Door de indexsprong worden de lonen in ons land tijdelijk niet meer automatisch aangepast aan de levensduurte. Tegenover de indexsprong staan steeds vaker individuele loonsverhogingen, zo stelt het adviesbureau Korn Ferry Hay Group vrijdag.
Voor het tweede jaar op rij blijft de gemiddelde loonsverhoging in België achter op die in de buurlanden. Zo verwacht Korn Ferry Hay Group in 2016 een salarisstijging van 2,9 procent in Duitsland, van 2,5 procent in het Verenigd Koninkrijk en Nederland en van 1,9 procent in Frankrijk.
Concurrentiepositie verbetert
'Voor het eerst sinds lang zien we dat gedurende twee jaar de concurrentiepositie van België tegenover de buurlanden inzake loonkosten verbetert', stelt Walter Janssens, partner bij het adviesbureau. Dat heeft te maken met overheidsmaatregelen om die concurrentiepositie te verbeteren, zoals loonmatiging via een indexsprong.
Loonsverhogingen worden steeds meer toegekend op basis van individuele prestaties en specifieke competenties.
Door die indexsprong 'is een collectief automatisme van salarisstijgingen ook voor 2016 opgeborgen', stelt het adviesbureau, maar dat betekent niet dat de lonen helemaal niet stijgen. 'Loonsverhogingen worden steeds meer toegekend op basis van individuele prestaties en specifieke competenties', klinkt het.
'Ingedekt door de wat betere economische vooruitzichten, redeneren bedrijven dat ze moeilijk voor het derde of vierde jaar op rij géén loonsverhoging kunnen geven aan mensen die goed presteren', legt Janssens uit.
Korn Ferry Hay Group voert jaarlijks een wereldwijd beloningsonderzoek uit. Wereldwijd verwacht het volgend jaar een salarisstijging van 2,5 procent, de grootste toename in drie jaar. Azië scoort het best (6,4 procent), terwijl in Noord-Amerika en Europa de lonen met gemiddeld 2,8 procent zouden stijgen.