1. Wanneer krijg ik 1,1 procent opslag?
Misschien krijgt u die opslag niet. De loonnorm, die om de twee jaar wordt vastgelegd en bepaalt hoeveel de loonkosten mogen stijgen, zegt niet hoeveel opslag u krijgt, maar in welke mate het budget dat uw werkgever gemiddeld per werknemer aan lonen en aanverwanten besteedt, mag stijgen.
U moet zich een breuk voorstellen. Bovenaan in de teller komt de som van wat uw werkgever betaalt om de geleverde arbeid van zijn werknemers te vergoeden. Onderaan in de noemer komt hoeveel uur alle werknemers samen hebben gepresteerd. Het resultaat van de breuk mag eind 2018 4 procent hoger liggen dan eind 2016.
Er wordt verwacht dat de automatische indexering - de verplichte aanpassing van de lonen aan de stijging van de levensduurte - al 2,9 procent van die marge opsoupeert. Er blijft dus 1,1 procent over voor ‘echte’ opslag.
Extreem gesteld kan uw werkgever die marge aan één favoriete werknemer geven en aan de rest van de werknemers louter de indexering. Zo’n vaart zal het niet lopen, maar er wordt dus niet opgelegd of en hoe die marge wordt aangewend. Het is een maximum, geen verplichting. Een werkgever kan beslissen de lonen enkel te indexeren. Of hij kan voorstellen de brutolonen niet te verhogen, maar meer te storten in het pensioenfonds of het bedrag van de maaltijdcheques op te trekken.
In de meeste sectoren komt er eerst een overleg waar wordt bepaald of een deel van de marge in de hele sector op dezelfde manier wordt aangewend. Daar kan worden afgesproken de brutolonen met 0,5 procent op te trekken in de sector. Daarna kan in het bedrijf een onderhandeling volgen over de overige 0,6 procent.
2. Hoeveel blijft netto over?
Het goede nieuws is dat er een marge is voor reële opslag, boven op de indexering. Dat was al even geleden. Maar ze klinkt niet spectaculair in procenten en zal dat evenmin in centen zijn.
In de tabel kunt u het netto-effect aflezen als een brutoloon met 1,1 procent of met 4 procent verhoogt, voor arbeiders of bedienden, een alleenstaande of een gezin. Het gaat om enkele tientallen euro’s per maand.
‘Dat is berekend met de geldende schalen voor de bedrijfsvoorheffing’, verduidelijkt Dirk Wijns, directeur bij de hr-dienstverlener Acerta. ‘De komende jaren worden die schalen aangepast en zal er netto nog iets meer overblijven.’
Het is ook niet zeker dat de brutolonen over alle niveaus heen 1,1 procent opgetrokken worden. ‘Een bedrijf kan kiezen voor centen in plaats van procenten’, zegt Wijns. Bij een lineaire verhoging in procenten stijgen de hoogste lonen meer dan de lage. ‘Je kan ook iedereen 50 euro extra geven. Op een laag loon is dat relatief een hogere toegift dan op een hoog loon.’
3. Ik krijg als verkoper een commissie op mijn verkoop. Mag die niet meer dan 1,1 procent hoger?
Jan Vanthournout, juridisch adviseur bij de hr-dienstverlener SD Worx, licht toe: ‘Het systeem met een loonnorm dateert van 1996, maar er is nooit vastgelegd wat in de loonmassa zit. Een rondzendbrief van de toenmalige minister Miet Smet maakte duidelijk dat het gezond verstand moest regeren. Wie meer commissie verdient door beter te verkopen, mag die krijgen als het systeem om de commissie te berekenen behouden blijft en niet plots gunstiger wordt.’
Goed twintig jaar later is in een wet een definitie van loon vastgelegd. Het omvat onder meer vergoedingen in geld, natura en premies. ‘De vraag is wat met de nota-Smet zal gebeuren’, zegt Vanthournout. ‘Allicht blijft die een belangrijke leidraad. Daaruit kan je afleiden dat premies en bonussen die stijgen door betere prestaties buiten de loonnorm vallen.’ Dat geldt ook voor de niet-recurrente winstparticipatie.
Hetzelfde geldt voor baremieke verhogingen voor werknemers die een bepaald aantal jaren in dienst zijn. Een werkgever die zijn totale loonmassa daardoor boven de norm ziet stijgen, wordt daarvoor niet bestraft. ‘Het wordt wel lastig om dat precies te berekenen’, verwacht Vanthournout.
Het belang van straffen is wel toegenomen. Er zijn nu boetes in de wet ingeschreven voor werkgevers die hun loonmassa meer dan geoorloofd laten stijgen en die bedragen tot 5.000 euro per werknemer (voltijds equivalent). Tot nu stelde de sociale inspectie nooit pv’s op voor het overschrijden van de loonnorm, maar het is de bedoeling dat die vrijblijvendheid verdwijnt en dat de controle verstrakt.
4. Mijn werkgever sluit een afdeling en hij ontslaat een groep collega’s. Knagen hun ontslagpremies aan de marge?
Nee, enkel vergoedingen voor geleverde prestaties worden als loon gezien. Het gaat dan bijvoorbeeld om een bedrijfswagen of een storting in een groepsverzekering, maar niet om ontslagpremies. Die zijn geen vergoeding voor prestaties.
5. Omdat de zaken goed draaien, wil mijn werkgever een nachtploeg invoeren. Ik wil daarin terechtkomen en zou dan meer per uur verdienen. Maar kan dat binnen de loonnorm?
Nachturen zijn duurdere uren voor een werkgever. ‘Ook bij zulke situaties stelde de nota-Smet dat het mogelijk moet zijn om als bedrijf te groeien. Het is niet de bedoeling dat de loonnorm het invoeren van een nachtploeg onmogelijk maakt’, zegt Vanthournout.
6. Ik hoop dit jaar meer overuren te presteren. Betekent dat dat ik voor de rest geen opslag kan krijgen?
Nee, ook overloon wordt buiten de loonnorm gehouden. ‘Maar er is nog een onduidelijkheid overgebleven’, stipt Vanthournout aan. ‘De wet definieert wat als loon moet worden meegerekend (de teller van de breuk), maar niet wat in de noemer hoort. Reken je met de uren die iemand volgens zijn arbeidsovereenkomst moet presteren of met de daadwerkelijk gepresteerde uren? Het gaat dan om overuren, maar ook om ziektedagen waarop de werknemer niet presteert maar de werkgever wel het loon betaalt. Daarover heerst nog onzekerheid.’
7. Ik werk in een snel groeiend jong bedrijf. Mijn werkgever heeft stilaan ruimte om me een stevige opslag te geven. Mag dat?
‘Mijn algemeen advies is: wacht op de sector-cao, en zet voor de rest je loon- en promotiebeleid door’, zegt Vanthournout. ‘Maar jonge bedrijven zitten inderdaad in een lastige situatie. Ze hebben vaak nog geen uitgewerkt loonbeleid met barema’s, maar ze willen wel hun beste mensen aan boord houden.’
‘In principe kunnen ze geen gewone opslag geven van meer dan 1,1 procent. Ik verwacht dat er met gezond verstand naar hun situatie wordt gekeken. Maar ook daarover is er juridisch nog onzekerheid.’