1. Kreeg u als kind zakgeld of werkte u om geld te verdienen? En waaraan gaf u het uit?
‘Ik kreeg geen zakgeld, maar mijn ouders betaalden alle noodzakelijke uitgaven (kleding, studies, ontspanning en uitstapjes). Ik had het geluk dat hun zaak goed draaide. Daardoor konden ze die primaire zaken zonder problemen betalen. Maar ze werkten hard en we leerden al snel dat geld niet uit de lucht komt vallen. Voor ‘extraatjes’ en reizen, of als ik meer wou uitgaan, moest ik werken.’
2. Waaraan geeft u geld uit zonder te tellen en waarvoor zou u daarentegen geen euro uitgeven?
‘Ik heb twee dochters van 12 en 13 jaar en er is één zaak waarvoor ik niet reken en waarover ik nooit nadenk: de uitgaven voor hun studies en hun buitenschoolse activiteiten. Maar ik heb een principe: wie zich inschrijft voor een sport of lessenreeks moet ernaartoe gaan, tot het einde. Ze moeten eerst nadenken vooraleer ze zich engageren. Ik duld grillen noch verspilling. Ik zou daarentegen geen euro uitgeven aan een abonnement van een voetbalclub.’
3. Wat is de belangrijkste geldles voor een zelfstandige?
‘Omzet en winst niet verwarren. Dat lijkt vanzelfsprekend, maar veel starters maken die fout. De inkomsten schommelen. Maar intussen moet je wel je personeel, de vaste kosten, de leveranciers en de belastingen betalen, maar ook investeren en niet vergeten om iets aan de kant te zetten voor slechtere tijden of voor het pensioen.’
4. Beheert u actief uw financiën?
‘Mijn man werkt in een bank. Hij zit dus aan de bron. Maar wij hebben dezelfde visie en houden alles heel transparant. We zijn voorzichtig en vooruitziend en diversifiëren onze beleggingen.’
5. Wat is de grootste miskoop die u gedaan hebt?
‘Oh, ik heb vaak spijt van kleine aankopen. Zoals die hartslagmeter voor als ik ga joggen, die ik nooit heb gebruikt. Vroeger heb ik eens een reis geboekt die helemaal niet beantwoordde aan wat er beloofd was. Dat zijn gemiste kansen, maar ik trek het mij niet te veel aan. Ik ga gewoon voort.’
6. Koopt u via internet?
‘Ja, af en toe. Als het snel moet gaan. Voor een cadeau waarvan ik niet weet waar ik het kan kopen. Of om een kledingstuk te vinden dat niet meer beschikbaar is in mijn maat. Maar ik koop het liefst in een winkel, waar ik de producten kan zien en voelen.’
7. Als u gaat winkelen, kiest u dan vooral voor kleine zelfstandigen, zoals dat past in uw functie?
‘Uiteraard. En niet alleen door mijn werk. De producten zijn er kwalitatief beter dan in de supermarkten. Ik heb mijn ouders altijd zien kopen bij kleine zelfstandigen. Het is dus een gewoonte geworden, maar dan wel een heel zinvolle.’
8. Hebt u al eens een vriend of een naaste financieel geholpen?
‘Mijn ouders, die een grote voedingswinkel hadden, gaven vaak hun onverkochte goederen of producten die de houdbaarheidsdatum bijna overschreden hadden aan mensen die het moeilijk hadden. Ik heb dat altijd fantastisch gevonden. Ze pasten daarentegen een nultolerantie toe tegenover nalatige wanbetalers. Zelf help ik starters door raad te geven, gratis en met plezier. Hulp hoeft niet per se financieel te zijn.’
9. Wordt uw belastinggeld goed besteed? Als u zou kunnen kiezen, wat zouden uw prioriteiten zijn?
‘Ik heb geen idee van de precieze bestemming van ons belastinggeld. Dat is allemaal niet zo transparant en er zal zeker veel verspilling zijn. Persoonlijk zou ik in eerste instantie investeren in onderwijs en in de opleiding van werklozen en ik zou stoppen met ‘luxesystemen’ te subsidiëren, zoals tijdskrediet. Je kunt mensen die tijdskrediet nemen niet op dezelfde voet stellen als zij die zwaar ziek zijn en wel elke steun verdienen.’
10 Bereidt u al uw pensioen voor?
‘Absoluut niet. Ik denk er niet aan en ik droom er niet van. Ik ben 45 en ik moet nog 20 of 25 jaar werken. Maar ik doe wel aan pensioensparen. Mijn droom is gezond te blijven en nog lang te kunnen werken.’