Gesloten winkels kosten Torfs 22 miljoen euro omzet
De verplichte sluiting van haar winkels door de lockdown kostte de schoenenketen Torfs 22 miljoen euro omzet. Dat meldt Torfs bij de bekendmaking van zijn jaarresultaten voor het boekjaar 2019.
Het moeten sluiten van de winkels door de coronacrisis heeft Torfs 22 miljoen euro omzetverlies gekost tegenover dezelfde periode vorig jaar. Dat maakte de schoenenketen donderdag bekend bij de vrijgave van haar jaarresultaten.
Torfs moest zijn winkels dicht houden van 14 maart tot 11 mei. Torfs verkocht wel meer online in die periode: het aandeel van de webshop steeg in die termijn van 17 procent naar meer dan 30 procent van de omzet.
In 2019 wist Schoenen Torfs de omzet met 3 procent op te krikken, van 145,6 miljoen euro naar 150 miljoen euro. De onlineomzet vertegenwoordigde 17 procent van dat totaal. De ebitda (brutobedrijfswinst) daalde van 8,6 naar 8 miljoen euro.
De nettowinst viel terug naar 136.000 euro, tegenover 2,3 miljoen een jaar eerder. Die daling is vooral het gevolg van gestegen kosten, onder meer 1,8 miljoen euro voor de transformatie van de winkels, zegt CEO Wouter Torfs in het communiqué.
Van transitie- naar uitdagend jaar
2019 was voor Torfs een transitiejaar, klinkt het, waarin 19 winkels werden vernieuwd. Torfs verkoopt niet alleen schoenen en handtassen, maar onder meer ook kleding. Met die omschakeling was vorig jaar een investering van 12 miljoen euro gemoeid, in belangrijke mate met eigen geld gefinancierd.
'2020 dient zich als heel uitdagend aan', zegt Torfs, die onlangs aankondigde 24 medewerkers te ontslaan. Hij stelt vast dat het consumentenvertrouwen sneller herstelt in de perifere Torfs-winkels dan in de binnenstedelijke of shoppingcenterwinkels.