Spring
In de galerie van Nadja Vilenne in Luik wordt een groepstentoonstelling gebracht van een voor een commerciële galerie erg uitzonderlijk niveau. Acht kunstenaars komen aan bod: Ann Veronica Janssens, Sylvie Macias-Diaz, Orla Barry, Honoré dO, Gauthier Hubert, Guy Mees, Anne Daems en Suchan Kinoshita. De acht kunstenaars die allen een uitgesproken avantgardistische beeldtaal hanteren - gaan in deze haast museale groepstentoonstelling een mooie verbinding met elkaar aan. Toch is er niet echt een thema dat hen bindt, zelfs hun stijl en de onderwerpen die ze behandelen zijn erg uiteenlopend: Orla Barry en Anne Daems tonen beiden een reeks fotos, Guy Mees, Gauthier Hubert, Ann Veronica Janssens en Suchan Kinoshita creëerden ter plekke een nieuwe installatie, Sylvie Macias Diaz brengt een reeks objecten en Honoré dO bracht een deel van een installatie die hij dit jaar vervaardigde voor een school in Rouen over naar Luik.Wat deze kunstenaars verbindt, is een bijzondere gevoeligheid om bepaalde onderwerpen te benaderen en daaraan gekoppeld een totaal vrije uitdrukkingswijze. Immers, behalve Anne Daems drukken elk van deze kunstenaars zich uit in sterk gevarieerde media: nu eens gebruiken ze materiaal dat ze vinden (Kinoshita, Honoré dO), dan weer maken ze een schilderij als ze dat nodig vinden (Gauthier Hubert) of nemen ze de camera in de hand (Orla Barry). Enkele van de werken die hier worden getoond, waren eerder reeds elders te zien: zo wordt van Orla Barry de reeks Foundlings getoond (eerder op de biënnale van Leuven te zien). Foundlings is een reeks van 11 kleurenfotos van reusachtige keien die langs de branding in het water liggen. De keien zijn op zon gevoelige wijze benaderd dat het haast lijkt of Barry portretten van ze maakt. Van Anne Daems wordt de reeks fotos getoond die bij Micheline Szwajcer in première ging, het gaat om een reeks portretten van mannen die in treinstations aan de toog pintjes drinken net voor ze huiswaarts keren. Erg subtiel is de installatie van Guy Mees die naast het uitzonderlijke en fel begeerde neonwerk Verloren Ruimte uit 1964 ook met twee recentere werken (Ingebeeld ballet 1998 en Zonder titel, 1996) de galerieruimte aankleedt en accentueert. Van de Waalse kunstenares Sylvie Macias Diaz aan wier jonge oeuvre Nadja Vilenne afgelopen jaar een hele expositie wijdde, zijn nu twee kleine werkjes te zien: LIgloo en La Particule. Het oeuvre van Macias Diaz is erg speels maar tegelijkertijd subtiel, haast ongezien en zonder retoriek verwijst ze in haar objecten, die dikwijls ogen als maquettes, naar de essentiële eigenschappen van de dingen. Van Ann Veronica Janssens wordt onder meer een nieuwe creatie getoond die een spel speelt met het optische vermogen van toeschouwers. Langs de muren van de galerie bracht Janssens een reeks papieren gekleurde cirkels aan. Wanneer je de felgekleurde cirkels die zich scherp aftekenen tegen de witte muren lang genoeg bekijkt, gaan ze als blinde vlekken blijven dansen voor je ogen. Honoré dO en Sushan Kinoshita brengen het meest complexe werk: zoals steeds bestaan hun installaties uit kleine gevonden objecten, wegwerpmateriaal en dergelijke. Kinoshita vertelt hier een erg specifiek verhaal terwijl Honoré dO zich opnieuw grotendeels laat inspireren door de condities van de ruimte die de galerie biedt. Gauthier Hubert ten slotte brengt in zijn wat duivelse onschuld de installatie Repugnantia in de burelen van de galerie, waar hij een uiterst politiek statement doet aan de hand van fotos, schilderijen, tekeningen en objecten die als een puzzel in elkaar schuiven en erg scherpe maatschappelijke connotaties oproepen.Spring tot 30 juni bij Nadja Vilenne galerie, Rue du commandant Marchand 5, Luik. Open van donderdag tot zaterdag van 14 tot 18u en op zondag van 11 tot 18u. Tel. 04/227.19.91.Marie-France en Patricia MartinVan Marie-France en Patricia Martin, tweelingzusjes uit Parijs (maar wonend in Brussel), waren afgelopen jaar verschillende werken te zien in Vlaanderen. Zo werden de zusjes uitgenodigd voor een solotentoonstelling bij HAL in Antwerpen, waar ze een performance organiseerden en de restanten van deze voorstelling later als tentoonstelling aan de bezoekers aanboden. Hetzelfde procédé wordt toegepast in het werk An Unmade Sculpture dat dezer dagen getoond wordt bij Les Témoins Oculistes in Brussel. Ook nu weer is niet de performance zelf te zien maar restanten ervan, ditmaal is dat een reeks van dertien fotos die de kunstenaars maakten tijdens de performance. De performance zelf vond plaats op het Sint-Jansplein in Antwerpen, waar in het kader van de tentoonstelling (They say this is the) Place - net als de tentoonstelling in HAL georganiseerd door curator Edith Doove - een sculptuur van Dan Graham werd opgesteld. De zussen Martin maakten tijdens de performance met water en zeep dit beeldhouwwerk schoon terwijl ze ook fotos van elkaars schoonmaakactiviteiten namen. Met dit soort werk willen de kunstenaars onder meer identiteitsvragen aan de orde stellen: vragen over vrouwelijkheid, feminisme, rollenpatronen.An Unmade Sculpture van de zussen Martin was ook te zien op Art Brussels waar het van heel wat passanten op veel reactie kon rekenen. Dat is wellicht te wijten aan de brede interpretatiewaaier die in dit werk verscholen ligt en de onmiddellijke vatbaarheid van het werk. Nu mag dit laatste beslist een kwaliteit inhouden, tegelijk maakt het het werk ook vrijblijvend en weinig specifiek, waardoor het dan weer aan kracht inboet.An Unmade sculpture, tot 2 juni bij Les Témoins Oculistes, Vierde Augustusplein 11, 1040 Brussel. Open van vrijdag tot Zondag van 14 tot 19u. Tel. 02/734.01.86.Samenstelling: Els ROELANDT