opinie

Scoren de voetbalbelgen Europees?

Professor sportondernemingsrecht UA / Football College powered by UAntwerp

Een door Royal Antwerp FC geïnitieerde Europese zaak over voetbalbelgen heropent ook het debat over het dubbele petje van de Europese voetbalbond UEFA. Alle kaarten voor een nuttige hervorming van het Europees profvoetbal liggen nog op tafel.

Op 9 maart leverde advocaat-generaal Maciej Szpunar van het Europese Hof van Justitie zijn opinie af in de zaak van Royal Antwerp FC tegen de Belgische en Europese voetbalbond. Hij adviseert de regels over zelf opgeleide spelers (home grown players) deels ongeldig te verklaren.

2023 is een scharnierjaar voor de organisatie van het profvoetbal. Onvrede met de status quo heeft geleid tot een recordaantal zaken voor het hoogste Europese rechtscollege. Die zaken worden individueel beoordeeld, maar de gelijktijdige behandeling leidt onvermijdelijk tot kruisbestuiving.

Die regels leggen clubs op minimaal 8 zelf opgeleide spelers in de lijst van 25 kernspelers op te nemen, een indirecte nationaliteitsdiscriminatie. Die kan juridisch evenwel worden gerechtvaardigd door een legitiem doel. Volgens de advocaat-generaal is dat het stimuleren van de opleiding van de eigen jeugd en het verhogen van de slagkracht van lokale clubs.

Vanuit opleidingsmotief hekelt de advocaat-generaal dat vier van de acht spelers (en in België alle acht, zogeheten ‘voetbalbelgen’) niet door de club zelf, maar door een andere club in dezelfde liga kunnen worden opgeleid. Hier neemt hij een vreemde afslag en gooit hij het motief van slagkracht overboord. In het territoriaal model van voetbal is de slagkracht van clubs uit kleinere landen er niet bij gebaat dat door de club zelf opgeleide jeugd in de A-kern moet worden opgenomen.

De essentie
  • De auteur
    Robby Houben is professor sportondernemingsrecht aan de Universiteit Antwerpen.
  • De kwestie
    Een door Royal Antwerp FC geïnitieerde Europese zaak over voetbalbelgen heropent ook het debat over het dubbele petje van de Europese voetbalbond UEFA, die zowel de regulator als de monopolist van het Europese clubvoetbal is.
  • De conclusie
    Alle kaarten voor een nuttige hervorming van het Europees profvoetbal liggen nog op tafel.

Louter door de factor grootte is een land als België daardoor in het nadeel tegenover bijvoorbeeld Spanje, waar clubs logisch een grotere rekruteringsvijver hebben. Bovendien wordt in kleinere landen de beste eigen jeugd vaak weggekaapt om bij buitenlandse topclubs als eigen jeugd in de kern te worden opgenomen.

In de toekomst kan het een optie zijn om de home grown player-regel op beloftenteams te betrekken, zodat de A-kern uit de beste spelers kan bestaan, ongeacht hun opleidingsclub. De betere eigen jeugd zal op eigen merite naar de A-kern doorgroeien. Op die manier worden de motieven van slagkracht en jeugdopleiding verzoend.

Gezaghebbend

Op dat punt na is de opinie van Szpunar in de Antwerp-zaak opvallend raak en een kanarie in de koolmijn voor de andere voetbalzaken die in 2023 voor het hoogste Europese rechtscollege verschijnen. De opinie van een advocaat-generaal is niet bindend, maar wel gezaghebbend. Szpunars woord heeft daarbij een bijzonder gewicht. Hij is de eerste advocaat-generaal. Zijn woord zal de besluitvorming in de andere zaken zeker beïnvloeden.

In de befaamde Super League-zaak staat de dubbele pet van de UEFA ter discussie: UEFA is zowel de regulator als de monopolist van het Europese clubvoetbal. Szpunar zegt in de Antwerp-opinie dat de dubbele rol van de voetbalregulator ‘onvermijdelijk’ tot belangenconflicten leidt en dat er een natuurlijke reflex is om het eigen commercieel belang te laten primeren op publieke doelstellingen.

De opinie van advocaat-generaal Szpunar in de Antwerp-zaak is opvallend raak en een kanarie in de koolmijn voor de andere voetbalzaken die in 2023 voor het hoogste Europese rechtscollege verschijnen.

Daarmee benoemt Szpunar het tekort aan deugdelijk bestuur in het Europees voetbal, veel meer dan Athanasios Rantos, de advocaat-generaal in de Super League-zaak. In essentie stelt Rantos dat de gebreken van de UEFA er niet toe doen, omdat de Super League als semigesloten competitie in elk geval geweigerd moest worden. Hij zag in de open sportcompetitie, met promotie en degradatie op basis van sportieve prestaties, zelfs een principe van Europees grondwettelijk recht.

Het standpunt van Rantos was opmerkelijk en behoudsgezind, en wordt door Szpunar niet hernomen. De opinie van Szpunar laat een nieuwe wind waaien. De voetbalbelgenregel leidt indirect tot een aanval op de counter in de Super League-zaak. De UEFA is daar nog niet thuis, zelfs een door de rechters opgelegde opsplitsing van functies is nog niet van de baan.

Landsgrenzen

Het Luxemburgse Swift Hespérange stelt in een andere zaak de landsgrenzen als natuurlijke competitiegrenzen in vraag. Ook voor die zaak biedt Szpunars opinie interessante materie. Hij erkent dat door het territoriaal model van voetbal grotere landen in het voordeel zijn tegenover kleinere landen. Dat verstoort Europees de concurrentie. De verplichte organisatie van een voetbalcompetitie op basis van de landsgrenzen heeft eigenlijk hetzelfde effect. De opinie speelt in de kaart van Swift, waarvoor de Luxemburgse competitie te klein is om echt te kunnen groeien.

Szpunar geeft rechters een assist over fundamentele weeffouten. Koppen ze die binnen, dan ontstaat een perfecte storm om de organisatie van het Europees profvoetbal te herdenken.

2023 is een scharnierjaar voor de organisatie van het profvoetbal. De onvrede met de status quo heeft geleid tot een recordaantal zaken voor het hoogste Europese rechtscollege. Deze zaken worden individueel beoordeeld, maar de gelijktijdige behandeling leidt onvermijdelijk tot kruisbestuiving. Szpunar gaat in zijn opinie wat kort door de bocht over de home grown player-regel, maar geeft tegelijk een assist aan de rechters over fundamentele weeffouten. Koppen ze die binnen, dan ontstaat een perfecte storm om de organisatie van het Europees profvoetbal te herdenken, in lijn met de beste standaarden van goed bestuur en in overeenstemming met de Europese wetten.

Een onafhankelijke toezichthouder voor het profvoetbal, zoals door de Britse regering voorgesteld voor het Engelse voetbal, kan een deel van de oplossing zijn, weliswaar op Europese schaal en met gelijke speelvelden voor clubs in heel Europa.

Lees verder
Gesponsorde inhoud