opinie

Investeer niet langer in het ontmantelen van een leefbare toekomst

Groen roept vandaag , op Global Disinvestment Day, al haar leden en mandatarissen op om massaal financiële instellingen (pensioenfondsen, banken, verzekeringsmaatschappijen) en andere investeerders aan te schrijven en hen daarbij te vragen niet langer te investeren in die bedrijven die investeren in de exploitatie van fossiele brandstoffen. Lokale en andere besturen in Vlaanderen moeten opgeroepen worden om niet samen te werken met financiële instellingen die investeren in de fossiele brandstofindustrie. Ook in Nederland lopen acties voor de zogenaamde 'fossielvrije gemeenten'.

Door Meyrem Almaci, Bart Staes, Hermes Sanctorum

©BELGA

Tot nog toe ontbrak België op de lijst van Europese landen (in oa.Finland, Frankrijk, Nederland, Duitsland, Noorwegen, Zweden én Vaticaanstad) waar de zogenaamde divestment of desinvesteer campagnes (een honderdtal) al op volle toeren draait. Daar wil Groen samen met burgers, maatschappelijke organisaties, bedrijven én de overheden vanaf komend weekend verandering in brengen.

De nieuwe beweging (de organisatie 350.org nam het voortouw) die oproept om zoveel mogelijk kapitaal terug te trekken uit de fossiele-brandstofindustrie kwam niet toevallig op gang door jonge mensen, aan Amerikaanse universiteiten. Intussen is er een wereldwijde 'divestment movement' gegroeid in Noord Amerika, Europa en Australië. En de respons neemt overhand toe: investeringsfondsen, sociale verenigingen, kerken, individuele kapitaalkrachtigen, trekken hun geld (reeds 50 miljard dollar) terug uit de sector van de fossiele brandstoffen. Vorig jaar kondigde ook de filantropische stichting van de Rockefeller-familie aan dat ze hun investeringen in fossiele brandstoffen schrappen. In Nederland riep de organisatie 'Fossielvrij Nederland' samen met de milieubeweging het grootste pensioenfonds in Nederland ABP op om hun geld terug te trekken uit bedrijven zoals Shell, Exxon Mobil en Chevron.

In het kort komt het hier op neer: als we als wereldgemeenschap ervoor willen zorgen dat de atmosfeer niet verder opwarmt dan 2 graden Celcius, zoals internationaal in Kopenhagen afgesproken, dan moeten we er volgens de wetenschap voor zorgen dat zeker twee derde van alle wereldwijde reserves aan steenkool, olie en gas in de bodem blijft. Of met andere cijfers: er mag om die temperatuurstijging te beperken tot 2 graden, maximaal (maar dan ook echt maximaal) 2900 gigaton CO2 in de atmosfeer terecht komen. In 2011 zaten we al 1900 gigaton. Volgens sommige computer modellen van het IPCC zitten we al aan driekwart van de doelstelling van maximaal 2 graden stijging.

Het is dus nogal contraproductief en zagen aan de takken waar onze kinderen en kleinkinderen opzitten om te blijven investeren in die bedrijven die hun bestaansreden ontlenen aan het ontginnen van fossiele brandstofvoorraden. Het gaat concreet om wereldwijd 200 privé bedrijven, die zeker een kwart van alle voorraden beheren. Volgens schattingen beheren die privé-bedrijven en landen die zich gedragen als oliebedrijven (denk aan Venezuela en Kuwait) een voorraad aan fossiele brandstoffen die goed is voor bijna 3000 gigaton CO2. Nogmaals, om het doel van 2 graden te halen moet volgens experts zo’n 70 tot 80% van die voorraden in de bodem blijven.

Blijven we dus massaal in die fossiele industrie investeren dan ondermijnen we niet alleen een leefbare planeet in de nabije toekomst, we doen ook aan roekeloze investeringen. We spreken immers van een 'carbon bubble' in de economie, omdat die bedrijven op middellange termijn veel investeringen zullen moet afschrijven. De vraag is heel eenvoudig: willen investeerders hun geld investeren in een sector zonder enig toekomstperspectief? Het is niet alleen zeer onethisch, maar ook economisch dom.

De economische 'koolstof luchtbel' is enorm.

De economische 'koolstof luchtbel' is enorm. Volgens een recente studie die de Europese groenen lieten uitvoeren investeert de Europese financiële industrie voor liefst 1000 miljard euro in de fossiele brandstof-business (een derde zijn pensioenfondsen, 480 miljard van banken en de rest van verzekeringsmaatschappijen). Dat is een pak geld dat beter geïnvesteerd kan worden in de energiebronnen van de toekomst. De economische groei zal dan wellicht iets later komen, maar ze zal komen én dat vooral op een nog leefbare planeet. Desinvesteer of herinvesteer is dus de boodschap.

Eind dit jaar is het er op of eronder op de klimaatconferentie in Parijs. Daar moet een akkoord tot stand komen met bindende doelstellingen. Christina Figueres , de hoogste VN-klimaatonderhandelaar wees er begin februari op om de verwachtingen over een juridisch bindend klimaatakkoord in Parijs, dat de 2 graden respecteert, niet teveel op te schroeven, omdat "daarvoor de reductietoezeggingen van alle landen te klein blijven". Figueres zei ook dat de internationale gemeenschap de komende vijftien jaar liefst 90.000 miljard dollar zal investeren in infrastructuur. De cruciale vraag is dus: zal de bulk van dat geld geïnvesteerd in duurzame technologie, of blijven we hangen in een fossiele logica van de vorige eeuw?

Eén zaak wordt duidelijk door de desinvesteringscampagnes: we zijn niet veroordeeld om machteloos toe te kijken op de inertie van fossiele politieke leiders. Burgers, verenigingen, banken, pensioenfondsen, universiteiten, lokale besturen kunnen zelf ook hun verantwoordelijkheid opnemen. Door te stoppen met investeren in de winning van energie die onze toekomst vernietigt. En door in de plaats daarvan te investeren in energie en technologie die voor een schone toekomst zorgt voor onze kinderen en kleinkinderen.

 

Meyrem Almaci, voorzitter Groen

Bart Staes , Europees parlementslid Groen

Hermes Sanctorum, Vlaams parlementslid Groen

Lees verder
Gesponsorde inhoud