De mensenrechten hebben weinig reden tot vieren.
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens bestaat vandaag exact 65 jaar. Veel reden tot vieren is er niet.
Door Jan Wouters, Laura Beke en Katrien Meuwissen, respectievelijk voorzitter van de Vereniging voor de Verenigde Naties en gewoon hoogleraar internationaal recht aan de KU Leuven en doctoraatsonderzoekers aan het Leuven Centre for Global Governance Studies.
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens leest nog even fris en inspirerend. Het is een haast tijdloos document geworden dat een ‘gemeenschappelijk door alle volkeren en alle naties te bereiken ideaal’ blijft. De Verklaring gaf de aanzet tot een groot aantal mensenrechteninstrumenten op het niveau van de Verenigde Naties (VN) en inspireerde alleen al in Europa talrijke initiatieven, van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (1950) tot het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie (2000).
Maar er knaagt iets in Europa. De ene crisis na de andere giert door het zenuwstelsel van onze samenleving. Neem het rapport van de Raad van Europa afgelopen week. Mensenrechtencommissaris Nils Muižnieks haalt er snoeihard uit naar de gevolgen van de niet-aflatende crisis. Wat vijf jaar geleden begon als een financiële catastrofe is ontaard in een nieuwe politieke realiteit die meer dan een halve eeuw van sociale solidariteit en mensenrechtenbescherming dreigt aan te tasten.
Basisbelofte
De armoede en ongelijkheid nemen in ijltempo toe. Het hele spectrum van de mensenrechten wankelt. Van het recht op arbeid, een menswaardige levensstandaard en een adequaat socialezekerheidsstelsel tot de vrijheid van meningsuiting, het recht op participatie en de democratische verantwoordingsplicht van diegenen die de maatschappelijke touwtjes in handen hebben. Hoewel de wereld al decennialang beginselverklaringen aanneemt over de ‘ondeelbaarheid’ van burgerlijke, politieke en sociaal-economische rechten, dreigen overheden in heel Europa de basisbelofte van mensenrechtenbescherming niet in te lossen.
De viering vandaag spoort ons aan om weer terug te grijpen naar het engagement van de Universele Verklaring. ‘Eenieder heeft plichten jegens de gemeenschap, zonder welke de vrije en volledige ontplooiing van zijn persoonlijkheid niet mogelijk is’, klonk het op 10 december 1948 in Parijs. Het respect voor de grondrechten van elk individu hangt immers niet louter af van overheidsbeslissingen, maar ligt in eenieders handen.
Dan rijst de levensgrote vraag: hoe brengen we de mensenrechten weer dichter bij de mensen? De Raad van Europa verwijst naar het belang van lokale bruggenbouwers, belichaamd door zogenaamde ‘nationale mensenrechtenstructuren’. Dat zijn organisaties voor mensenrechten die lokaal ingeplant zijn, opdat ze overheden kunnen adviseren hoe beslissingen (zoals economische crisismaatregelen) te nemen zonder de mensenrechten met de voeten te treden. Minstens even belangrijk is dat deze organisaties burgers kunnen informeren over hun rechten en hen kunnen oproepen ze zelf af te dwingen. Engagez-vous!
Versnippering
Vanuit dat oogpunt roepen de VN België al jaren op een volwaardig ‘nationaal mensenrechteninstituut’ op te richten. België heeft een wirwar van instellingen die zich moeten houden aan hun specifieke mandaat binnen onze ingewikkelde gefederaliseerde structuren. De moeilijke onderhandelingen over de ‘interfederalisering’ van het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding illustreren de versnippering. Urgente problemen vallen buiten hun vizier. Dat geldt voor wanpraktijken zoals de overbevolkte gevangenissen, maar ook voor nieuwe problemen die op ons afstevenen, zoals de impact van de besparingsmaatregelen op de grondrechten. Een sterk, onafhankelijk, nationaal mensenrechteninstituut met een officieel mandaat en het geld om bruggen te slaan tussen bescherming in theorie en in de praktijk zou een belangrijke stap zijn om de grondrechten dichter bij de burger te brengen. Een efficiënte mensenrechtenbescherming dicht bij huis is een noodzakelijke voorwaarde om verder te bouwen aan het project dat 65 jaar geleden begon, maar nog lang niet af is.
Meest gelezen
- 1 De must-reads van het weekend
- 2 Vlaams minister Annick De Ridder: 'Ik zit hier niet om de Vlaming cadeaus te geven'
- 3 Faillissement voor Lunch Garden en gedeeltelijke overname door CIM Capital
- 4 Ondernemer Marc Coucke: ‘Politici vragen me soms om advies. Maar of ze luisteren, weet ik niet’
- 5 Nieuwe supernota van formateur De Wever valt niet overal even goed