Financiële opvoeding heeft nog werk. Vraag het maar aan mijn moeder
Spaargeld moet worden gemobiliseerd en gekanaliseerd naar de reële economie, bezweert men ons. Mogen we dan ook degelijke informatie verwachten?
Door Lieven De Moor, hoofddocent financiële economie aan de Vrije Universiteit Brussel en de Hogeschool-Universiteit Brussel. Twitter: @Lieven_DeMoor
Je spaargeld op een spaarboekje zetten is niet verstandig, want het brengt niets op. Je leest het de laatste tijd wel vaker. Meer nog, dat spaargedrag is zelfs onethisch, want het beknot de groeikansen van kmo’s. En omdat we desondanks toch hardnekkig onze spaarrekening blijven spijzen, zal men desnoods de roerende voorheffing op het spaarboekje verhogen.
Net als vele anderen ging mijn moeder daarom, op eigen initiatief, naar een bankadviseur. Ze wou raad over hoe ze best haar spaargeld mobiliseert - van haar duivelse spaarrekening naar een beter renderend financieel product dat ook nog eens de economische groei stimuleert.
De adviseur raadde aan om haar spaargeld te investeren in een ‘fund of funds’-beleggingsfonds. Dat is een beleggingsfonds dat belegt in andere beleggingsfondsen, die op hun beurt wereldwijd beleggen in aandelen en obligaties in euro en in andere munten. Behalve het feit dat dat een onnodig duur product is, lijkt dat een redelijk voorstel. Ware het niet dat mijn moeder uitdrukkelijk te kennen gaf dat haar beleggingshorizon ongeveer één jaar is. Bovendien beweerde de bankadviseur dat hij een rendement kon garanderen van 5,5 procent terwijl dat product geen kapitaalsgarantie bevat, laat staan een rendementsgarantie. Gelukkig is mijn moeder mijn moeder, en heb ik haar kunnen behoeden voor een verkeerde keuze.
Speculeren
De betreffende bankadviseur heeft blijkbaar geen financiële basiskennis over de relatie tussen risico nemen en de lengte van de beleggingshorizon, terwijl dat net het verschil maakt tussen beleggen en speculeren. Het zou natuurlijk ook kunnen dat de adviseur persoonlijk of op instigatie van zijn leidinggevende te kwader trouw heeft gehandeld. Met het oog op zijn eigen portemonnee en/of die van de bank.
Hoe dan ook, die praktijken moeten stoppen. Het wedervaren van mijn moeder is wellicht geen alleenstaand voorval.
Vooreerst toont dit andermaal aan dat er nood is aan financiële educatie voor iedereen, te beginnen in het plichtonderwijs, om als weerbare burger zijn geldzaken kritisch te (laten) beheren. Net zoals in het voorval met mijn moeder hoeft het in de meeste gevallen niet te gaan om ingewikkelde zaken, inzicht in de basisprincipes is voldoende.
Ik ben het ermee eens dat we intelligente oplossingen moeten zoeken om spaargeld te mobiliseren en te kanaliseren naar de reële economie. Maar in het huidige discours vergeet men dikwijls dat het alleen mag gaan om de langetermijngelden - bijvoorbeeld pensioenspaargeld - die geparkeerd staan op de spaarrekening, en niet om het kortetermijngedeelte. Met ander woorden, het spaarboekje is en blijft nog altijd een aangewezen product voor de korte termijn (minder dan drie jaar), zeker in vergelijking met de huidige rentes op termijnrekeningen en kasbons. Ik raad wel aan om de rentes van de verschillende aanbieders goed te vergelijken en je niet blind te staren op de, meestal onhaalbare, getrouwheidspremie.
Modale spaarder
Met dat voor ogen is de piste om het fiscaal gunstige regime op de spaarboekjes af te schaffen niet de meest aangewezen oplossing, want heel wat geld staat op de spaarboekjes op zijn juiste plaats. Morrelen aan de gemediatiseerde en gevoelige fiscaliteit zal gevallen zoals dat van mijn moeder alleen maar verergeren en vooral de modale spaarder treffen. Beter is om het pensioensparen efficiënter te koppelen aan de financiering van de economie.
Ons spaargedrag wordt voor een groot deel bepaald door onze risicoaversiteit. Die afkeer wordt in de eerste plaats gevoed door een overheid die niet in staat is een stabiel langetermijnkader te verschaffen. Ook de financiële sector kan echter een kwalijke rol spelen voor het vertrouwen en voor ons spaargedrag. Vraag het maar aan mijn moeder.