opinie

Sleutelcompetenties onderwijs doen werken is de opdracht

Zodra de einddoelen er zijn moeten we onze leerlijnen en leerplannen herdenken. Ook de hoeveelheid en de mate waarin ze competentiegericht zijn. Niet te veel standaardisering want de diversiteit in klas en school is heel groot en vraagt eerder maatwerk dan confectie.

Door Patriek Delbaere, algemeen directeur Onderwijskoepel van Steden en Gemeenten (OVSG)

Kris Van den Branden, professor taalkunde en lerarenopleider aan de KU Leuven, schreef het al in zijn boek ‘Onderwijs voor de 21ste eeuw’. Waartoe dienen scholen? Scholen moeten taal en informatie doen werken, kennis doen werken, verbeelding doen werken, moderne technologie doen werken…, het leven op deze planeet doen werken. Sleutelwoord is ‘doen werken’, en dat wijst in de richting van competentiegericht onderwijs.

Het wordt de uitdaging om deze competenties samen te brengen in de onderwijstijd waarover de school beschikt en al dan niet aan te bieden via de huidige vakkenstructuur

Met deze visie ben ik het volmondig eens. Europa legde een aantal jaren geleden ‘sleutelcompetenties’ vast, Vlaanderen heeft die voor een stuk verrijkt en uitgebreid en blijkbaar vormen ze nu de basis van de nieuwe einddoelen. Veertien competenties zullen aan de grondslag liggen van een inhoudelijke vernieuwing van ons onderwijs.

Wat we zien op het lijstje is lang niet allemaal gloednieuw. De vraag zal zijn in hoeverre deze competenties ook vandaag al voorkomen in de leergebieden en vakinhouden van het leerplichtonderwijs. Het wordt de uitdaging om deze competenties samen te brengen in de onderwijstijd waarover de school beschikt en al dan niet aan te bieden via de huidige vakkenstructuur.

Verweven

Om bijvoorbeeld economische en financiële geletterdheid en competenties te realiseren bij alle leerlingen, hoeven we niet één of meer extra vakken aan het curriculum toe te voegen. Wat we wél kunnen doen, is de ‘nieuwe’ competenties verweven met de vakinhoud die we kennen.

©rv

Toen ik vorig schooljaar op uitnodiging van de Vlaamse Scholierenkoepel opnieuw op de schoolbanken plaatsnam, maakte ik na vele jaren nog eens een wiskundeles mee. Wiskundelessen bieden heel wat mogelijkheden voor een competentiegerichte aanpak. Rekenkundige, abstracte modellen op een theoretische manier uitleggen is één ding, aantonen hoe ze worden toegepast in een economische of financiële context maakt de leerstof praktisch en actueel. Wiskunde doen werken dus, in een relevante én interessante context, vanuit competenties die ertoe doen voor de jongeren die onze toekomstige maatschappij zullen maken. 

Een ander voorbeeld is burgerschapsvorming. Je doet niet alleen aan burgerschapsvorming door extra theoretische lessen te geven. In wezen gaat het immers over kritische zin aanscherpen, leren discussiëren en argumenteren, afspraken respecteren. Hoe ver ons onderwijs hierin kan gaan, mocht ik ervaren toen ik een school bezocht waar de leerlingenraad ernstig werd genomen en het verschil kon maken. Op deze school slaagde men erin om burgerschap niet alleen te doen werken in de klas, maar ook in de school als leefgemeenschap.

Leerplannen

En zo komen leerplannen en een vakoverschrijdende werking centraal op de agenda. Want om competentiegericht onderwijs te geven, zullen scholen, leraren en hun pedagogisch begeleiders keuzes moeten maken zodat er evidente leerlijnen ontstaan, zodat interdisciplinair kan worden gewerkt en uiteindelijk alle einddoelen worden bereikt door de leerlingen.

Er is dus nog werk aan de winkel voor leerplanmakers en pedagogisch begeleiders. Samen met de leraren en scholen zullen zij lijnen uitzetten om een competentiegericht studietraject op te bouwen.

Ook in het echte leven, op de arbeidsmarkt, in het socioculturele leven, in de kunsten moet voortdurend worden samengewerkt tussen mensen met verschillende skills en kennis. Als we ons onderwijs willen doen werken, zullen we ook de deuren van onze klassen moeten opengooien

Daarom moeten we zodra de einddoelen zijn vastgelegd, onze leerlijnen en leerplannen herdenken. Niet alleen de inhoud, maar ook de hoeveelheid en de mate waarin ze competentiegericht zijn. Te veel standaardisering is uit den boze, want de diversiteit in de klas en school is reuzengroot geworden en vraagt veeleer maatwerk dan confectie. Zo maken we de leraren weer meester van het proces en plaatsen we de leerling centraal. Bovendien dagen deze ontwikkelingen leraren uit om, ieder vanuit hun eigen expertise en kennis, samen onderwijs te maken en de muren van de klas of het vak te doorbreken.

Ook in het echte leven, op de arbeidsmarkt, in het socioculturele leven, in de kunsten moet voortdurend worden samengewerkt tussen mensen met verschillende skills en kennis. Als we ons onderwijs willen doen werken, zullen we ook de deuren van onze klassen moeten opengooien. Zo bouwen we echt aan een onderwijs voor de toekomst.

Lees verder
Gesponsorde inhoud