Advertentie

Vreemd signaal

Het is vreemd dat de voorzitter van de Europese Raad, Herman Van Rompuy, laat verstaan dat niet noodzakelijk een van de vijf kandidaten voor het voorzitterschap van de Europese Commissie, het uiteindelijk zal halen. Dat zal de kiezer zeker niet warmer maken voor de Europese stembusgang.

In België zijn de Europese verkiezingen wat ondergesneeuwd door de lokale strijd op federaal en regionaal vlak. Maar op 25 mei wordt een Europees parlement verkozen. Dat parlement duidt in principe ook de nieuwe voorzitter van de Europese Commissie aan. De grote fracties in het Europese parlement hebben allemaal hun topkandidaat al aangewezen. Als kiezer mag je dan verwachten dat als je voor de fractie stemt en die fractie wint, haar kandidaat ook het democratische draagvlak heeft om voorzitter te worden. Niet dus.

De topkandidaten zijn Jean-Claude Juncker van de centrumrechtse EVP en Martin Schultz van de sociaal-democratische fractie. Daarnaast dingen ook Guy Verhofstadt voor de liberale fractie, Ska Keller voor de groenen en Alexis Tsipras voor radicaal-links mee. Het vooruitschuiven van deze kandidaten moet de betrokkenheid met de Europese verkiezingen verhogen. De kiezers kunnen nu een gezicht plakken op hun voorkeur.

Maar in ‘De Zevende Dag’ temperde Van Rompuy dat vooruitzicht. Volgens hem is het best mogelijk dat een andere kandidaat uit de hoge hoed wordt getoverd van de Europese staats- en regeringsleiders, die de nieuwe voorzitter van de Europese executieve moeten voorstellen. Uiteindelijk moet de voorzitter de steun krijgen van de meerderheid in zowel parlement als Raad.

Herman Van Rompuy sloot niet uit dat het dus een andere voorzitter wordt dan één van de vijf die nu officieel in de running zijn. Hij erkende meteen ook dat dit tot een conflict tussen de Europese Raad en het Europarlement kan leiden, maar hij beloofde dat te ontmijnen. In ieder geval kondigt zich al een stevig institutioneel conflict op Europees vlak zich aan. Dat is ook al geen prettig vooruitzicht.

Het signaal van de voorzitter van de Europese Raad is dus vreemd. Je kan wel stemmen voor het Europese parlement, maar in de achterkamertjes worden dan uiteindelijk de postjes verdeeld. Zoals altijd. Dan woren de gebruikelijke ‘evenwichten’ van nationaliteit, geslacht en politieke kleur de doorslaggevende factor, maar democratisch is deze vorm van ratrace niet te noemen. Het democratisch deficit zou zich nog maar eens bevestigen.

Dat is niet goed voor de Europese instellingen. Het bevordert allerminst de geloofwaardigheid en het draagvlak voor de instellingen zal alleen maar krimpen. Niet alleen is het aantal kiezers dat de stembusgang mijdt schrikbarend hoog - niet de helft gaat stemmen in de 28 lidstaten -, de anti-Europese stemmen winnen ook systematisch terrein.

Een voorzitter van de Europese Commissie kan het verschil maken, vooropgesteld dat hij een sterke ruggengraat heeft. Dat betekent dat hij niet alleen begeesterend moet zijn maar diplomatisch genoeg om te wegen op het Europese debat.

De meest succesvolle voorzitter van de Europese Commissie was ongetwijfeld Jacques Delors die een wervend project in grote delen van Europa kon brengen en voldoende staats- en regeringsleiders ertoe kon bewegen dat project ook uit te dragen. De zwakste was met voorsprong Jacques Santer wiens commissie ten onder ging aan schandalen.

De huidige voorzitter José Manuel Barroso faalde in zijn tweede ambtsperiode. De eurocrisis leidde tot een grootscheepse verschuiving van het Europese beslissingscentrum naar de Europese Raad. Uiteindelijk is het de Duitse kanselier Angela Merkel die de lijnen in Europa uitzet en niemand anders. Barroso bleek geen ruggengraat te hebben.

Als er dan toch iemand in het achterafje van het Berlaymont-gebouw moet worden gekozen, dan liever iemand met een sterke ruggengraat. Liefst iemand met meer dossierkennis dan bevlogen redenaarstalent. Een nieuwe Delors dus. Meer inhoud dan vorm. Want er staat de volgende Commissie nog een reeks grote uitdagingen te wachten.

Zo moeten de eurocrisis en de gevolgen daarvan nog steeds verwerkt worden. Het reddingsprogramma is nog niet volledig rond. De jeugdwerkloosheid blijft een schandvlek in het Europese beleid en de discussie tussen besparingen versus investeringen is niet beslist. Daarnaast is er het Oekraïne-probleem dat nog een geruime tijd zal spelen. In het zog daarvan ook het levensbelangrijke energiebeleid dat vaste vorm moet krijgen. En dan is er nog het Britse referendum over het lidmaatschap van de EU of het handelsakkoord met de VS, dat pas na de Amerikaanse verkiezingen al dan niet zijn beslag zal krijgen.

De Europese Commissie is een belangrijk beslissingscentrum. Herman Van Rompuy geeft niet de indruk dat de Europese kiezers veel invloed zullen hebben op de samenstelling daarvan. Dat is jammer. En het is geen goed signaal op een week van de Europese verkiezingen. 

Advertentie
Gesponsorde inhoud