Advertentie

Zes wensen voor het verkiezingsjaar 2014.

©Photo News

Op de drempel van het nieuwe jaar hebben we allemaal goede voornemens klaar. Wat zou er dan op de politieke wenskaart voor het verkiezingsjaar 2014 moeten staan? Wat zijn de grote bakens die, door de ruis en waan van de dag heen, de partijprogramma’s en de debatten zouden moeten leiden?

Hieronder volgt een bloemlezing: onvermijdelijk selectief, maar niettemin ook enigszins representatief.

1. Groeigerichte begroting en belastingen

Hét politieke beeld van 2013 was voor mij de terugkerende carrousel van federale begrotingscontroles. Een mens werd duizelig van al die bijsturingen in nachtelijke conclaven. Hou u vast: het wordt nog erger. België heeft de afgelopen jaren meer belast dan bespaard, meer geschraapt dan hervormd. Te elfder ure tekorten indijken zal de komende jaren niet meer volstaan. We moeten gaan naar evenwicht en overschot, terwijl de vergrijzingsfactuur aandikt en de economie slabakt. Voor een kleine open economie die aan de ‘wereldtop’ van algemene belastingdruk en globaal overheidsbeslag staat, is de keuze simpel: ofwel beheren we het verval, ofwel gaan we diep hervormen in uitgaven en belastingen. Eén hervormingsplan zou alvast op brede bijval moeten kunnen rekenen: drastisch subsidies afschaffen en fiscale achterpoortjes sluiten, in ruil voor een lineaire verlaging van die belastingen die activiteit het meeste remmen.

2. Duurzame pensioenen, in een betere arbeidsmarkt

Di Rupo I deed ‘de grootste pensioenhervorming in 40 jaar’. Maar die grootsheid was de maatstaf van veertig jaar bijna-stilstand, niet die van de eigen diepgang. België heeft nog een hele weg te gaan om onze pensioenen duurzaam te maken in het licht van de demografische en budgettaire realiteit. Het goede nieuws is dat de ingrediënten daarvoor bekend zijn. Pensioenleeftijd - beter: minimaal vereiste periodes van activiteit - laten evolueren met levensverwachting om zo op vergrijzing te anticiperen, de tweede pensioenpijler breed vullen met bijdragen voor betere pensioenen, een duidelijke keuze om het wettelijk pensioen ofwel opnieuw nauwer bij werk aan te sluiten, ofwel tot een basisuitkering te herleiden, en een geleidelijke afbouw van de exorbitante pensioenverschillen tussen ambtenaren, werknemers en zelfstandigen.

Al die componenten vergen strategische keuzes die in lengte van jaren gradueel uitwerking krijgen. Het gaat altijd om pensioenevolutie, maar we moeten vooral de eindbestemming bepalen. Daarnaast is er één onmiddellijke prioriteit waarin we absoluut en meteen iedereen moeten meesleuren: langer werken, nu! Het is de enige bijdrage die babyboomers nog aan hun vergrijzingsfactuur kunnen leveren. Dat vergt ingrepen in personeelsbeleid en arbeidsmarkt.

3. Strategie voor gezondheidszorg

Een pensioenhervorming is gemakkelijk, maar de olifant in de gammele kamer van de sociale zekerheid is de gezondheidszorg. Onze publieke uitgaven in de gezondheidszorg groeien, over alle decennia van beleidsverandering heen, met gemiddeld 4 procent per jaar. Dat is het dubbele van onze gemiddelde economische groei. Gezondheidszorg is voorbestemd om een steeds groter deel van onze welvaart te vergen: het is de prijs van permanente wetenschappelijke en technologische vooruitgang die onze levens almaar langer en beter maakt. Maar hoe gaan we die vooruitgang betalen wanneer het geld op is? Dat is de cruciale vraag die zowat alle westerse landen moeten beantwoorden.

In België zijn slechts voorzetten gegeven. Het meten van kwaliteit is geen taboe meer. De financiering van ziekenhuizen staat ter discussie. De beloning van artsen ligt op tafel. En bovenal is de kraan met publieke middelen dichter gedraaid. Er wordt geëxperimenteerd, maar er is een totaalbeeld en een visie op lange termijn nodig. Anders zullen de budgettair onvermijdelijke hervormingen vooral de expressie zijn van machtsevenwichten in de sector en van ideologische agenda’s. Er staat veel meer op het spel dan gezondheidszorg: het gaat hier om een van de weinige economische sectoren die echt potentieel hebben in ons land.

4. Mobilisatie voor integratie

Er tikt een tijdbom onder onze samenleving: nergens in Europa zijn niet-Europese immigranten en hun nakomelingen economisch meer gemarginaliseerd dan bij ons. En dat is al meer dan vijftien jaar zo. De roep over onrecht is terecht. Er is geen grotere maatschappelijke prioriteit. En ze kan alleen succesvol worden aangepakt door alle hefbomen van integratie samen te bundelen. De instroom van nieuwe immigranten. Hun sociaal contract met het nieuwe thuisland. Huisvesting en integratie in de buurten. Doorstroming naar onderwijs en de rol van de ouders daarbij. Opvang en ondersteuning in scholen. De brug naar de arbeidsmarkt. Aanbod en vraag op de arbeidsmarkt, met inbegrip van discriminatie, herscholing en intensieve begeleiding. Al die stappen moeten samen gezet worden. We moeten de geesten open maken en de krachten bundelen. Anders blijft het bij geïsoleerde en vaak polariserende symptoombestrijding. België is een immigratienatie.

5. Wat we zelf doen, doen we beter (?)

De zesde staatshervorming is een feit. Nu volgt de proef op de som: gaan de regio’s, Vlaanderen in het bijzonder, beter doen wat ze zelf doen? Ik ben benieuwd en zie alvast twee grote werven die een frisse wind kunnen gebruiken. Er is de overdracht van banenplannen: dure groepssubsidies, veel verlies en verkwisting, werknemers met een tijdelijke baan maar zelden met een loopbaan. We kunnen het beter doen door de groep in te ruilen voor het individu: meer inzetten op persoonlijke loopbaanbegeleiding. Dan is er de verborgen ijsberg van de ouderenzorg. Een grote en toenemende behoefte belandt bij de regio’s zonder navenant budget. Zal schaarste creativiteit brengen en krijgen we het begin van een inclusieve en vernieuwende zorgeconomie? Of volgt een stille verstening in aloude verzuiling, met alweer een nieuwe laag voor de al armlastige welvaartsstaat?

6. Durven beslissen

‘We weten wat we moeten doen, we weten alleen niet hoe we opnieuw verkozen moeten worden als we het doen.’ Dat was een pijnlijke ontboezeming van de toenmalige Luxemburgse premier Juncker toen de eurocrisis piekte. Die crisis is intussen geëvolueerd van acuut naar chronisch. Europa staat voor een Japans stagnatiescenario. Het is de grootste bedreiging van onze toekomstige welvaart. Mijn vurigste nieuwjaarswens, voor België en Europa, is dat we politici zullen verkiezen die durven te doen wat ze moeten doen. Democratie is moeilijk. Laten we alvast zorgen dat de verkiezingen gaan over de thema’s waarover ze moeten gaan. Voorspoedig nieuwjaar!

 

Marc De Vos is directeur van de denktank Itinera en doceert aan de UGent

Advertentie
Gesponsorde inhoud