Tot 2007 werden in Spanje jarenlang meer nieuwe woningen gebouwd dan in het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland. Elke Spanjaard wilde per se een eigen huis. Ook de buitenlanders kochten massaal vastgoed.
Toen de financiële crisis losbarstte, werd Spanje geconfronteerd met een nooit geziene vastgoedcrisis. De Spanjaard was niet meer kredietwaardig en de buitenlanders lieten het afweten. In 2008 daalde het aantal verkochte woningen aan buitenlanders in een jaar tijd van 59.000 naar 35.000. Vooral het aantal Britse kopers van een tweede verblijf daalde, van 15.300 naar 4.800 in twee jaar tijd.
Nu verschijnt eindelijk een lichtje aan het einde van de tunnel. In 2013 kwam het aantal verkopen aan buitenlanders met 55.187 transacties (+9,8%) weer enigszins in de buurt van het peil voor de crisis. Het herstel van de binnenlandse vraag blijft zwak. Liefst 21,4 procent van de Spaanse woningen werd vorig jaar door buitenlanders gekocht. Spanje kan die kapitaalinvoer ook best gebruiken. Alleen al in de regio Valencia was de aankoop van 18.000 woningen door buitenlanders in 2013 goed voor 2 miljard euro.
Vooral ‘de toeristen’ schieten de Spanjaarden te hulp. De buitenlanders kopen steeds meer tweede verblijven: 29.811 in 2013, of 20 procent meer dan zes jaar geleden. Het aantal buitenlanders die een vaste verblijfplaats kopen, zit met 25.376 nog altijd een kwart onder het peil van voor de crisis. De dramatische toestand van de Spaanse economie is daar niet vreemd aan.
Opvallend is de internationalisering. Terwijl de Britten in 2007 nog 34 procent van de transacties voor hun rekening namen, viel hun aandeel vorig jaar terug tot 14,9 procent. Gelukkig groeit de interesse elders. De Fransen waren goed voor 10,9 procent van de buitenlandse vastgoedtransacties. Daarna volgden de Russen (8,2%), de Duitsers (7,8%) en de Belgen (6,9%). In verhouding tot de bevolking in eigen land kopen de Belgen de meeste woningen in Spanje.
De daling van de vastgoedprijzen trekt steeds meer twijfelaars over de streep. Terwijl buitenlanders in 2008 nog 2.338 euro per m² voor een tweede verblijf in Spanje Spaanse betaalden, was dat vorig jaar 1.613 euro per m². Dat is een daling van 31 procent in vijf jaar. Wat de Belg voor zijn tweede verblijf betaalde, daalde nog meer: van 2.333 euro naar 1.380 euro (-39%).
Buitenlanders kopen vooral in de provincies Valencia, Andalusië en Catalonië en op de Canarische eilanden, de plaatsen waar de Spaanse vastgoedprijzen het eerst uitbodemen of stijgen. De Belgen kopen al jaren vooral in Valencia . Vorig jaar kochten 1.520 Belgen een woning aan de Costa Blanca. De top vijf van steden waar Belgen eigenaar werden, wordt in die regio aangevoerd door Orihuela (335), Torrevieja (187), Calpe (140), Altea (58) en Rojales (56). Benidorm staat niet in de lijst. De Belgen betaalden in die regio vorig jaar gemiddeld 129.448 euro. Ze mikken niet op het luxesegment. Alleen Roemenen kochten vorig jaar tegen nog lagere prijzen.
In eigen land gaat het minder goed met de markt van de tweede verblijven. De verhoogde belasting speelt mee. Volgens het Brugse bureau Wes hadden 350.000 Belgen (7,3%) in 2012 een tweede verblijf, van wie 85.000 aan de Belgische kust. Sinds 2000 is het aandeel van tweede verblijven in eigen land gedaald van 69 naar 60 procent.
Het aantal tweede verblijven in het buitenland steeg van 95.000 naar 140.000. Frankrijk is het populairst met zo’n 50.000 woningen. Spanje staat al jaren op de tweede plaats, maar was enkele jaren minder populair. De lagere prijzen hebben de positie van Spanje opnieuw versterkt. Ook Griekenland lijkt te kunnen profiteren van de lagere prijzen voor tweede verblijven.