijdelijke tentoonstelling Einzelgänger worden cruciale werken van Raveel geconfronteerd met hoogtepunten uit het oeuvre van Eugène Leroy, Philippe Morel de Boucle St. Denis, Amédée Cortier, Dan Van Severen en Maurice Wyckaert. Het gaat om zes kunstenaars die, als tijdgenoten van Raveel, hun eigen weg hebben gevolgd in de snelle opeenvolging van modieuze, tijdgebonden richtingen. Wat niet betekent dat ze onverschillig bleven voor wat er in het kunstwereld gebeurde. Hun schilderijen raken soms aan bepaalde tendensen, maar dan maar heel even, ze raken er nooit in ondergedompeld. Dit heeft tot gevolg dat ze moeilijk te catalogiseren zijn. De zes kunstenaars hebben, in de woelige jaren 60, toen het schilderen uit de mode was, picturale werken geschapen die een tijdloze kracht hebben. Het is merkwaardig hoe ze, los van elkaar, toen een belangrijk moment in hun evolutie beleefden. Dat moment laat de tentoonstelling Einzelgänger zien. Raveel legde omstreeks 1960 de basis voor zijn nieuwe visie, met een ongenadige kijk op de werkelijkheid, onder meer weergegeven via de ruimtelijke werking van het schilderij. De felle colorist Maurice Wyckaert liet de ervaring van het landschap samenvallen met de ervaring van het schilderen. Hij kwam tot een turbulente penseelvoering die het ritme van de natuur en van het bestaan zo fysiek mogelijk probeerde te vatten. De Noord-Franse schilder Eugène Leroy, die zich altijd op het noorden heeft georiënteerd, worstelde met een opdoemende en verdwijnende figuratie. Het gewicht van de verfklonters werd letterlijk een deel van het proces van schilderen. Philippe Morel de Boucle St. Denis, die in 1965 overleed, drukte zichzelf uit in donkere, bijna monochrome doeken. Amédée Cortier en Dan Van Severen ontwikkelden zich in de jaren 60 tot fundamentele en contemplatieve schilders. Ze lijken uit het constructivisme te komen, maar hebben evenzeer wortels in het Vlaamse expressionisme. Cortier ontdekte de kracht van het kleurveld. Het was alsof hij een aanloop nam naar een murale schilderkunst. Dan Van Severen schilderde zich steeds verder weg van de materie. Het betekende voor hem het begin van een vergeestelijkt beleven van drager en teken. De tentoonstelling Einzelgänger zal de echte liefhebbers van schilderkunst bevallen.Roger Raveelmuseum, Gildestraat 2-8, 9870 Machelen-Zulte. Tel.: 09/381.60.00. Tot 2 juni. Elke dag open van 11 tot 17 uur, behalve op maandag en dinsdag.Goethe achternaGalerie CG in Mechelen heeft een tentoonstelling met gravures samengesteld met als thema Goethe in Italië. Via een reeks prenten uit de 17de en 18de eeuw wordt een overzicht gegeven van de plaatsen waar Goethe verbleef tijdens zijn reis naar en in Italië. Tijdens die reis schreef Goethe dag na dag zijn wedervaren en bedenkingen op, een verslag dat later gebundeld werd in zijn boek Italiaanse reis. Goethe ving zijn reis aan in Karlsbad op 3 september 1786. De tocht leidde hem naar Verona, Venetië, Ferrara, Rome en Napels, tot op Sicilië, en dan weer terug naar Rome. De inspiratie voor deze tentoonstelling heeft de Mechelse galerie gehaald in Weimar, waar in het huis van Goethe een verzameling prenten en afgietsels van antieke beelden worden bewaard. Galerie CG, Sint-Janskerkhof 5, 2800 Mechelen. Tel.: 015/20.22.17. Tot 9 juni. Open op donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag van 14 tot 18 uur. Groepen en scholen na afspraak. Gratis toegang.Samenstelling: Bert POPELIER