Advertentie

‘Ik huil er tranen en bloed om'

©Coll. privée/Musée des Lettres et Manuscrits, Paris

Geschreven in de Bastille, geseind door Interpol, overgevlogen met een privéjet en na 30 jaar opnieuw in Frankrijk. 200 jaar na de dood van schandaalauteur Markies de Sade wordt zijn pervers manuscript ‘120 dagen van Sodom’ voor het eerst tentoongesteld in Parijs.

‘Als man betrad hij de gevangenis. Hij kwam er buiten als schrijver.’ Dat citaat van Simone de Beauvoir omschrijft de tentoonstelling over Markies de Sade in het Parijse instituut voor Brieven en Manuscripten het treffendst. Hoewel van Franse adel bracht Donatien Alphonse Francois de Sade ruim 27 jaar van zijn leven (1740-1814) door in gevangenschap. Voor zijn seksuele uitspattingen, maar ook omdat hij zich afzette tegen het hof, het katholicisme, de morele wetten en de doodstraf. Op zijn 44ste werd hij opgesloten in de Bastille, waar hij de definitieve versie van ‘120 dagen van Sodom’ schreef. In zijn ‘meest onkuise verhaal ooit’ sluiten vier rijke mannen zich vier maanden lang op een in kasteel waar ze meer dan 40 mannen en vrouwen seksueel misbruiken, martelen en uiteindelijk doden.

  • 7 miljoen euro voor een manuscript lijkt veel, maar is geen record.
  • Microsoft-oprichter en miljardair Bill Gates kocht Leonardo Da Vinci’s Leicest er Codex (1506-1510) in 1994 voor 24,3 miljoen euro bij Christie’s. De 72 velletjes wetenschappelijke theorieën zijn in spiegelschrift geschreven.
  • Het manuscript waarin Albert Einstein samen met wetenschapper Michele Besso tot zijn beroemde relativiteitstheorie komt, werd in 2012 gekocht door een privéverzamelaar voor 22 miljoen euro.
  • Een van de vier overblijvende versies van de Magna Carta (1297), het charter over vrijheden van de leenmannen, werd bij Sotheby’s verkocht voor 14,8 miljoen euro aan miljardair David Rubinstein.

De Sade’s meesterwerk, een 12 meter lange rol van aaneengeplakte dunne blaadjes, ligt in een glazen kast in het midden van een ronde zaal in het hoofdkwartier van Aris- tophil, de onderneming die het manuscript dit jaar voor 7 miljoen kocht. De lange kast is aan de onderkant bedekt met spiegels, om beide kanten van de rol te kunnen lezen. Er is ook een vergrootglas. Het is de enige manier om het minuscuul geschrift dat de Sade in het halfdonker in de herfst van 1785 neerpende te kunnen lezen. De Sade rolde het manuscript op in een lederen etui en stopte het tussen de stenen van zijn cel vanwaaruit hij - amper twee weken voor de inname van de Bastille - overgeplaatst werd naar een psychiatrische instelling in het zuiden van Parijs.

De Sade heeft nooit geweten dat het manuscript werd gered: hij dacht dat het voorgoed verloren ging. ‘Ik huil er tranen van bloed om’, schreef hij in 1793 in een brief aan zijn advocaat. Die brief wordt samen met enkele andere brieven van de Sade rond het manuscript tentoongesteld, zonder dieper in te gaan op de inhoud of de literaire waarde van het manuscript.

Dat komt omdat de expo vooral focust op de Sade’s leven, zijn libertinisme (het absolute vrijdenken) en zijn invloed door de eeuwen heen. Ze toont hoe de Sade meer is dan het sadomasochisme en dat hij zich met zijn aanklacht tegen de burgerlijke moraal in een traditie van grote denkers plaatst. ‘We hebben allemaal een fout beeld van de Sade’, zegt de curator Jean-Pierre Guéno. ‘Hij was vooral een vrijdenker.’

Met meer dan 120 brieven en manuscripten in een relatief beperkte ruimte, is de expo niet bepaald diepgaand. Maar er zijn genoeg topstukken om indruk te maken, zoals het handgeschreven gedicht van Baudelaire en Rimbaud over de anus (‘Le Sonnet du trou du cul, 1872) en collages van Max Ernst. Die laatste tonen aan hoe groot de Sade’s invloed op de surrealisten was: ze noemden hem zelfs de ‘Goddelijke Markies’. de Sade blijft tot diep in de 20ste eeuw intrigeren: denk maar aan de sadomasochistische roman ‘Histoire D’O’ (van Pauline Réage), in originele editie, maar ook aan de songteksten van Serge Gainsbourg. Op de vraag of hij iemand anders (behalve zichzelf) zou willen zijn, antwoordde die ooit: ‘Markies de Sade.’

Het manuscript blijft het pronkstuk van de expo. Niet zonder reden: de rol keert na meer dan 30 jaar terug naar Frankrijk. Dankzij Gerard Lhéritier, voorzitter van het beleggingsfonds Aristophil, dat zich specialiseert in de aankoop van manuscripten. Serge Nordmann, zoon van een Zwitserse verzamelaar van erotische boeken, bood het Lhéritier te koop aan. ‘Ik viel haast van mijn stoel,’ herinnert Lhéritier zich. ‘Ik sprong meteen in het vliegtuig naar Genève.’ Er was maar één probleem: het manuscript was als gestolen kunstwerk gesignaleerd door Interpol - en kon dus niet terug naar Frankrijk. Het manuscript werd in 1982 gestolen van Nathalie de Noailles, een afstammelinge van de Sade, en later doorverkocht aan Nordmann.

We hebben allemaal een verkeerd beeld van Markies de Sade.

Jean-Pierre Guéno
Curator

Vervolgens onderhandelde Lhéritier meer dan drie jaar met zowel de Franse als de Zwitserse erfgenamen, die in 2014 beslisten om het Interpol-signalement op te heffen. Lhéritier betaalde de families elk 3,5 miljoen euro en haalde het manuscript in maart op met een privévliegtuig.

Of 7 miljoen euro een goede prijs is? ‘Het werd verzekerd door Lloyds voor 13 miljoen, dat zegt genoeg, nee?’ grijnst Lhéritier. ‘Ik denk niet dat ik het ooit zal verkopen’, vervolgt hij. ‘Daarvoor zou iemand toch met veel geld over de brug moeten komen. Trouwens, het moet iemand uit Frankrijk zijn, want het manuscript mag Frankrijk niet meer verlaten als het, zoals ik vermoed, wordt erkend als nationaal erfgoed. Anders hebben we Interpol weer aan ons been.’

‘Sade, markies van de schaduw en prins van het licht.’ Loopt tot 18 januari in het Instituut voor Brieven en Manuscripten in Parijs. www.museedeslettres.fr

Lees verder
Advertentie
Advertentie
Advertentie
Advertentie
Gesponsorde inhoud