Verstandsrelatie met China

Hoofdeconoom denktank Itinera

Nee, warm hoeft de relatie van Europa met China niet te worden. Maar streven naar een verstandsrelatie is niet onmogelijk, en zelfs onontbeerlijk.

Enkele jaren geleden sprak de goegemeente nog kwaad van Donald Trumps verantwoordelijkheid om een handelsoorlog te voeren met China. Joe Biden zet echter stappen die verder gaan dan ooit. De Verenigde Staten verbiedt de facto zelfs ASML, dat in Eindhoven chipmachines maakt, zijn topproducten te exporteren naar China. Een spiraal van vergelding kan niet worden uitgesloten. Sinds kort heeft Peking Chinese spelers verboden nog te handelen met het Amerikaanse bedrijf Micron op het centrale deel van hun internetinfrastructuur.

Het is de plicht van economen te waarschuwen voor het gevaar dat zodra een dynamiek van tegenmaatregelen op gang komt die vaak heel moeilijk te stoppen is. Het is zeer terecht na te denken over strategische autonomie, zowel in de VS als in Europa. Maar die strategie moet goed worden doordacht Welke ultieme doelen streeft men na, en welke prijs wil men daarvoor betalen?

Aan goedkope praatjes hebben we niets. Wel aan investeringen in sleutelsectoren die essentieel zijn voor onze welvaart en toekomst.

We leven in een tijd waarin de emotie nogal eens de overhand neemt. Er staat veel op het spel. De houding tegenover China is aan een herdefiniëring toe. Het is zaak degenen die onbezonnen een pad bewandelen dat de verhouding met China almaar dichter bij een gevaarlijk conflict brengt, niet onbezonnen achterna te lopen. Het opbouwen van een warme band met het land mag gegeven de omstandigheden naïef blijken, dat betekent niet dat een verstandsrelatie onmogelijk hoeft te zijn. Ze is zelfs onontbeerlijk.

Het vereist een heldere definitie van onze veiligheidsbelangen en een beleid om die te bevorderen. Op economisch vlak dienen we principes te bepalen waarvan we eisen dat China ze respecteert. Als duidelijk is dat het uitgangspunt van onze relatie niet is China te willen beschadigen, is misschien meer mogelijk dan men denkt. Op dit moment is dat voor de gesprekspartners in Peking helemaal niet zo evident.

Aanbodketens

Wel moet duidelijk zijn dat oneerlijke handelspraktijken niet aanvaard worden. Diversificatie, zodat aanbodketens robuuster worden, is een belangrijke component in een rationeel beleid van strategische autonomie. Aan goedkope praatjes hebben we niks. Wel aan investeringen in sleutelsectoren die essentieel zijn voor onze welvaart en toekomst.

De nabije toekomst zal misschien al uitwijzen hoe zwaar Rusland gaat wegen op de relatie tussen de Verenigde Staten, de Europese Unie en China.

De nabije toekomst zal misschien al uitwijzen hoe zwaar Rusland weegt op de relatie tussen de VS, de Europese Unie en China. De EU moet harder nadenken over de mate waarin onze belangen overlappen met die van de VS. Brussel moet ook minder naïef worden. Het zwaartepunt van de wereldwijde chipproductie minder in Azië laten vallen is één ding, maar denken dat die dan naar de EU zou verschuiven is iets heel anders.

In meerdere van zulke dossiers kan de EU eindigen in de positie van diegene die alleen kan vaststellen dat de VS de hoofdprijs binnenhalen, terwijl ze zichzelf met wat kruimels moet tevredenstellen. De Amerikanen zijn mogelijk veel beter uitgerust voor een klimaat van confrontatie dan de EU. Hoe langer we nalaten ons huiswerk te maken voor onze positiebepaling per economische sector, hoe groter de kans dat we op sleeptouw genomen worden op een wijze die onze fundamentele belangen schaadt.

Het is niet verkeerd dat onze afhankelijkheid van China kritisch wordt doorgelicht. In sommige handelsakkoorden was er een onevenwicht. Magere potentiële baten stonden tegenover ernstige inbreuken op de soevereiniteit. We moeten bij het bewerkstelligen van nieuwe evenwichten wel vermijden dat de slinger te ver de andere richting uitgaat.

Lees verder
Gesponsorde inhoud