Een averechtse operatie Gutt

Met de opkoopoperatie ingezet door de Europese Centrale Bank be vindt de eurozone zich op onbekend terrein. Niemand kan voorspellen hoe de monetaire goocheltruc zal uitdraaien.

©Saskia Vanderstichele

‘Groter gemak dan goud en paarlen geeft / Zulk een biljet, men weet weer wat men heeft /…/ Zo blijft voortaan in al des keizers landen / Genoeg kleinodiën, goud, papier, voorhanden.’ Zo overtuigt Mephistopheles in ‘Faust’ de Duitse keizer van alle voordelen van het drukken van papiergeld. Waarna de haast bankroete keizer het bevel geeft: ‘Schatmeesters! thans de hande’ ineen geleid! / Vervult uw ambt met vreugde en waardigheid, / Nu beide werelden, beneên en boven, / Door hun verbond zo schone vrucht beloven.’

Goed twee jaar geleden verwees Jens Weidmann, de president van de Bundesbank, naar deze passage uit Johann Wolfgang von Goethes meesterwerk naar aanleiding van de 180ste verjaardag van zijn dood. Goethe had daarmee al heel vroeg de vinger gelegd op de gevaarlijke verstrengeling van geldcreatie met staatsfinanciën en inflatie. Tenminste, dat beweerde Weidmann, voor wie het opzetten van Outright Monetary Transactions (OMT) inderdaad des duivels is.

Zulke rechtstreeks monetaire transacties staan immers voor het opkopen van overheidsobligaties en privéschuldpapier onder bepaalde voorwaarden op de secundaire markt met in dit geval virtueel geld gecreëerd door de Europese Centrale Bank (ECB). Dat mechanisme, weliswaar bijgestuurd, werd afgelopen donderdag in werking gesteld door ECB-voorzitter Mario Draghi om de economie aan te zwengelen en tegelijk de eurozone uit het deflatiemoeras te trekken.

Liefst 1.140 miljard euro wil de ECB de komende maanden, tot in september 2016, boven de markten uitstrooien, in een tempo van 60 miljard per maand. Dat bedrag staat voor 10 procent van het bruto binnenlands product (bbp) van de eurozone. Het kan nog verder oplopen, want de ECB wil doorgaan met de operatie zolang als nodig is om de inflatie op het beoogde, duurzame niveau te brengen.

Een helikopter die geld uitstrooit, zoals Milton Friedman ooit voorstelde, heeft de ECB niet ingezet. Wel stappen ze in Frankfurt een eind mee in het denkraam van voormalig Federal Reserve-voorzitter Ben Bernanke, volgens wie de geldpers het machtigste wapen is tegen deflatie.

Door de voorwaarden verbonden aan de muntunie en onder vooral Duitse en Nederlandse druk moest de ECB een evenwicht zoeken tussen de solidariteit in de eurozone en de responsabilisering van de eurolanden. Met als gevolg dat de eurolanden het risico delen voor 20 procent van die 1.140 miljard, elk volgens hun aandeel in de ECB. De overige 80 procent wordt gedragen door de nationale banken. In het Belgische geval mag de Nationale Bank maandelijks nagenoeg 1,8 miljard uittrekken voor het opkopen van schuldpapier, maar wel onder rechtstreekse controle van de ECB.

In Europa is een geldcreatie van die omvang onuitgegeven. Daarom werd die ook grondig voorbereid en besproken met de rijke eurolanden die zoals Duitsland afkerig blijven van dit soort monetaire trucs, en met de belangrijkste marktspelers die ongetwijfeld opnieuw hun voordeel doen met deze kwantitatieve geldverruiming.

Precies vanwege de dreigende verankering van de deflatie die de schuld van landen als België doet oplopen, en de pijnlijke onmacht van de Europese Unie om de economie aan te wakkeren, zat er voor de ECB weinig anders op dan de hele eurozone aan dat monetaire infuus te leggen. Niets doen zou neerkomen op schuldig verzuim. En tegelijk heeft Draghi - want hij is volgens insiders de echte bouwer van de machine - hiermee een stevige voorzet gegeven voor de uitgifte euro-obligaties, zo beweren geroutineerde marktspecialisten.

Op oude wereldkaarten stonden vroeger wel eens witte vlekken. Die duidden op onbekend gebied, terra incognita. Met de opkoopoperatie van de ECB komt de eurozone op een onbekend terrein. Men kan alleen hopen dat de banken, investeringsfondsen en verzekeringen die hun opgepotte schuldpapier naar de interventie mogen dragen, het vrijgekomen geld ook aanwenden om de investeringen van vooral kmo’s en zelfstandigen te stimuleren. De meeste grote bedrijven zitten al op heuse cashbergen. Het zal er in elk geval op aankomen te vermijden dat die vrijgekomen miljarden door de financiële wereld worden aangewend om nieuwe beurs- en vastgoedbellen te blazen.

Extra kans

De opkoopactie van de ECB komt neer op een omgekeerde Gutt-operatie. Meteen na de oorlog, toen er te veel geld circuleerde, organiseeerde toenmalig minister van Financiên, Camille Gutt, een saneringsoperatie waarbij geld uit omloop werd gehaald en gebokkeeerd. Op die manier wilde hij hyperinflatie voorkomen. Daarbij geld uit de omloop werd genomen en werden bankdeposito’s geblokkeerd. Ook toen ging het erom de economie opnieuw op de sporen te krijgen, wat wonderwel is gelukt.

Nu worden virtuele miljarden in het muntsysteem geperst, in de hoop de inflatie toeneemt, de economie aantrekt, en eurolanden zoals België de noodzakelijke structurele hervormingen doordrukken. Want zonder die hervormingen wordt het opkoopprogramma van Mario Draghi een maat voor niets. De Duitse kanselier Angela Merkel, die de ECB-ingreep node ondergaat, liet er op het Wereld Economisch Forum in Davos geen twijfel over bestaan. Volgens haar kan er geen sprake zijn van nu achterover te leunen en tijd te winnen. ‘We moeten ons voorbereiden op de dag dat we onze concurrentiepositie niet meer kunnen verbergen.’ Met andere woorden: er gaat geen ons af van de Europese begrotingsvoorschriften.

Voor de federale regering betekent de ingreep van de ECB een buitenkans, die bovendien gepaard gaat met ongemeen lage olieprijzen. Het wordt al eens vergeten dat het herstel van de Belgische economie na de devaluatie van 1982 nog werd bespoedigd omdat de olieprijzen na de schokken in de jaren 1970 plots gingen dalen.

De centrumrechtse regering van Michel moet nu echt wel beginnen met diepgaander hervormingen van de arbeidsmarkt, die in een onthutsend tempo vergrijst.

Daarom moet de centrumrechtse regering van Charles Michel (MR) nu echt wel beginnen met diepgaander hervormingen van de arbeidsmarkt, die in onthutsend tempo vergrijst. Tegen 2018 ondergaat de bevolking op beroepsactieve leeftijd een ernstige krimp die heel het systeem bedreigt, ook in Vlaanderen. En de daaropvolgende jaren gaat het van kwaad naar erger.

Geld om sociale spanningen en conflicten af te kopen is er niet meer. Er zal zelfs heel dringend vers geld moeten worden gevonden. De federale regering laat verstaan dat ze de grote beslissingen wil uitstellen tot na de begrotingscontrole eind maart. Terwijl het begrotingsprobleem deze week open en bloot in de krant stond. België zit opgescheept met een begrotingstekort dat opnieuw ruim boven 3 procent van het bbp is uitgestegen. En de schuld zit een stuk boven 100 procent en moet naar 60 procent. Zelfs een rijkentaks zal niet volstaan om die financiële scheefgroei op te krikken en de federale en de regionale tenten overeind te houden.

Al te lang heeft het land zich gewen-teld in ‘de gemoedsrust van de verzorgingsstaat’, in ‘de zekerheid dat de overheid eventuele geldzorgen wel zou wegnemen’, zoals de socioloog en publicist Herman Vuijsje ooit schreef over Nederland. Die gemoedsrust en zekerheid werden onderuitgehaald door de vereisten van de muntunie. Door de financiële crisis gebeurde dat sneller dan verwacht. Zelden of nooit hebben politici ervoor gewaarschuwd dat de dag van de afrekening er snel aankwam.

Een muntoperatie als die van de ECB mag dan volgens sommigen betwistbaar zijn, ze biedt de federale en de regionale regeringen alvast een extra gelegenheid om orde op zaken te stellen. Die kans moet nu worden benut.

Lees verder
Gesponsorde inhoud