Boven een bepaalde maximumprijs (huur en lasten) wordt het bijzonder moeilijk een woning of appartement verhuurd te krijgen. Die limiet verschilt naargelang de stad, de wijk, het soort woning, enzovoort. Een eigenaar die een woning wil verhuren, doet er goed aan die limiet niet te overschrijden. De huurlasten, de kosten die boven op de normale huurprijs komen, spelen daarin een belangrijke rol.
We nemen het voorbeeld van een gebouw uit de jaren 50 in het Brussels Gewest, met lift maar zonder conciërge. Het gebouw telt tien appartementen die bijna allemaal even groot zijn en dus ongeveer 10 procent van de vaste lasten vertegenwoordigen. Op het energieprestatiecertificaat van de appartementen staat de zeer slechte score ‘G’ vermeld. De huurprijs schommelt tussen 600 euro (voor sommige huurders die er al zeer lang wonen) en 900 euro (voor nieuwe bewoners).
Op een volledig jaar zijn de gemeenschappelijke en persoonlijke lasten (persoonlijk verbruik van verwarming en water) goed voor een maandelijks bedrag van 230 euro per maand. Als de huur 600 euro bedraagt, komen de lasten dus uit op nog eens 40 procent van de huur extra.
Onderhoud
De gemeenschappelijke kosten (werkelijke uitgaven) die de huurder moet betalen, omvatten minstens de elektriciteit van de gemeenschappelijke delen (met inbegrip van de elektriciteit voor de lift en de centrale verwarming), de schoonmaak (personeels-kosten, water) en het onderhoud van de gemeenschappelijke delen (verwarmingsketel, boiler, brandblussers).
Er kan ook een provisie voor de verwarming en het water aan toegevoegd worden als de installaties gemeenschappelijk zijn en vervolgens per appartement worden opgesplitst.
Sommige verhuurders bepalen in de huurovereenkomst dat de huurder bijdraagt in de kosten van de syndicus en in de kosten van de huurdersaansprakelijkheidsverzekering als die werd afgesloten.
Er kunnen nog extra kosten bijkomen: een conciërge, het onderhoud van de gemeenschappelijke tuin, laten schilderen van de gemeenschappelijke delen,...
Wie een woning wil huren, doet er goed aan zich dus op voorhand te informeren over die gemeenschappelijke lasten. Vraag de eigenaar om een recente verdeelsleutel en hou er rekening mee dat sommige kosten geïndexeerd worden.
Ook voor de verhuurder is het belangrijk zich grondig voor te bereiden. Controleer de uitgaven van de mede-eigendom en de uitgavenstaten die u van de syndicus krijgt. Vindt u ze te hoog, zeg dat dan tijdens de algemene vergadering. Liggen de gemeenschappelijke kosten te hoog, dan is het belangrijk open kaart met de kandidaat-huurder te spelen. ‘Breng hem gedetailleerd op de hoogte van de vaste kosten’, zegt Marianne Palamidès, juriste bij Verenigde Eigenaars. ‘Belangrijk is ook hem, zoals wettelijk bepaald, het energieprestatiecertificaat te overhandigen. Het geeft de huurder een idee van het ‘energierisico’ van het appartement.’
Correcte provisie
Een ander aandachtspunt is een correcte provisie te vragen. ‘Een te lage provisie verschuift het probleem alleen maar en kan de relatie met de huurder ondermijnen. Rekent u een juiste provisie aan, dan heeft de huurder misschien zelfs recht op een terugbetaling’, zegt Palamidès. Ten slotte geniet een driemaandelijkse afrekening de voorkeur. ‘Dat komt minder hard aan dan een jaarlijkse factuur’, besluit ze.
Wilt u een woning kopen om te verhuren, onthoud dan dat de huurprijs van een klein appartement in verhouding hoger ligt dan die van een groot appartement. De verhouding belegging/huurrendement van een studio ligt meestal hoger dan die van een appartement met twee of drie slaapkamers. Hou er ook rekening mee dat u beter niet belegt in zeer grote gebouwen. Een appartement in een grote mede-eigendom met lift en eventueel conciërge brengt voor zowel de huurder als de eigenaar meer kosten met zich mee.