Terwijl de beurzen hoge toppen scheerden in 2019, dook de rente van de Belgische staatsobligatie op 10 jaar onder nul. En toch toont AG als pensioenverzekeraar nog altijd mooie rendementen, zowel in tak 21 als in tak 23.
AG is een van de weinige verzekeraars die zijn klanten nog zowel tak 21- als tak 23-groepsverzekeringen aanbiedt. En voor beide categorieën was 2019 een grand cru jaar, zegt Heidi Delobelle, directeur Employee Benefits & Health Care bij AG Insurance.
Die klanten, wie zijn dat precies?
Dat zijn bedrijven die voor hun werknemers bij ons een groepsverzekering hebben lopen in tak 21, in tak 23 of in een combinatie van beide.
Hoe belangrijk zijn tak 21-producten nog, in deze tijden van lage rente?
Als je de totale markt bekijkt, zie je dat zo’n 95 procent van de reserves in de groepsverzekeringen belegd is in tak 21-producten.
Is dat niet vreemd? Het gaat per definitie om langetermijninvesteringen. En dat biedt toch veel mogelijkheden om de volatiliteit van de beurzen te counteren — en op een hoger rendement te mikken.
‘In tak 21 dekken we alle rendementsgaranties af met vastrentende producten, wat onze reserves haast immuun maakt voor renteschommelingen.’
Onze engagementen liggen inderdaad op de lange termijn, vaak 30 of 40 jaar. In vergelijking daarmee is de huidige lage-intrestomgeving een vrij recent fenomeen. Bovendien zijn werkgevers door de Wet op de Aanvullende Pensioenen (WAP) verplicht om een minimumrendement te garanderen op de gestorte premies – vandaag is dat 1,75 procent. Traditioneel namen de meeste werkgevers gewoon het zekere voor het onzekere, en kozen ze voor producten met een gegarandeerd rendement, doorgaans aangevuld met een winstdeelname. We zien de laatste tijd wel een verandering, net omdat de tak 21-producten met die lage rente kampen. Bij nieuw afgesloten groepsverzekeringen bij AG wordt 20 procent geïnvesteerd in producten waarvan het rendement rechtstreeks gekoppeld is aan de onderliggende beleggingen, de zogenoemde tak 23. We zijn voor deze producten pionier sinds 1993. Met 42 procent marktaandeel in tak 23 groepsverzekeringen is AG ook in dat segment marktleider, net als voor tak 21.
De marktrente zit ver onder die WAP-verplichting van 1,75 procent. Veel verzekeraars bieden daarom zelfs geen tak 21 meer aan. U wel.
En niet alleen dat. De voorbije jaren dekte ons minimaal netto-totaalrendement – dus inclusief winstdeelname - ruim de WAP-verplichting. Voor 2019 bedraagt dit totaalrendement zelfs 2,25 procent. Daarbovenop bieden we onze klanten perspectief voor de komende jaren. Sinds 2013 kondigen we als enige verzekeraar de minimumrendementen aan van het komende en daaropvolgende jaar. Zo hebben we verleden week aan onze klanten een mooi totaalrendement voor 2020 en 2021 meegedeeld. Net zoals in het verleden hebben we hiervoor de nodige provisies aangelegd.
Hoe doet u dat?
‘Vandaag scheert de beurs hoge toppen en we zien dat de belangstelling voor tak 23-formules toeneemt.’
Zo'n 20 procent van onze portefeuille is belegd in vastgoed, aandelen, infrastructuur- en andere leningen. Dat levert extra pit aan onze investeringen. Maar zeker even belangrijk is onze buy-and-holdstrategie in obligaties: alle rendementsgaranties die we in het verleden gaven, hebben we altijd op voorhand afgedekt met vastrentende assets. Daardoor maakt het voor onze bestaande portefeuille haast niet uit of de intrestvoeten op de markt stijgen of dalen: alle verplichtingen zijn tegen de juiste rente en duurtijd ingedekt. De obligaties die we daarvoor in portefeuille hebben, komen op zeker ogenblik natuurlijk wel op vervaldag, maar tegen dan gaan de werknemers tegenover wie we die verplichtingen hebben, met pensioen.
Kijken we naar de nieuwe business, dan moeten we uiteraard met garanties komen die we in de markt kunnen dekken. Anders zouden we de bestaande, gezonde positie van AG op de helling zetten en we willen natuurlijk de goede huisvader blijven. Zo verlaagt AG het gewaarborgd rendement voor nieuwe pensioenverplichtingen van 0,75 procent naar 0,50 procent vanaf april. De oude garanties blijven uiteraard ongewijzigd, de nieuwe garanties moeten altijd gelijke tred houden met de langetermijnmarktrente.
En die is historisch laag. Worden tak 21-producten daardoor minder aantrekkelijk?
Dat is toch relatief. Zoals gezegd kunnen we voor onze tak 21-contracten tot minstens einde 2021 een aantrekkelijk gegarandeerd totaalrendement aanbieden. Klanten die een extra risico overwegen, kunnen zich richten tot tak 23, maar hoeven dit niet overhaast te doen.
Vandaag scheert de beurs hoge toppen en we zien inderdaad dat de belangstelling voor tak 23-formules toeneemt. We bieden verschillende innovatieve producten aan die het rendement van aandelen combineren met het belang dat de klanten hechten aan veiligheid en zekerheid. De Lifecycleformule bijvoorbeeld is een tak 23-product, maar past het risicoprofiel automatisch aan zodra de horizon van de beleggingen vermindert. We hebben ook Cash Balance plannen: hier garandeert de werkgever zelf een rendement naar zijn werknemers, terwijl zijn assets achterliggend door ons beheerd worden in een tak 23 en/of tak 21. Dit soort innovatieve producten bestaan al een tijdje, maar zijn nu echt aan het doorbreken.
Hoe zit het met de WAP-garantie in de tak 23-formules?
Ons Rainbow Green fonds, dat is een tak 23 met 50 procent aandelen en 50 procent obligaties, scoorde vorig jaar een zeer mooi rendement van 15,37 procent. In 2018 verloor het nog 7,7 procent, waardoor sommige werkgevers dat jaar plots moesten bijschieten. Er is dus zeker sprake van volatiliteit. Maar over de laatste tien jaar was er nog altijd een gemiddeld rendement van 5,5 procent. Op de lange termijn is het rendement dus ruim voldoende voor de WAP-garantie. Maar je moet er de volatiliteit kunnen bijnemen.
Wat adviseert u uw klanten?
Kijk naar je ervaring en beleggingskennis, de behoefte om het budget vooraf te kunnen inschatten en de financiële middelen waarover je beschikt. Een werkgever is zelf het best geplaatst om te bepalen welke soort groepsverzekering hij wil.
Ik raad klanten aan om in overleg met hun gebruikelijke contacten goed af te wegen wat ze nodig hebben en wat ze aankunnen. Het belangrijkste is dat we aan onze tak 21-klanten kunnen zeggen dat ze gerust kunnen zijn: ook dit én volgend jaar bieden we nog een mooi minimaal totaalrendement. Maar als ze dat wensen, kunnen we ook een gamma van tak 23 aanbieden. En zelfs combinaties van beide, er is voor ieder wat wils.
Aanvullende pensioenplannen behoren tot de belangrijkste Employee Benefits die een werkgever kan aanbieden. Maar tegelijkertijd zijn het complexe producten. Het is niet altijd gemakkelijk voor de werkgever om zijn inspanningen goed uit de verf te laten komen. ‘Onze contacten met werkgevers zijn al veel langer digitaal’, aldus Heidi Delobelle. ‘De werkgever kan nagenoeg alles digitaal met ons regelen. Maar die stap ook naar de verzekerden zetten: dat was niet eenvoudig. Met My Global Benefits zijn we ook hier pionier en een heel stuk voor op onze concurrenten.’
‘De werknemer kan op elk moment zijn individuele dekkingen consulteren, voor zowel leven als overlijden, op het moment zelf of bij pensionering - dat is al een aantal jaar zo. Maar vorig jaar zijn we nog een stuk verder gegaan. Sinds eind 2019 kan elke bijna-gepensioneerde de uitbetaling van zijn pensioenkapitaal digitaal afhandelen. Dat is een succes: ruim de helft van de aangeslotenen kiest nu al voor online.’
Zorg voor maatschappij en milieu
Naast technologie heeft AG ook oog voor de duurzaamheidsaspecten van zijn investeringen. ‘Dat zit in ons DNA’, aldus Heidi Delobelle. ‘We willen in onze eigen activiteiten duurzaam zijn, ook naar ons eigen personeel, dus waarom zouden we dat niet doen in ons beleggingsbeleid? Bij de keuze van onze beleggingen houden we rekening met de impact ervan op maatschappij en milieu.’
AG heeft de UNPRI ondertekend, de Principes voor Verantwoord Beleggen van de Verenigde Naties. Dat wil zeggen dat AG alleen investeert in assets die goed scoren op de ESG-factoren (environment, social, governance). De zorg voor de maatschappij blijkt ook uit investeringen in infrastructuurprojecten zoals de aanleg van de Luikse tramlijn en het project Scholen van Morgen. AG investeert ook in het Belgisch Infrastructuurfonds en focust daarbij op hernieuwbare energie, energieopslag en stedelijk transport.