Wildgroei
De Global Entrepreneurship Monitor (GEM), de jaarlijkse peiling naar het aantal starters in 37 landen wereldwijd, was weer geen opsteker voor Belgie. Hier blijkt maar 3 procent van de volwassen bevolking betrokken bij het opzetten van een eigen zaak. Daarmee draagt Belgie de rode lantaarn in West-Europa. Uit de studie blijkt ook dat de ondervraagde starters dat vooral doen omdat ze een gat in de markt zien, en minder uit economische noodzaak. Die laatste bestaat er in Belgie en zeker in Vlaanderen nauwelijks. Behalve een goed sociaal vangnet beschikt onze regio nog over heel wat grote multinationale bedrijven die goed voorzien in werkgelegenheid. En daar ligt een troost: in die bedrijven scoort de zin voor ondernemerschap dan weer vrij hoog, zo bleek nog niet zo lang geleden uit een studie van de Flander's Business School. Daarin doen de Vlaamse bedrijven het goed op criteria als innovatiekracht, risicobereidheid, autonomie, enzovoort - beter zelfs dan Nederland. Toch maken de Vlaamse en Waalse minister van Economie, Jaak Gabriels en Serge Kubla, zich zorgen. De dramatische daling van het aantal starters in Belgie is nu niet iets waar je ongeveer een jaar voor de regionale verkiezingen als minister van Economie op zit te wachten. Temeer daar ze enkele jaren geleden nog elk met een speciaal plan kwamen aanzetten om het ondernemerschap te stimuleren. Bovendien blijkt uit een recent onderzoek van Unizo dat 30 procent van de jongeren het wel ziet zitten om ooit een eigen zaak uit de grond te stampen. Vorige week voegden de beide ministers aan hun bestaande plannen een reeks nieuwe maatregelen toe, ook al zijn het voorlopig nog maar voorstellen: fiscale stimulansen voor leningen aan ondernemingen met een hoge risicofactor, kredieten tegen nultarief aan starters, de oprichting van de eenpersoonsvennootschap, uitstel van betaling van fiscale en sociale lasten voor jonge starters en snelle betaling van facturen door openbare diensten. De voorstellen klinken allemaal mooi, maar heel wat ondernemers fronsen wellicht het voorhoofd. Als deze maatregelen er al doorkomen, dan nog kan je je de vraag stellen of ze zoveel zoden aan de dijk zetten. Het gaat om alweer een pak nieuwe maatregelen, die ontstaan naast de bestaande en voor heel wat papieren rompslomp zorgen. Alweer een nieuw fonds, alweer een nieuw adviesorgaan of alweer een fiscale stimulans zijn mooi, maar de overheid zou starters en bestaande ondernemers misschien beter moeten begeleiden doorheen het bos van nieuwe en oude regels, documenten en instanties. Als klap op de vuurpijl lijkt overigens ook het ondernemersloket, de instantie bij uitstek die ondernemers moest wegwijs maken in dat woud, te vertroebelen. Het lijkt het voorwerp te worden van een ondoorzichtige wildgroei aan loketten en een concurrentie-instrument in het verzuilde werkgeverslandschap. Van een uniek ondernemersloket is geen sprake meer. Tom Michielsen