S&P500, Nasdaq, Dow Jones, Dax, CAC40... elk land beschikt over een of meer beursindices, die zijn samengesteld uit een ‘korf’ karakteristieke aandelen. De markten volgen de schommelingen van die indices op. Heel wat wereldindices, zoals de MSCI World, bundelen de belangrijkste nationale indices. Die indices zijn niet statisch. Ondernemingen uit de indices moeten aan precieze criteria voldoen. Dat maakt dat de samenstelling van de korf in de loop van de tijd verandert. Sommige bedrijven stappen erin, andere verdwijnen. Omdat hun omvang wijzigt, of omdat het rendement, de liquiditeit evolueert.
Een ‘passief’ beheer, dat de voorbije 20 jaar steeds populairder geworden is, kopieert die indices. Bij zo’n beheer koopt u dezelfde aandelen met dezelfde weging. Fondsen die zo worden opgebouwd, zijn indexfondsen. Zij passen zich automatisch aan aan de wijzigingen in de samenstelling van de index die ze weerspiegelen. Sommige indexfondsen zijn op de beurs genoteerd en dus net als beurswaarden verhandelbaar op de markten. Dat zijn beursgenoteerde indexfondsen. Maar ze zijn ook bekend onder de naam trackers of ETF, exchange-traded funds.
Warren Buffett, een van de grootste beleggers ter wereld en oprichter van Berkshire Hathaway, steekt het niet onder stoelen of banken. In zijn testament geeft hij zijn echtgenote de raad om 90 procent van haar vermogen te beleggen in een indexfonds dat de S&P500 volgt, een van de belangrijkste Amerikaanse indices. De kosten van de S&P500 worden zo laag mogelijk gehouden. De samenstelling van dat fonds past zich automatisch aan aan een index: Warren Buffett loopt dus duidelijk niet hoog op met fondsbeheerders.
Men moet wel toegeven dat het beleggingsuniversum over de decennia heen aanzienlijk gegroeid is. Slechts enkelen kunnen zich – al was het maar een beetje – meten met het ‘orakel van Omaha’. Door in het beste geval na 2 of 3 jaar van goede prestaties te vermijden dat het rendement weer daalt. Dat verklaart ook de massale ‘migratie’ van beleggingen naar indexfondsen.
‘De MSCI World omvat 3.000 bedrijven, waarvan de waarde goed is voor ruim 90 procent van de totale waarde van de wereldbeurzen’, weet Jacques Berghmans, medeoprichter van TreeTop AM. ‘Die ‘index van indices’ biedt het voordeel dat het risico gespreid wordt en dat er wereldwijd rendement wordt behaald. De index vertegenwoordigt ook alle sectoren. Beleggers profiteren dus tegelijk van het hogere rendement van Amerikaanse bedrijven, traditiegetrouw beheerd in functie van de belangen van de aandeelhouder, van de potentiële groei van Azië, enzovoort.’ Zo regelt men zonder kopzorgen de gulden regel bij beleggingen, namelijk de optimale allocatie van de activa (op het juiste ogenblik op de juiste plaats in de juiste sector aanwezig zijn). Bovendien zijn de commissies van indexfondsen laag, omdat de waarden in portefeuille slechts gekocht of verkocht worden wanneer de index wijzigt, wat slechts maximum enkele keren per jaar gebeurt (de gemiddelde levensduur van ondernemingen van de S&P500 bedraagt 40 jaar). Nog een voordeel? De belegger kan zeer gemakkelijk de prestaties van zijn portefeuille opvolgen.
Maar niet alle indexfondsen zijn even waardevol. Zo behaalt driekwart van de indexfondsen die verkocht worden door banken een rendement dat lager ligt dan de markt. Hoe komt dat? Omdat het meestal gaat om ‘pseudo-indexfondsen’. Zij wijken af van de referentie-index met het risico dat bepaalde regio’s en/of sectoren oververtegenwoordigd zijn, hetgeen koste wat het kost vermeden moet worden. Maar daardoor kunnen de financiële instellingen wel bijkomende commissies opstrijken… ‘Ik vind dat je consequent moet zijn. Als je mikt op indexfondsen, moet het beheer automatisch gebeuren’, zegt Jacques Berghmans. ‘Onze toekomstige indexstrategie zal de MSCI World index op de voet volgen. Wij blijven trouw aan onze overtuiging dat het rendement van de beurs op lange termijn onklopbaar is. Als je in 1950 een vermogen in een indexfonds had belegd, zou dat vandaag 60 keer meer waard zijn. Met zulke beleggingen neem je louter een beursrisico, en geen beheersrisico.’ TreeTop zal ook systematische ‘dekkingen’ toepassen om wisselkoersrisico’s te vermijden. Uit statistieken blijkt dat het wisselkoersrisico op zeer lange termijn – 30 of 40 jaar – wordt uitgevlakt. Maar op een horizon van 10 tot 15 jaar, courant voor beleggingen, kan een dekking nuttig zijn.