Advertentie

Regionale welvaartsfaktor

Openbaar Psychiatrisch Centrum belangrijke ekonomische entiteit

"De gezinsverpleging van geesteszieken te Geel is wereldvermaard.' Zo kan je het wat overal lezen. Maar het psychiatrisch centrum is hier ook een grote werkverschaffer, rechtstreeks en onrechtsreeks. Een belangrijke ekonomische entiteit ook in al onderscheiden bestedingsvormen. De gezinsverpleging als regionale welvaartsfaktor.

Het Openbaar Psychiatrisch Centrum in Geel bestaat uit twee vleugels: het Centrum voor Gezinsverpleging en de SANO-kliniek. Op de achtergrond van het Centrum voor Gezinsverpleging funktioneert ook een Centraal Ziekenhuis. De Sanokliniek is een regionaal psychiatrisch ziekenhuis. Zij vormen een struktureel geheel, met twee onderscheiden behandelingsprogramma's. Het Openbaar Psychiatrisch Centrum valt onder de Vlaamse Gemeenschap.

Hoofdgeneesheer direkteur dr. Herman Matheussen en administratief direkteur Frans Vaneynde wijzen gesprekken over de psyciatrie in hun instelling van de hand. "Artikels wekken al te vaak een ongezonde nieuwsgierigheid, trekken zelfs "toeristen' aan. We moeten de privacy van de mensen, van de patiënten respekteren.' De ekonomische kant van het Centrum wil de direktie wel eens toelichten, "het ekonomisch belang ervan voor de streek'.

Half miljard omzet

De omzet van het hele Openbaar Psychiatrisch Centrum bedraagt een klein half miljard. In '89 werd het boekjaar afgesloten op 473 miljoen fr. inkomsten uit de verpleegdagprijs. De personeelskosten bedragen 274 miljoen, het kostgeld (vergoeding voor de verpleeggezinnen) 106 miljoen. De overige 93 miljoen zijn voor de werkingskosten.

Het Centrum funktioneert als een ziekenhuis en haalt zijn inkomsten dus uit de verpleegdagprijs. Die bedroeg op 1 januari jl. alles inbegrepen 1.511 fr. in het Ziekenhuis. Voor het verblijf in een verpleeggezin wordt de vergoeding berekend op 70 %. "Daarmee hebben wij de goedkoopste verpleging van het ganse land, zegt de direktie. Dat komt ten dele door de gezinsverpleging waardoor wij relatief weinig personeel hebben.'

Globalizerend spreekt de ziekenhuisdirektie over een duizendtal patiënten. Het precieze aantal verschilt van dag tot dag. In pleeggezinnen verblijven er een kleine 800 (op de dag van het gesprek 791). In het Centrale Ziekenhuis van de Gezinsverpleging telt men er ruim honderd. Een vijftigtal patiënten verblijft in de diensten van de Sanokliniek.

Het gehele Centrum telt zo'n 300 personeelsleden in vaste dienst. Daarbij komen nog een 60-tal gesubsidieerde kontraktuelen (GEKO's), voor een groot deel speciale bewakers. Werverschaffing dus voor zowat 360 mensen

Onder het vaste personeel 10 geneesheren. Verder vier psychologen, een apoteker en een leraar lichamelijke opvoeding. Verplegenden zijn er 120. Helpers en bewakers 40. Ruim 20 mensen verlenen allerlei zorgen: maatschappelijk assistenten, opvoeders, ergoterapeuten, kinesisten, logopedisten, diëtisten, e.a. Het Centrum heeft een 30- tal mensen in administratieve en 50 in technische dienst. De vrouwen hebben onder het personeel uit een beperkte meerderheid (ruim 55 %).

In de psychiatrische ziekenhuizen rekent men op 0,7 personeelsleden per patiët. Hier in het Centrum is dat O,3. Voor één funktie die 24 uur op 24 uitgeoefend wordt het hele jaar door heeft men 6,3 personen nodig. Dit is "wat één stoel kost'. wordt Die 6,3 wordt hier opgevangen door het pleeggezin.

Kostgeld

De verpleegdagprijs is wat de instelling ontvangt, het kostgeld wat aan de verpleeggezinnen betaald wordt. De verpleegdagprijs bedroeg vorig jaar (met een inhaalbedrag) ruim 1.000 fr. Het Centrum staat in voor allerlei dagelijkse zorgen en terapie.

Het kostgeld zelf bedraagt 333 tot 444 fr. Het basisbedrag is 333 fr. Dat wordt verhoogd afhankelijk van vijf komponenten. Drie slaan op het komfort in de woning waar de patiënt verblijft: lopend water op de kamer, centrale verwarming op de kamer, een badkamer in de woning. Twee andere hangen van de hulpbehoevendheid van de patiënt af: als die ouder is dan 65 jaar, of die ook een fysische handicap heeft. Alle toeslagen samen kan het kostgeld dan oplopen tot 444 fr.

Een pleeggezin ontvangt per patiënt tussen de 10.000 en 13.000 fr. per maand. De vergoedingen worden uitbetaald om de drie maanden. Er zijn zo'n 650 pleeggezinnen hier. Die kunnen een tot drie patiënten hebben ("kostgasten' noemen zij die), drie is evenwel een uitzondering. Samen bracht dat de betrokken bevolking van Geel vorig jaar meer dan 100 miljoen op.

Aktiviteit en hulp

In principe zijn de patiënten de hele dag in het gezin. Dat hangt evenwel af van de bezigheid die ze er kunnen hebben.

Steeds minder vinden in het gezin voldoende aktiviteit, een derde slechts. De anderen kunnen dan terecht in de dagcentra die over het hele grondgebied verspreid zijn.

Zo'n 300 komen daar dagelijks bezigheid zoeken en hebben er de mogelijkheid tot konsultatie. Een laatste derde van de patiënten is inaktief, heeft zorgen nodig.

Vroeger was er veel vraag naar hulp van mannelijke patiënten op veld en akker. Maar veel kleine landbouwbedrijven zijn verdwenen en de andere gemechanizeerd. Het is zelfs moeilijk geworden voldoende landbouwgezinnen te vinden voor de patiënten die daarom vragen.

Nu is er meer vraag van de pleeggezinnen naar vrouwen. Die kunnen een handje toesteken in het huishouden, boodschappen doen, met de kinderen naar school gaan enz.

Ook het niet betaalde werk van de patiënten, de klusjes die ze klaren, de opvang van de kinderen hebben hun waarde in de gezinnen. Die worden al eens vergeleken met de prestaties van ongeschoolde werkkrachten. Maar ook de mogelijkheden van de patiënten die werk aankunnen, zijn veel geringer dan van echte werknemers. Zowel hun uithoudingsvermogen als de moeilijkheidsgraad van hun werk is beperkt.

Zakgeld

Tot 1972 was dit Centrum een "gesticht', geen ziekenhuis. De patiënt verloor toen al zijn sociale rechten. Toen had men ook wel meer valide patiënten. Nu behouden de kronische patiënten een inkomen uit verlengde kinderbijslag, uit ziektegeld, werkloosheid of pensioen, een inkomen voor minder validen.

Van het beschikbare inkomen van 15.000 tot 20.000 fr. uit de Sociale Zekerheid betaalt de patiënt een remgeld aan het ziekenhuis. Afhankelijk van de eigen gezinstoestand van de patiënt is dat zo'n 170 tot 240 fr. Op een maand gaat van dat inkomen dus zowat 7.500 fr. remgeld af.

De overblijvende 7.000 tot 12.000 fr. besteedt de patiënt aan kledij en is zijn zakgeld. Dit persoonlijk geld wordt beheerd door de patiënt zelf. Eventueel door een voorlopig beheerder, via volmacht, die daartoe aangeduid is door de vrederechter. Dat is dan een persoon los van de instelling. Het is wel een medisch team dat bepaalt hoeveel zakgeld een patiënt kan beheren. Maar voor velen is dat vrij.

Alles samen levert het Openbaar Psychiatrisch Centrum een finke bijdrage aan de gemeenschap van Geel via het verblijf van 360 personeelsleden die er meestal wonen en hun inkomsten besteden. Ook de 800 patiënten besteden hun zakgeld en 650 gezinnen vinden in hun opvang een bijverdienste. Het Centrum is ook belangrijk voor de afzet van handelaars in de streek. Een en ander brengt dan weer belastingen op voor staat en gemeente. En tenslotte zijn er ook de niet-vergoede pretaties die de patiënten leveren in hun gezinnen. Het Openbaar Psychiatrisch Centrum is een belangrijk "bedrijf'in Geel.

Advertentie
Advertentie
Advertentie
Advertentie
Gesponsorde inhoud