De rekening van de huidige groei komt nog

Hoofdeconoom van Voka

België zet een degelijke economische groei neer, maar dat betekent niet dat het sterk bezig is. De vooruitzichten ogen mager en de rekening volgt dus nog.

In de eerste maanden van dit jaar groeide de Belgische economie met 0,5 procent, ze behoorde bij de betere van Europa. Vorig najaar zag het er nog naar uit dat onze economie op weg was naar een recessie. De degelijke groeiprestatie past ook in een breder plaatje van een Belgische economie die opvallend goed door de corona- en inflatiecrisissen kwam.

Sinds eind 2019 liet België een economische groei van 3,7 procent optekenen, duidelijk beter dan het gemiddelde in de eurozone (2,5%) en in de buurlanden (1,9%). Maar om dat aan te grijpen als een bewijs dat België sterk bezig is, is wel heel voorbarig.

Dat de Belgische economie redelijk goed door crisisperiodes raakt, is niet nieuw en is ook geen bewijs van duurzame sterkte. Ook deze keer gaat het in belangrijke mate om groei die ‘geleend’ is van de toekomst, via een oplopend begrotingstekort en snellere loonstijgingen. Beide ondersteunen de economische groei op korte termijn, maar moeten na de crisisjaren toch weer rechtgezet worden.

Alle Belgische overheden samen zitten met een begrotingstekort van bijna 5 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Zonder maatregelen loopt dat op tot meer dan 6 procent tegen 2030. Volgens simulaties van het Planbureau dringt zich de komende jaren een jaarlijkse saneringsinspanning op van 0,7 procent van het bbp (of zo’n 4 miljard in euro’s van vandaag), wat onvermijdelijk op de economische groei zal wegen.

De magere vooruitzichten signaleren nog maar eens de noodzaak van ernstige structurele hervormingen om ons groeipotentieel te versterken.

Daarnaast leidde de automatische loonindexering de voorbije jaren tot veel snellere loonstijgingen in ons land dan in de buurlanden, wat de gezinsbestedingen ondersteunde. Volgens de recentste raming van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven werd op die manier een loonhandicap van bijna 6 procent opgebouwd. Ook die moet de komende jaren gecorrigeerd worden, vooral door tragere loonstijgingen dan in de buurlanden. Dat zal in relatieve termen wegen op de economische groei.

Meer nog, net als in het verleden zal die loonhandicap ook de bedrijfsinvesteringen ondermijnen, onder meer die van buitenlandse ondernemingen in België. Daardoor weegt de loonhandicap ook rechtstreeks op de economische groei.

De komende jaren volgt de rekening dus nog. Het Internationaal Monetair Fonds verwacht dat de economische groei in België de komende vijf jaar zal uitkomen op gemiddeld 1,2 procent per jaar, het laagste onder de industrielanden op Italië en Japan na. Die magere vooruitzichten signaleren nog maar eens de dringende noodzaak van ernstige structurele hervormingen om ons groeipotentieel te versterken.

Lees verder
Gesponsorde inhoud