Advertentie

Ook met een hogere btw dragen de sterkste schouders de zwaarste lasten.

Willen we een relancemaatregel met alleen maar voordelen? Wel, dat de regering de werkgeversbijdragen op lonen drastisch verlaagt en de btw verhoogt.

Door Gert Peersman, hhoogleraar economie Universiteit Gent.

De regering is koortsachtig op zoek naar maatregelen die de concurrentiekracht van de bedrijven verbeteren zonder de koopkracht van werknemers aan te tasten en die tegelijkertijd niet wegen op de begroting. Hoe onrealistisch het ook klinkt, toch is het mogelijk. Maar dan moet het belastingsysteem wel fundamenteel worden herzien.

Advertentie

De regering kan de vooropgestelde doelstellingen immers tegelijk realiseren door de werkgeversbijdragen op lonen drastisch te verlagen en te vervangen door een btw-verhoging. Voor iets dat momenteel 100 euro kost, betekent dit een verlaging van de arbeidskosten met bijvoorbeeld 10 euro, gecompenseerd met een verhoging van de btw met 10 euro. Wat zijn de gevolgen van deze maatregel?

1. Door de compensatie van beide belastingen blijft de prijs die de consument moet betalen exact dezelfde, 100 euro in het voorbeeld. De impact op de koopkracht is dus neutraal.

2. Ondanks het neutrale effect op de binnenlandse prijzen verbetert de maatregel toch de competitiviteit van de ondernemingen. De reden hiervoor is dat de btw uiteindelijk betaald wordt in het land van consumptie. Voor de export is dit dus de ongewijzigde buitenlandse btw. In het voorbeeld betekent dit dat onze ondernemingen door de lastenverlaging op arbeid 10 euro goedkoper kunnen exporteren. Aan de andere kant maakt de hogere Belgische btw de import uit het buitenland relatief duurder, waardoor er zal overgeschakeld worden naar eigen producten. Kortom, de verschuiving van belastingen resulteert in een boost van export en economische groei.

3. Het drastisch verlagen van de werkgeversbijdragen doet de arbeidskosten voor ondernemingen gevoelig dalen. Het ligt voor de hand dat dit, samen met de competitiviteitsverbetering, een gunstig effect heeft op de werkgelegenheid. Wanneer werknemers relatief goedkoper worden, zullen ze immers meer worden ingeschakeld in het productieproces.

4. Ook de overheid profiteert van de maatregel. De verschuiving in belastingen op zich is neutraal voor de begroting. De toename van de werkgelegenheid en de verbetering van de competitiviteit zal echter een gunstig effect hebben. De ingreep in het belastingsysteem helpt bijgevolg ook om de overheidsfinanciën structureel te saneren.

Milieu en kapitaal

Alternatieven voor de btw-verhoging zijn milieu- en kapitaalbelastingen. Beide types zijn interessant, maar kunnen voor de overheid nooit het volume aan inkomensverlies door de lastenverlaging op arbeid compenseren. De reden is eenvoudig. Een significante verhoging van belastingen op goederen die het milieu vervuilen zal tot substitutie leiden naar goederen met een lagere milieubelasting. Dat is gunstig voor het milieu, maar het levert niet noodzakelijk extra inkomsten op voor de overheid.

Advertentie

Hetzelfde geldt voor kapitaalbelastingen. Die kunnen misschien wel verhoogd worden, maar als ze te hoog worden, verhuist het kapitaal naar het buitenland, met ongunstige gevolgen voor de begroting.

Los van het feit dat de voorgestelde btw-maatregel neutraal is voor de prijs die consumenten betalen, rust er onterecht een té groot stigma op de btw. Een populair argument tegen btw als belastinginstrument is dat belastingen progressief moeten zijn. De sterkste schouders moeten met andere woorden de zwaarste lasten dragen. Voor de btw zou dit volgens sommigen niet het geval zijn. Btw zou regressief zijn. Aangezien de laagste inkomens een groter deel van hun inkomen zouden consumeren (enkel consumptie is onderworpen aan btw), zouden ze relatief meer belastingen betalen dan hoge inkomens, omdat die laatste groep een groter deel van zijn inkomen spaart.

Dat is echter een misverstand. Btw is evengoed een belasting op sparen. Sparen is immers uitgestelde consumptie. Anders heeft het geen nut. Vroeg of laat moet het spaargeld in een of andere vorm geconsumeerd worden, waardoor je de belasting afdraagt aan de overheid. Als je de btw bijvoorbeeld met 1 procent verhoogt, vermindert dat in feite de koopkracht van het gespaard vermogen met 1 procent. Op die manier is de btw een subtiele vorm van kapitaalbelasting. Hetzelfde geldt trouwens voor ondernemerswinsten. De koopkracht van een bepaalde hoeveelheid winst wordt evengoed met 1 procent afgeroomd.

Btw is dus in het slechtste geval lineair, maar zeker geen regressieve belasting. Integendeel, btw is in de praktijk zelfs progressief. Voor basisproducten en geleverde diensten met een sociaal karakter, zoals levensnoodzakelijke producten, is er in een lager btw-tarief voorzien (momenteel 6 procent). Deze goederen hebben een groter aandeel in de totale consumptie van de lage inkomens.

Vergrijzing

Hoge inkomens consumeren dan weer relatief meer goederen met een hogere btw (momenteel 12 en 21 procent), waardoor de sterkste schouders ook effectief de zwaarste lasten dragen. Dergelijke progressiviteit zou men bij een hervorming eventueel nog verder kunnen opdrijven.

Een fundamentele verschuiving van belastingen op arbeid naar btw is dus in geen geval een asociale maatregel. Het zou zelfs interessant zijn in de context van de vergrijzingsproblematiek. Het is een publiek geheim dat vooral de jongeren zullen moeten opdraaien voor de vergrijzingskosten. Een verschuiving van belastingen op arbeid (jongeren) naar btw (ook ouderen) doet de ouderen meebetalen. Doen dus.

Advertentie
Advertentie
Advertentie
Gesponsorde inhoud
Tijd Connect
Tijd Connect biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.
Partnercontent
Partner Content biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.