Onafhankelijkheid: de ultieme Vlaamse nederlaag
Guido Naets heeft overschot van gelijk als hij de inkomenstransfers van Vlaanderen naar Wallonië aanklaagt in Laten we een punt achter België zetten (Tijd van 10 april 2002). De Vlaamse politici moeten dan ook resoluut de confrontatie durven aangaan. Deze confrontatie geschiedt evenwel al jarenlang op een onrealistische en daarom contraproductieve wijze. De Vlaamse politici hangen immers, net zoals Naets, een separatistische logica aan. Enkel de Vlaamse onafhankelijkheid, of, in een mildere variant, de splitsing van Belgische bevoegdheden zou een uitweg bieden voor het consumptiefederalisme. Het probleem is dat de meerderheid van de Vlaamse bevolking daar helemaal niet achter staat. Dit heeft voor gevolg dat de Vlaamse politici hun positie hopeloos verzwakt zien als zij communautaire onderhandelingen voeren. Hun stok achter de deur, de Vlaamse onafhankelijkheidsverklaring, zal bij gebruik doormidden breken. De Franstaligen kunnen zich steeds opwerpen als behoeders van België en zo steeds hun eisen ingewilligd zien.De terechte Vlaamse verzuchtingen dienen dus op Belgisch bestuursniveau te worden verwezenlijkt. Indien Vlaamse politici saneringen willen doorvoeren in de Franstalige zorgsector, zal dit natuurlijk aanzienlijke sociale onrust teweegbrengen. Het is juist schrik voor die agitatie die de Vlaamse partijen er in de jaren 70 toe heeft aangezet de Vlaamse meerderheidspositie op te geven en te vluchten in hun eigen deelstaat. De onafhankelijkheid daarvan zou de trieste bekroning van deze verliezersmentaliteit betekenen. Kleine staten, zoals een onafhankelijk Vlaanderen, kunnen perfect economisch leefbaar zijn. Maar dit pleit eerder tégen dan voor Vlaams separatisme. De economische argumenten waarmee Vlaamse afscheiding wordt verdedigd, kunnen immers even goed ter verantwoording van bijvoorbeeld Antwerpse onafhankelijkheid worden ingeroepen. Splitste ook Singapore zich niet van Maleisië af met economisch succes? Wie een separatistische tendens inzet, weet nooit waar die eindigt. De separatisten van vandaag zijn de unitaristen van morgen.Vlaamse onafhankelijkheid is ook onmogelijk inpasbaar in de Europese constructie. Er wordt voorgehouden dat Vlaamse afscheiding zou passen in een tendens waarbij almaar meer regios in Europa zich tot staat opwerken. Maar wat zijn regios? Is na de splitsing in 1993 Tsjechië een tot staat gepromoveerde regio? Dan verliest men uit het oog dat Tsjechië zelf uit drie regios bestaat. Regios zijn een onwerkbaar concept in de Europese staatkundeAls België uiteenvalt in twee of drie ministaatjes die allen lid willen worden van de EU, betekent dat een aanzienlijke last voor de Europese instellingen. Er moeten immers complexe en tijdrovende toetredingsonderhandelingen gevoerd worden. Bovendien zou Vlaamse secessie andere separatistische tendensen in Europa kunnen aanmoedigen. Dit zou dramatische gevolgen kunnen hebben in de nieuwe Oost-Europese lidstaten, waar de grenzen nogal willekeurig tot stand zijn gekomen.De grote vraag die de EU tegenwoordig bezighoudt, is hoe men de Europese instellingen efficiënt kan blijven besturen nu er nieuwe staten bijkomen. Als mogelijke oplossing wordt een federalisering van de EU naar voren geschoven. Dit houdt in dat de Europese instellingen rechtstreekse beslissingsmacht krijgen, zonder dat de lidstaten nog iets in de pap te brokken hebben. Een dergelijke federalisering lijkt wenselijk, wil men Europa meer internationale slagkracht geven. Doch zij houdt ook zekere gevaren in: de Europese instellingen dreigen te machtig te worden, want de democratische controle erop staat niet op hetzelfde niveau als die op de regeringen van lidstaten. Daarom zullen de lidstaten een rol blijven spelen in de EU, al was het maar als tegengewicht voor Europese federale instellingen.De opsplitsing van België kan in een dergelijk toekomstperspectief alleen maar tot narigheid leiden. Vanuit federalistisch oogpunt komt het separatisme eenzijdig de Europese bureaucratie ten goede: hoe meer verbrokkeling, hoe meer behoefte aan een overkoepelende regering. Doordat staten verbrokkelen dreigt het noodzakelijke tegengewicht te verzwakken. Bekijkt men de zaken vanuit het oogpunt van een door de lidstaten beheerste EU, dan weegt een Vlaamse staat niet op tegen de grote lidstaten. Nu al wordt de EU te veel gedomineerd door Frankrijk en Duitsland en slagen de kleine landen er niet in front te vormen. De as Parijs-Berlijn bepaalt de Europese politieke agenda. En manipuleert die vaak in het eigen nationaal belang.Het zou dus in het Europees belang zijn dat de kleine lidstaten zich niet splitsen, maar zich juist verenigen om een tegengewicht te vormen voor de grote. Zo zouden de drie Beneluxlanden steeds een gemeenschappelijk standpunt kunnen innemen in de EU. Dat zou ook andere kleine landen ertoe kunnen aanzetten om zich (binnen de EU) te groeperen, wat de bestuurbaarheid van de EU enkel ten goede kan komen. Zo zou de Benelux haar voorbeeldrol in Europa opnieuw kunnen opnemen. Bart SOENSDe auteur is redactielid van het pro-Benelux maandblad Delta