Hoe speurt u naar de juiste fondsen en trackers?
Voor beginnende beleggers zijn beleggingsfondsen en trackers een goede manier om met een beperkt bedrag op een gespreide manier in de beurs te stappen. Maar het aanbod is gigantisch en de rendementsverschillen zijn groot. Hoe maakt u de juiste keuzes?
Beleggingsfondsen en trackers hebben veel gelijkenissen. Met een zeer beperkt bedrag kunt u beleggen in honderden aandelen of obligaties tegelijk. Bovendien hoeft u zich van de selectie van de aandelen of obligaties niets aan te trekken. Een professionele belegger doet dat voor u en volgt van minuut tot minuut wat op de financiële markten gebeurt.
Volgens de recentste cijfers van de fondsenfederatie Beama belegden Belgen eind september voor 235 miljard euro in fondsen en trackers. Het gros van dat geld zit geparkeerd in de niet-beursgenoteerde fondsen die u bij uw bank kunt kopen. Maar meer en meer beleggers vinden ook de weg naar de trackers of beursgenoteerde indexfondsen - ook passieve Exchange Traded Funds (ETF’s) genoemd - die vooral bij de onlinebrokers populair zijn. Die trackers zijn goedkoper, omdat ze niets anders doen dan een marktindex kopiëren. De klassieke beleggingsfondsen proberen net beter te doen dan de marktindex en rekenen daarvoor hogere kosten aan. Maar hoe kiest u uit dat ruime aanbod?
1/ Hoe kies ik een fonds?
Stel: u wil beleggen in een aandelenfonds dat wereldwijd en in alle sectoren belegt. Dan hebt u de keuze uit honderden klassieke beleggingsfondsen die in ons land beschikbaar zijn. De fondsen hebben alle dezelfde doelstelling: beter doen dan de wereldwijde aandelenindex MSCI World, die u ook met een goedkope tracker kunt volgen. In de praktijk blijkt slechts een minderheid van die fondsen in die doelstelling te slagen.
Een gouden regel om die minderheid op te sporen bestaat helaas niet. Niemand kan voorspellen of een fonds beter zal presteren dan de index. Ook de prestatie van het fonds uit het verleden biedt geen enkele garantie. Enkele aandachtspunten kunnen de keuze wel gemakkelijker maken. Fondsen die er in het verleden in slaagden beter te doen dan de index en die prestatie behaalden met een grote regelmaat, hebben een grotere kans dat in de toekomst ook te doen. Achter die regelmaat schuilt vaak kwalitatief beheer, een consequent beleggingsproces en een goed uitgebouwd analistenteam. Bij de Fund Awards, die de zakenkranten De Tijd en L’Echo elk jaar toekennen aan de best presterende fondsen, staat de regelmaat van de prestatie centraal.
Fondsen die met veel regelmaat goed presteren, hebben een grotere kans dat in de toekomst ook te doen. Want achter de regelmaat schuilt vaak kwalitatief beheer, een consequent beleggingsproces en een goed uitgebouwd analistenteam.
Daarnaast is de prestatie van een fonds in een neergaande markt belangrijk. Die zegt vaak iets over het risico dat de fondsbeheerder neemt. Om daarvan een idee te krijgen, kan het lonen de prestatie van het fonds in een slecht beursjaar - bijvoorbeeld 2022 - te vergelijken met die van andere fondsen in dezelfde beleggingscategorie.
U hoeft zich uiteraard niet alleen te baseren op het verleden. Fondsbeheerders die beter willen doen dan de index moeten in de eerste plaats andere aandelenkeuzes maken dan die index. Nogal wat beleggingsfondsen, de zogenaamde indexknuffelaars, blijven dicht bij de index om te vermijden dat ze veel slechter presteren. Hun prestatie blijft dan wel in lijn met die van de index, maar door de kosten doen ze altijd minder goed.
Nogal wat beleggingsfondsen, de zogenaamde indexknuffelaars, blijven dicht bij de index om te vermijden dat ze veel slechter zouden presteren dan de index.
Knuffelaars kunt u op enkele manieren opsporen. Van sommige fondsen vindt u de ‘active share’ op de productfiche. Dat is een percentage dat aangeeft in welke mate het fonds van de index afwijkt. Hoe hoger het percentage, hoe actiever het fonds. Een percentage van 70 is een minimum om van een actief fonds te spreken. Staat dat percentage niet op de fiche, dan kunt u ook de grootste tien posities van het fonds vergelijken met die van de index. Zijn er weinig verschillen, dan hebt u wellicht te maken met een indexknuffelaar.
Verder spelen de kosten een rol. Die kosten zijn de eerste zekerheid die u hebt als u in een fonds belegt. Vermijd fondsen die meer dan 2 procent kosten per jaar aanrekenen, want dat betekent dat de beheerder elk jaar opnieuw minstens 2 procentpunten beter moet doen dan de index om de tracker te kloppen. Naast de jaarlijkse kosten zijn er bij fondsen ook instapkosten. Die betaalt u eenmalig en kunnen oplopen tot meer dan 3 procent, al zijn er ook aanbieders die geen instapkosten aanrekenen.
2/ Hoe kies ik een tracker?
Wie niet de moeite wil doen op zoek te gaan naar geschikte fondsen, of een non-believer is van actief beheer, kan terecht bij de trackers. Maar vergis u niet, ook daar wordt u geconfronteerd met keuzestress. Voortgaand op bovenstaand voorbeeld heeft de belegger die een tracker zoekt die de MSCI World schaduwt de keuze uit tientallen trackers die op Europese beurzen noteren. Om een keuze te maken, zijn opnieuw enkele aandachtspunten belangrijk.
Omdat u op zoek bent naar de trackers die de index het best schaduwen, staan de kosten centraal. Hoe hoger die zijn, hoe meer de tracker afwijkt van de index. De kostenverschillen bij trackers zijn kleiner dan bij fondsen, maar ze zijn er wel. Voor trackers op MSCI World liggen de kosten tussen 0,12 en 0,38 procent per jaar. Voor minder toegankelijke indexen kunnen de kostenverschillen hoger oplopen.
Ik raad aan trackers op kleine indexen, of thematische en sectorindexen te mijden. Bij die ETF’s liggen de jaarlijkse kosten vaak een stuk hoger dan bij de eenvoudige trackers op brede indexen.
‘Lage kosten zijn de essentie van het ETF-beleggen om een groot kostenvoordeel met klassieke bankfondsen uit te buiten. Daarom raad ik aan trackers op kleine indexen, of thematische en sectorindexen te mijden. Bij die ETF’s liggen de jaarlijkse kosten vaak een stuk hoger dan bij de eenvoudige trackers op brede indexen. Ik geef de voorkeur aan trackers waarvan de kosten onder 0,20 procent per jaar liggen’, zegt Tim Nijsmans, docent private banking aan de Arteveldehogeschool.
Naast de jaarlijkse kosten van de tracker zelf, moet u rekening houden met het makelaarsloon dat uw broker aanrekent voor de aan- en verkoop van de tracker. De verschillen tussen brokers kunnen groot zijn, zeker als u kiest voor trackers die noteren op andere Europese beurzen dan Euronext.
Een derde, minder zichtbare kostencomponent is het verschil tussen bied- en laatkoersen. Omdat trackers beursgenoteerd zijn, worden ze verhandeld tegen een beurskoers, niet tegen de intrinsieke waarde. De marktmakers afficheren die koersen. Hoe kleiner de tracker, hoe kleiner vaak de liquiditeit en hoe groter het verschil tussen de biedkoers, waartegen u koopt, en de laatkoers, waartegen u verkoopt.
Voor een tracker neem ik als vuistregel een minimumgrootte van 100 miljoen euro. Die drempel hanteren de meeste institutionele beleggers.
Om die reden is voor trackers kiezen die voldoende groot zijn aangewezen. ‘Als vuistregel neem ik een minimumgrootte van 100 miljoen euro. Die drempel hanteren de meeste institutionele beleggers’, zegt Stephan Desplancke van het onafhankelijk adviesbureau Toward. ‘Het dagelijkse volume op de beurs van een tracker is niet onbelangrijk, maar dat is slechts een klein deel van de totale liquiditeit. Vermijd daarom ook te kleine ETF’s die pas werden gelanceerd. De liquiditeit op de beurs is zeer beperkt, wat hogere kosten impliceert.’
Daarmee samenhangend speelt ook de uitgever van de tracker een rol, meent Nijsmans. ‘Een grote tracker die een groot bedrag mag beheren, heeft meer kans te blijven bestaan dan de kleinere trackers die vaak gefuseerd of uitbetaald worden. De trackermarkt biedt grote schaalvoordelen voor de grote jongens. Daarom hebben spelers als iShares, SPDR en Vanguard vaak een voordeel’, zegt hij.
Nog een factor die een rol kan spelen, is de manier waarop de tracker de index nabootst. De meeste trackers doen dat door fysiek in de aandelen te beleggen. Ze kopen niet altijd alle aandelen van de index en vermijden soms de kleinste componenten daarvan. Het gaat dan om een gedeeltelijke fysische replicatie. Andere trackers bootsen de index na via afgeleide producten. Dat is de synthetische replicatie.
Ik zou alleen voor synthetische trackers kiezen als het niet anders kan, bijvoorbeeld voor ETF’s die grondstoffenprijzen volgen.
‘Ik geef vooral de voorkeur aan fysieke ETF’s met volledige of gedeeltelijke replicatie. Je bent dan eigenaar van de aandelen. Ik zou alleen voor synthetische trackers kiezen als het niet anders kan, bijvoorbeeld voor ETF’s die grondstoffenprijzen volgen’, zegt Desplancke.
Ook de fiscaliteit speelt een belangrijke rol bij ETF’s. De beurstaks die u bij de aan- en verkoop van een tracker betaalt, kan oplopen van 0,12 procent tot 1,32 procent. De taks is onder meer afhankelijk van het feit of de tracker geregistreerd is in ons land. Kiest u voor een tracker die geen dividenden uitkeert en die geregistreerd is in België, dan betaalt u bij zowel de aan- als verkoop 1,32 procent beurstaks. Kiest u voor een kapitalisatietracker op dezelfde index die niet geregistreerd is, dan betaalt u 0,12 procent beurstaks. Daarom vraagt u het best vooraf aan uw broker welke beurstaks van toepassing is.
3/ Hoe kies ik tussen fonds en tracker?
Dat slechts een minderheid van de actieve fondsen erin slaagt de index te kloppen, betekent nog niet dat u ze maar beter vermijdt. ‘Veel hangt af van het beoogde investeringsdoel en de gekozen markt’, zegt Knut Huys van Deutsche Bank. ‘Investeren beleggers voor de lange termijn of willen ze eerder snel en tactisch inspelen op een macro-economische gebeurtenis? Willen ze de prestatie van de gekozen markt benaderen, of willen ze juist via actief beheer het kaf van het koren laten scheiden? Hoe minder efficiënt de gekozen markt en hoe uitgebreider haar universum, hoe meer toegevoegde waarde actief beheer biedt’, zegt Huys.
Uit onderzoek blijkt dat fondsenbuizen bijvoorbeeld moeilijk de Amerikaanse beurs kunnen verschalken omdat die zeer efficiënt is. Het percentage Belgische aandelenfondsen dat de Bel20 klopt, is veel groter. Dat heeft onder meer te maken met de Brusselse beurs, die eerder klein is en veel kleine aandelen bevat die voor grote professionele beleggers niet interessant zijn en dus niet opgevolgd worden. Dat leidt tot inefficiënties in de markt, waarvan actieve beleggers profiteren. Ook bij fondsen die beleggen in groeimarkten liggen de slaagpercentages van actieve fondsen hoger.
Hoe minder efficiënt de gekozen markt en hoe uitgebreider haar universum, hoe meer toegevoegde waarde actief beheer biedt.
Een andere reden om voor een fonds te kiezen is dat u daarmee gemakkelijker een gemengde portefeuille van aandelen en obligaties verkrijgt. Dat kan aangewezen zijn als u minder risico wil nemen en een kortere beleggingshorizon heeft. U kunt uiteraard ook een gemengde portefeuille bouwen met een aandelen- en obligatietracker, maar dat vraagt meer opvolgwerk voor de belegger om het percentage aandelen in lijn te houden met uw risicoprofiel. ‘U hoeft dus niet te kiezen tussen fondsen en trackers, maar u kunt beide combineren, afhankelijk van de omstandigheden’, zegt Huys.
4/ Wat als ik niet zelf wil kiezen?
Wie zo weinig mogelijk energie in de zoektocht wil stoppen en dus zoveel mogelijk uit handen wil geven, heeft grosso modo twee mogelijkheden. Ofwel kiest u voor de persoonlijke relatie met uw bankier en klopt u aan bij uw bank. Ofwel kiest u voor een robotadviseur of onlinebroker.
In beide gevallen kunt u niet rond een minimale inspanning. U moet altijd een vragenlijst invullen waarmee uw risicoprofiel wordt bepaald. Op basis van uw profiel doet de bank of de broker dan een voorstel voor een portefeuille van fondsen of trackers.
U moet altijd een vragenlijst invullen waarmee uw risicoprofiel wordt bepaald. Op basis van uw profiel doet de bank of de broker dan een voorstel voor een portefeuille van fondsen of trackers.
Doorgaans stelt uw bankkantoor u vooral de eigen huisfondsen voor. Vaak gaat het om profielfondsen. Dat zijn fondsen die zowel in aandelen als in obligaties beleggen. Het gewicht van de aandelen is afgestemd op het risico dat u wil nemen. Voor die fondsen betaalt u vaak instapkosten, die gemiddeld rond 2,5 procent uitkomen. Voorts moet u rekening houden met jaarlijkse kosten, die tussen 1 en 1,5 procent per jaar liggen. Die worden dagelijks in de inventariswaarde van het fonds verwerkt, zodat u ze niet apart betaalt. Let wel, voor die fondsen is het niet eenvoudig na te gaan of ze beter presteren dan de index, net omdat het gemengde fondsen zijn. De fondsenhuizen zetten ze dan ook zelden af tegenover een gemengde referentie-index, zodat vergelijken moeilijker is.
U kunt bij de bank uiteraard ook uw voorkeur laten blijken voor een puur aandelenfonds als dat binnen uw risicoprofiel valt. Tenzij u een privatebankingprofiel hebt, kunt u ook in dat geval veelal kiezen uit de huisfondsen van de bank. Of die ook beter presteren dan de index is verre van zeker. Een kritische blik is zeker aan te raden.
Een alternatief is een rekening bij een online broker of een robotadviseur openen. Ook die stelt uw risicoprofiel op. In functie daarvan kunt u een modelportefeuille kiezen. Die modelportefeuilles zijn vaak samengesteld uit goedkope trackers. Maar vergis u niet. Voor het beheer van de portefeuille betaalt u aan de broker of robotadviseur jaarlijks beheerskosten die in de buurt van 1 procent liggen. Vermeerderd met gemiddelde kosten van 0,20 procent voor de trackers komt u dan ook aan een totaal kostenpercentage van 1,2 procent per jaar. U belegt dan wel in goedkope trackers, het kostenvoordeel is kleiner dan u zou denken.
Meest gelezen
- 1 Urenlang ondervraagd en huizen doorzocht: Didier Reynders verdacht van witwassen via loterijspelen
- 2 Ondernemer Filip Balcaen mengt zich in dealjacht onder verzekeringsmakelaars
- 3 Vooruit legt nultolerantie alcohol op federale onderhandelingstafel na ongeval Tom Waes
- 4 Belasting op fossiele bedrijfswagens dreigt met 10 procent te stijgen
- 5 Antwerpse diamantwijk in ‘zwaarste crisis ooit’ door boycot, labostenen en afhakende Chinezen