Het aantal Belgen met een pensioenspaarfonds groeide in de eerste negen maanden met 23.000 naar 1.438.000. In 2013 steeg dat aantal slechts met 14.000. Als ook rekening wordt gehouden met wie een pensioenspaarverzekering heeft, sparen 2,9 miljoen landgenoten of 64 procent van de werkende bevolking voor een derdepijlerpensioen. De eerste pijler is het wettelijk pensioen en de tweede pijler het aanvullend bedrijfspensioen.
De netto-instroom, het verschil tussen het gespaarde bedrag en de terugbetalingen, bedroeg in de eerste negen maanden 239 miljoen euro, dubbel zoveel als over heel 2013. 'Aangezien veel Belgen pas in het vierde kwartaal geld storten in hun pensioenspaarfonds kan het bedrag oplopen naar het hoge niveau van 2009', zegt Myriam Vanneste, ondervoorzitster van Beama. In 2009 steeg het gespaarde bedrag tot een uitzonderlijk hoog niveau van 470 miljoen.
Vanneste ziet verscheidene redenen voor de grotere populariteit van het pensioensparen. 'De mooie rendementen van de pensioenspaarfondsen zetten aan tot sparen. De lage rente doet spaarders alternatieven zoeken met een hoger rendement. Ten slotte is het vertrouwen teruggekeerd.'
De netto-instroom en de stijging van de markten hebben het vermogen van de 16 Belgische pensioenspaarfondsen doen stijgen naar 15,3 miljard euro. Dat is 930 miljoen meer dan eind 2013.