opinie

Iedereen programmeur

Professor vakgroep Wiskunde en Data Science van VUB en gespecialiseerd in wiskunde voor digitale toepassingen

Pratend met de computer kan straks iedereen programmeren, zegt de topman van het Amerikaanse chipbedrijf Nvidia. Veel meer kan je de drempel niet verlagen.

Door aan te kondigen dat Nvidia volop inzet op chips voor artificiële intelligentie (AI) bracht Jensen Huang zijn bedrijf deze week naar ongekende hoogten op de beurs. Nvidia vertoeft nu in de 1.000 miljarddollarclub, net als Apple, Amazon, Microsoft en Google-moeder Alphabet.

Huang richtte Nvidia in 1993 op, samen met Curtis Priem en Chris Malachowsky. Hun niche werd het ontwerpen van chips voor de aansturing van snel bewegende beelden voor computergames, vandaag bekend als graphics processing units (GPU's). Huang neemt elke gelegenheid te baat om te benadrukken dat het volledig doorgronden van de benodigde wiskundige berekeningen aan de grondslag ligt van Nvidia's hardware, die ze efficiënter kan uitvoeren dan de reguliere computerchip of CPU.

De essentie
  • De auteur
    Ann Dooms is professor bij de vakgroep wiskunde en data science van de VUB. Ze is gespecialiseerd in wiskunde voor digitale toepassingen.
  • De kwestie
    Als het van de topman van Nvidia afhangt, kunnen we allemaal programmeur worden, gewoon door te praten met de computer.
  • De conclusie
    Veel meer kan je de drempel niet verlagen.

Halfweg de jaren 2000 realiseerden Huang en zijn team zich dat ze hun chips ook konden inzetten voor algemenere, maar soortgelijke computerberekeningen. Ze bouwden Compute Unified Device Architecture (CUDA), een softwareplatform waarmee programmeurs de Nvidia-chips naar believen konden programmeren. Het werd immens populair in onder meer de cryptomuntenindustrie en bij AI-onderzoekers aan de universiteiten. Omdat Huang door die laatste groep onmiddellijk potentieel zag, bracht hij een nieuwe reeks chips uit geoptimaliseerd voor machinelearning.

Deze week doet hij een nieuwe zet, vergelijkbaar met wat de Amerikaanse wiskundige Grace Hopper rond 1950 deed. Hopper studeerde aan Yale en doctoreerde in 1934 als een van de eerste vrouwen in de VS in de wiskunde. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog sloot ze zich aan bij de Navy, waar ze dankzij haar wiskundeachtergrond aan de slag kon bij het Bureau of Ships Computation Project aan de Universiteit van Harvard. Ze werkte er mee aan de eerste elektromechanische computer in de VS, de Automatic Sequence Controlled Calculator of Mark I van IBM. Die moest onder andere in het grootste geheim helpen raketbanen nauwkeurig te berekenen.

Breed inzetbaar

Na de oorlog hielp Hopper nog mee de Mark II en III te ontwikkelen. In 1949 vond ze werk bij de Eckert-Mauchly Computer Corporation in Philadelphia als senior mathematician. Het bedrijf had intussen de eerste volledig elektronische computer gebouwd, de Electronic Numerical Integrator and Computer (ENIAC), en wilde nu de eerste commerciële elektronische computer ontwikkelen en op de markt brengen.

Grace dacht na over hoe de computer breed kon worden ingezet. Ze verplaatste zich in mensen zoals haar ouders. Die hadden een verzekeringsmaatschappij en deden veel wiskundige berekeningen, maar hadden niet meteen kaas gegeten van de taal waarmee je met de machines moest communiceren.

Grace Hopper legde de basis voor alle huidige programmeertalen.

Zij bedacht een nieuwe manier van programmeren en ontwierp daarvoor in 1952 de compiler, software die de automatische vertaalslag doet van code naar machinetaal. Haar A-0 compiler vertaalde wiskundige formules naar computerinstructies. Zo ontstonden de programmeertalen FORTRAN en MATH-MATIC. Maar dat volstond voor haar niet. Ze wilde ook een vertaler maken die leesbare en logische Engelse commando’s omzette naar machinetaal.

Aanvankelijk werd haar idee weggelachen. Opnieuw dankzij haar wiskundige achtergrond kon ze haar droom toch waarmaken en legde ze de basis voor alle huidige programmeertalen. In 1956 zagen FLOW-MATIC en nadien COBOL het licht en werden computers echt bruikbaar voor mensen uit de industrie die niet noodzakelijk een wiskundige of ingenieursopleiding hadden genoten. Hopper was trots dat ze de computer dichter bij de mens had gebracht door met een compiler de drempelvrees te verkleinen.

Doos van Pandora

Het is net in die richting dat Huang nu ook denkt. Dankzij de krachtige prestaties van generatieve taalmodellen zoals ChatGPT - ontwikkeld op 10.000 Nvidia-chips - komen we in een volgend computertijdperk, zei hij maandag in zijn keynotespeech op het Computex Forum in Taiwan.

Je vertelt de computer niet meer hoe je iets programmeert, maar wat je wil maken.

In dat tijdperk kan iedereen programmeur worden, gewoon door te praten met de computer. Huang introduceerde daarvoor alvast zijn AI-supercomputerplatform DGX GH200. Het is gericht op het genereren van verschillende soorten content, zoals tekst, beelden, audio en code. Je vertelt de computer niet meer hoe je iets programmeert, maar alleen wat je wil maken. Het taalmodel maakt de vertaalslag, net zoals een compiler. De drempel om te gaan programmeren verdwijnt op die manier volledig.

Huangs visionaire zet legde hem alvast geen windeieren. Zijn platform zal zeker een boost geven aan het ‘nieuwe programmeren’. Het biedt enorm veel opportuniteiten, maar houdt ook gevaren in. Het is geen verrassing dat het Center for AI Safety ook deze week een waarschuwing uitstuurde. Kwade bedoelingen kunnen nu nog makkelijker in een daadwerkelijk product worden gegoten. De technologie opent veel deuren, maar misschien ook wel de doos van Pandora.

Lees verder
Gesponsorde inhoud