Netto Het antwoord op al uw geldvragen
Advertentie

Class action à la Belge nu al ter discussie

De Belgische class action - officieel de vordering tot collectief herstel - ligt nu al onder vuur. Robert Wttervulghe, professor aan de UCL, vraagt de gedeeltelijke vernietiging van de wet. Volgens hem laat de wet de consumenten en de aandeelhouders te vaak in de kou laat staan.
Advertentie
Voor veel situaties zoals kettingbotsingen biedt de procedure tot collectief herstel geen soelaas. ©Photo News

Sinds 1 september 2014 is het mogelijk om een groepsvordering in te stellen. Maar tot nu werd die nieuwe mogelijkheid  niet benut. De procedure moet het voor consumenten die alle slachtoffer zijn van eenzelfde schadeverwekkend feit makkelijker maken om een schadevergoeding te bekomen. Denk aan abonnees die af te rekenen krijgen met ongehoorde prijsverhogingen of aan bestuurders van auto's met slecht werkende remmen.

Volgens professor en advocaat Wttervulghe, daarin bijgetreden door zijn raadsman Laurent Arnauts, zal de wet in de praktijk vaak een lege doos blijven. Arnauts is ook bekend als advocaat van de Fortis-gedupeerden.

De advocaten voeren een hele reeks argumenten aan om aan te geven dat de groepsvordering absoluut geen wondermiddel is.

In eerste instantie is de procedure maar mogelijk als de oorzaak van de schade plaatsvond na 1 september 2014. Consumenten die benadeeld werden door feiten die zich voor 1 september hebben voorgedaan, vallen daardoor uit de boot en dat is volgens Wttervulghe discriminerend.

Voorts wijzen de advocaten erop dat het actieterrein strikt is afgebakend. Lang niet alle schade komt voor een groepsvordering in aanmerking. Ze biedt geen soelaas voor beleggers die de waarde van hun aandelen in rook zien opgaan, ook niet als dat het gevolg is van mismanagement of van marktmanipulaties. Ook bij grote rampen zoals grote kettingbotsingen of de gasramp van Gellingen biedt de procedure geen uitweg.

Verder kunnen alleen erkende consumentenorganisaties of een beperkt aantal verenigingen die geen commercieel doel nastreven, de gedupeerden vertegenwoordigen. Advocaten kunnen niet als groepsvertegenwoordiger optreden. Daarmee wilde de wetgever vermijden dat de procedure zou leiden tot een tsunami aan procedures. Nu leidt de wet echter tot een quasimonopolie voor de consumentenorganisatie Test-Aankoop. Als die niets onderneemt, blijft de consument even goed in de kou staan.

Volgens Arnauts is het hemeltergend dat de groepsvertegenwoordiger op eigen houtje kan beslissen om de betwisting op te lossen met een minnelijke schikking. Om zo'n schikking te treffen, heeft de vertegenwoordiger immers niet altijd het fiat nodig van de slachtoffers. 'In de praktijk is de verleiding groot om zo'n akkoord te sluiten. Want als een groepsvertegenwoordiger zoals Test-Aankoop de procedure verderzet en die verliest, is het best mogelijk dat ze veel van de gemaakte kosten zelf moet dragen. Dan wordt procederen een structureel verlieslatende activiteit. De publiciteitskosten alleen kunnen oplopen tot 200.000 euro', aldus Arnauts. Volgens de advocaat is de kans dus reëel dat de groepsvertegenwoordiger het zekere voor het onzekere zal nemen en een minnelijke schikking zal treffen waarmee de gedupeerden niet altijd gebaat zijn.

'We zijn niet tegen de wet', verzekert Arnauts. De advocaten hebben wel moeite met het feit dat de deur voor gedupeerde consumenten nu slechts op een kier staat. 'Wij vinden dat de grote poort moet opengaan en dat ook advocaten als groepsvertegenwoordiger moeten kunnen optreden', besluit Arnauts.

De minister van Justitie , Koen Geens ( CD&V) beloofde al om de wet aan een evaluatie te onderwerpen en het toepassingsgebied uit te breiden. 'Dat initaitief kunnen we alleen maar toejuichen', aldus Arnauts.

Advertentie
Advertentie
Advertentie
Gesponsorde inhoud