Socialistische vakbond verstevigt grip op De Lijn

Het personeel van De Lijn heeft in de sociale verkiezingen duidelijk zijn ongenoegen laten blijken. De militante socialistische vakbond ACOD verhoogt zijn score van 45 naar 48 procent, meldt de bond vrijdag.

De socialistische overwinning is een fikse tegenvaller voor de directie. De ACOD voerde de voorbije jaren een keiharde strijd, inclusief regelmatige stakingen, tegen de vele operationele problemen op het terrein en tegen de dreigende liberalisering. Maar vooral de reorganisatie die De Lijn in 2017 aankondigde, deed het sociaal klimaat in het bedrijf volledig verzuren. De Lijn schafte toen de vijf provinciale entiteiten, in de loop der jaren uitgegroeid tot baronieën, af. Bij het technisch personeel werden 'zelfsturende teams' ingevoerd, wat veel ongenoegen veroorzaakte op de werkvloer.

De flamboyante ACOD-vakbondsleidster Rita Coeck ontbond al haar duivels tegen de reorganisatie en viel topman Roger Kesteloot regelmatig frontaal aan. 'In plaats van constructief mee te werken aan de toekomst van de openbaarvervoermaatschappij duwt de ACOD het personeel liever naar de afgrond', sneerde Kesteloot, die nochtans zelf een socialistisch etiket draagt, ooit.

Raad van bestuur

Uiteindelijk sloot de directie alleen met de vakbond ACV een akkoord over de reorganisatie. De christelijke bond, die zich als 'constructief' opstelt, betaalt daarvoor het gelag. Het ACV valt bij de verkiezingen terug van 36 op 31 procent van de stemmen en verliest een kwart van zijn zetels.

De vakbonden nemen bij De Lijn een belangrijke positie in. In tegenstelling tot bij de NMBS zetelen de ACOD en het ACV nog altijd als 'waarnemers' in de raad van bestuur. Enkele maanden geleden gunde Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) ook de liberale vakbond ACLVB, die er bij de sociale verkiezingen ook op vooruitgaat, een zitje in de raad. Voor Ann Schoubs, de nieuwe directeur-generaal van De Lijn, wordt het verbeteren van de sociale relaties een van de grote uitdagingen.