Concreet verlaagt Deutsche Bank de basisrente op het DB Plus-boekje van 0,25 naar 0,10 procent. Ook de getrouwheidspremie zakt van 0,15 naar 0,10 procent. Daarmee halveert de totale opbrengst van die spaarrekening van 0,40 naar 0,20 procent. De verlaging geldt wel alleen voor bestaande klanten. Deutsche Bank opent geen nieuwe DB Plus-rekeningen meer. Maar met een vergoeding van 0,20 procent legt de bank wel een nieuwe bodem onder de spaarrente. Sinds 15 december lag het dieptepunt op 0,25 procent.
Deutsche Bank behoorde vroeger nochtans tot de prijsbrekers op de Belgische markt. ‘Maar de huidige marktomstandigheden maken het ons - maar ook andere banken - moeilijk om op het vlak van spaarboekjes nog het verschil te maken. We proberen die vergoeding zo hoog mogelijk te houden, maar door de recente beslissingen van de ECB moeten we onze tarieven wel aanpassen. Op andere vlakken, zoals personal banking of beleggen, blijven we wél competitief’, zegt woordvoerder Jean-Michel Segers.
Behalve bij de DB Plus zet Deutsche Bank ook het mes in de tarieven van de E-Fidelity en E-Saving Account. Zo brengt die laatste maar 0,60 procent meer op in plaats van 0,80. Bij de E-Fidelity zakt de basisrente van 0,30 naar 0,20 procent, en de getrouwheidspremie van 0,80 naar 0,70 procent. Weet dat de verlaging van de basisrente onmiddellijk ingaat, terwijl de nieuwe getrouwheidspremie pas van toepassing wordt zodra je getrouwheidsperiode van twaalf maanden gepasseerd is.
Ook spelers als Axa en Evi snoeiden de voorbije dagen in hun spaartarieven. Wellicht zullen er nog volgen, al hebben de grootbanken BNPParibas Fortis, KBC, Belfius en ING België voorlopig geen plannen om hun tarieven nog te laten zakken. ‘Maar de bodem kan zeker nog een stukje lager’, meent KBC-econoom Koen De Leus. Banken houden voor hun spaartarieven onder meer rekening met de ECB-rente. Die bedraagt nu 0,05 procent. Daarnaast wordt gekeken naar de rente op 2 jaar. ‘In Duitsland, maar ook in België, is die licht negatief. Dat maakt het voor banken moeilijk om een fatsoenlijke vergoeding te bieden op de spaarboekjes’, zegt De Leus. Positief voor de consument is dat de inflatie laag staat en dus niets van je rendement opeet.
Is het ondenkbaar dat een spaarboekje niets meer opbrengt? Of erger, dat we moeten betalen om ons geld te parkeren? ‘Zeg nooit nooit, maar banken zullen toch altijd bereid zijn een bepaalde vergoeding op hun boekjes te bieden, omdat spaargeld voor hen een veilig werkmiddel is. Dankzij het depositogarantiestelsel halen spaarders bij een financiële crisis hun rekening immers niet snel leeg. Zonder die boekjes zouden banken vaker moeten aankloppen op de interbankenmarkt, en de geschiedenis heeft geleerd dat die al eens op slot kan gaan.’