Bye bye beton, marmer en glas | Toparchitecten kiezen nieuwe innovatieve materialen

Zullen stampleem, kwartsiet en giethars beton, marmer en glas vervangen? Hun oneindige mogelijkheden wisten toparchitecten als Nicolas Schuybroek en Glenn Sestig al te overtuigen.

1 | Kunsthars is het nieuwe glas

Wat is het?

Advertentie

Een kunststof, gemaakt van twee componenten die je mengt, in een mal giet en laat uitharden. Daarom wordt het ook ‘giethars’ genoemd. Velen kennen het ook onder de Engelse naam resin. ‘Het woord giethars is zoals hout: de verzamelnaam van talloze soorten, onder meer epoxy, polyester, acryl en polyurethaan’, aldus gietharsproducent Sotiris De Wit. Met zijn twintigkoppige atelier werkt hij voor alle grote namen in de design- en kunstwereld.

Wat is er zo interessant aan?

‘Ik ken geen ander materiaal dat zo veelzijdig is als kunsthars. Elke vorm, elke kleur en elke afwerking is mogelijk’, zegt designer Laurids Gallée, die vaak resin gebruikt. Hij kent het materiaal door en door, want na zijn designstudies werkte hij enkele jaren voor S.T.R.S.: misschien wel het bekendste gietharsatelier in Europa, opgericht door de Belg Sotiris De Wit. Ook designer Sabine Marcelis looft de veelzijdigheid van kunsthars: ‘Licht en transparantie zijn de belangrijkste thema’s in mijn werk. Hars past daar perfect bij, omdat het volledig transparant kan zijn of juist ondoorzichtig. Superglanzend en reflecterend, of juist mat.’

Advertentie

Wanneer kwam de doorbraak?

Die schrijven we toe aan Sabine Marcelis, die tien jaar geleden haar pastelkleurige ‘Candy Cubes’ lanceerde, die onder meer in de Celine-boetieks belandden. Haar opkomst liep synchroon met die van Sotiris De Wit, haar vaste producent met wie ze ook haar atelier deelt. Hij leerde de stiel van Vincent De Rijk, de echte pionier die al in de jaren 90 bekend werd met resin maquettes voor het architectenbureau OMA van Rem Koolhaas. Dat alles speelt zich af in Rotterdam, dat we zonder verpinken de wereldhoofdstad van het kunsthars mogen noemen.

De bekende ‘Candy Cubes’ van Sabine Marcelis.
©Courtesy of Sabine Marcelis

Wat zijn de pijnpunten?

Kunsthars is minder krasbestendig en minder stevig dan glas. Een tafelblad moet zo’n vier centimeter dik zijn, anders buigt het door. Maar vooral de ecologische voetafdruk is een probleem: giethars is een toxisch chemisch product en dus schadelijk voor mens en milieu. ‘In mijn atelier werken we alleen met polyesterhars, waarmee ze ook boten en windmolens bouwen. Epoxy en polyurethaan vermijden we, omdat velen daar allergisch op reageren’, aldus De Wit. ‘Ons bio-based hars bestaat uit 22 procent natuurlijke elementen en ik experimenteer met een nieuwe versie van 66 procent. Ik hoop ooit bij 90 procent te raken. Volledig natuurlijk lijkt me een utopie.’ Hars opnieuw smelten is onmogelijk. Wel kun je het versnipperen en toevoegen aan nieuw hars, wat een terrazzolook creëert. Een ander pijnpunt van giethars is het complexe proces. De Wit: ‘Zelfs na al die jaren gaat het nog vaak mis. Van de luchtvochtigheid tot de kracht waarmee je de twee componenten mengt, de temperatuur: alles beïnvloedt het eindresultaat.’

Binnenkijken bij Peter Ivens | Belgiës meest discrete interieurarchitect
Advertentie

Wat met de prijs?

‘Goedkoop is het materiaal niet, maar vooral het arbeidsintensieve proces maakt de objecten duur’, zegt Gallée, wiens zitbank in giethars tien- à vijftienduizend euro kost. ‘Ik gebruik uv-bestendig polyesterhars, waardoor mijn stukken nooit verkleuren. Maar die soort krimpt tijdens het gietproces. Dus giet ik een groot blok dat ik urenlang met de hand sculpteer en opschuur.’ De Grieks-New Yorkse designstudio Objects of Common Interest heeft daarop iets gevonden, vertelt medeoprichtster Eleni Petaloti. ‘Enkele jaren geleden namen we de New Yorkse gietharsstudio over van Ovidiu Colea. Een briljante uitvinder die een eigen recept en methode voor acryl­hars ontwikkelde.’

Advertentie
Advertentie
De Purple Nebula-collectie van designstudio Objects of Common Interest.
©Alejandro Ramirez Orozco

Waar kun je het zien?

In de splinternieuwe hotspot Bar Bassie in het Gentse Wintercircus is er een bar van kunsthars, ontworpen door het architectenbureau Altu. De Brusselse galerie Objects With Narratives, gespecialiseerd in collectible design, toont stukken in giethars van onder meer Laurids Gallée, Cobra Studios en Lukas Cober. De designs van Objects of Common Interest zie je bij galerie Nilufar in Milaan, die ook gietharsstukken aanbiedt van Draga & Aurel, Studio Nucleo en Flavie Audi.

Giethars van designduo Draga & Aurel bij galerie Rossana Orlandi in Milaan.

2 | Kwartsiet is het nieuwe marmer

Wat is het?

Een soort natuursteen die ontstaat wanneer zandsteen wordt blootgesteld aan grote druk en extreme hitte. Kwartsiet wordt vooral gevonden in Brazilië. Verwar het niet met kwartscomposiet: een door de mens gemaakt materiaal van kunsthars, kleurstoffen en fijn gemalen kwarts.

Deze jonge interieurarchitecte blijft ver weg van Knokse interieurclichés
Advertentie

Wat is er zo interessant aan?

Kwartsiet combineert de dooraderde look van marmer met de hardheid en gebruiksvriendelijkheid van graniet. Lees: je kunt er zonder problemen zuren op morsen, hete potten op zetten en in krassen.

In Florence maakte Pierattelli Architetture voor de renovatie van Villa il Gioiello overvloedig gebruik van kwartsiet.
©Nicola Gnesi

Wanneer kwam de doorbraak?

De jongste drie jaar is zowel de vraag naar als het aanbod van kwartsiet enorm toegenomen, aldus natuursteengroothandel BMB. ‘Door de toenemende vraag gaan ze actief op zoek naar nieuwe groeves en komen er nieuwe soorten op de markt.’

Dealer Brachot, die ook meerdere groeves bezit, zegt dat de vraag jaarlijks met een kwart stijgt. Ook Sophie Bekaert, creative director van natuursteendealer Hullebusch, voelt die tendens. ‘Toen ik vorige week ging aankopen in Italië, zag ik dat het gamma kwartsietsoorten veel groter is dan een paar jaar geleden. Eerlijk gezegd vind ik kwartsiet niet volledig matchen met de ingetogen Belgische woonstijl, door de felle, onnatuurlijke kleuren – zoals helblauw of groen – en de glanzende afwerking. Wij kiezen voor lichte kleuren, rustige tekeningen en een matte geborstelde afwerking.’ Eenzelfde verhaal horen we bij natuursteenhandel Van Den Weghe. ‘Slechts twintig à dertig procent van alle kwartsiet is interessant voor ons. Die hebben mooie, zachte kleuren, zoals de crèmekleurige ‘taj mahal’. De rest is eerder kitsch’, aldus CEO Tanguy Van Quickenborne.

Een realisatie van Hullebusch in ‘taj mahal’, een discrete kwartsietvariant.
©Cafeine

Zijn er ook pijnpunten?

Kwartsiet is keihard, maar ook doorzeefd met kleine breuken. Om te voorkomen dat de steen verkruimelt bij het verzagen, moet je hem ‘resineren’. Daarbij wordt een vacuümverpakt blok kwartsiet geïnjecteerd met kunsthars. Die vult alle scheuren op, zodat het kan worden verzaagd tot platen. Bekaert: ‘Kwartsiet voelt kouder aan dan een kalksteen zoals marmer of travertin.’

Advertentie

Wat met de prijs?

Kwartsiet is duurder dan zijn slijtvaste collega graniet, en ongeveer even duur als marmer. Zeldzame soorten, zoals roze kwartsiet, zijn dan weer een pak duurder. ‘Het bewerken is duurder dan marmer, omdat het harde kwartsiet speciaal gereedschap vergt’, aldus Bekaert.

Wie werkte er al mee?

Architect Glenn Sestig gebruikte ‘breccia imperiale’-kwartsiet voor de bars en de spa van hotel La Réserve in Knokke. ‘Het heeft de fijne tekeningen en diepe kleuren van marmer. Niet te vergelijken dus met graniet, wat nogal doods kan zijn’, zegt Sestig, die de steen onder meer ook bezigde in The Bakery van Joost Arijs in Gent.

Architect Glenn Sestig koos kwartsiet voor The Bakery van Joost Arijs in Gent.
©Jean-Pierre Gabriel

Waar kun je het zien?

Het Zwitserse kuuroord Therme Vals van architect Peter Zumthor is bekleed met zestigduizend platen ‘vals quartzite’.

Architect Peter Zumthor vatte het Zwitserse kuuroord Therme Vals op als een steengroeve en bekleedde die volledig met ‘vals quartzite’, goed voor maar liefst zestigduizend platen.
©Julien Balmer

3 | Stampleem is het nieuwe beton

Wat is het?

Een oude bouwtechniek waarbij een mengsel van klei, leem, zand en grind laag per laag wordt aangestampt tussen twee bekistingsplaten. Daardoor ontstaat de herkenbare gelaagde textuur. In het Engels en Frans staat het bekend als ‘rammed earth’ of ‘pisé’. Misschien herinner je je nog dat Sabato vier jaar geleden designkrukjes maakte met grond van het Knokse bouwproject Duinenwater.

Advertentie

Hoe nieuw is het?

Helemaal niet. Er zijn intacte stamp­lemen gebouwen van meer dan duizend jaar oud, zoals in de Jemenitische hoofdstad Sanaa. Ook in Zuid-Frankrijk en Duitsland vind je gebouwen van stampleem. De techniek maakt een comeback dankzij de focus op ecologisch bouwen. Het Brusselse BC Materials speelt daarin een voortrekkersrol. Zij produceren stampleem, leiden aannemers op, bieden kant-en-klare pakketten aan voor doe-het-zelvers, ontwikkelen projecten op maat voor architecten, en experimenteren met nieuwe toepassingen. ‘Wij hebben de oude techniek geüpdatet met de machines en wetenschappelijke kennis van nu’, aldus Ken De Cooman, medeoprichter van BC Materials.

Jonge interieurarchitecte maakt van Knoks appartement buitenverblijf voor alle seizoenen

Wat is er zo interessant aan?

Stampleem is volledig recycleerbaar. Als je zo’n muur afbreekt, heb je opnieuw grondstof die je kunt gebruiken. Steeds opnieuw. Bovendien kan de bouwgrond van de werf – vaak gezien als afvalproduct – zelf worden gebruikt als materiaal. Tot slot moet je stampleem niet bakken, wat energie spaart.

Behalve de ecologische voordelen zijn er ook gezondheidsmerites, zegt De Cooman. ‘Stampleem reguleert de vochtigheidsgraad. Bovendien bindt klei toxische deeltjes aan zich, en zuivert zo de lucht.’ Ten slotte heeft het materiaal ook uitstekende akoestische eigenschappen.

De ‘Lampe à Terre’ kun je zelf maken in een workshop van BC Materials.

Wanneer kwam de doorbraak?

In de Benelux is BC Materials de pionier: ‘Wij begonnen in 2019 en sindsdien verdubbelde de vraag elk jaar. Vorig jaar zaten we aan tweeduizend ton, dit jaar gaan we naar vierduizend ton. Het is nog altijd een nicheproduct, maar we voelen de interesse toenemen.’

Advertentie

Zijn er ook nadelen?

‘Stampleem is minder sterk dan beton. Bruggen zul je er niet snel mee bouwen. Er zijn vandaag wel experimenten met stamplemen draagvloeren die versterkt zijn met hout. Over vijf jaar zal dat wel kunnen’, verwacht De Cooman. ‘Bovendien is het lastig om in ons vochtige klimaat stamplemen façades te maken. Het is mogelijk, maar het vereist veel kennis en ervaring. Kortom: geen klusje voor doe-het-zelvers.’

Bestaan er alternatieven?

Een populaire tussenvorm is stampbeton of ‘rammed concrete’. Dat wordt, net als stamp­leem, in lagen aangebracht tussen bekistingsplaten en hard aangestampt. Deze oude techniek verdween toen gewapend beton zijn intrede deed. Architect Peter Zumthor blies het procedé nieuw leven in met zijn beroemde Bruder Klaus Kapelle in Wachendorf, Duitsland. In ons land werkten onder meer de architecten Glenn Sestig en Bruno Erpicum al met de techniek. ‘Je hebt de gelaagde esthetiek van stampleem én de sterkte van beton’, aldus Bram Maes, bouwcoördinator en betonspecialist. Je kunt het ook gebruiken voor meubels, zoals de afgeronde zitbanken in het nieuwe Knokse restaurant Dunas, van designbureau Grain.

Architecten Hanne Eckelmans en Nicolas Coeckelberghs gebruikten stampleem om het keukenmeubel in hun huis in Molenbeek vorm te geven.
©Tim Van de Velde

Wat met de prijs?

Stampleem is duurder dan beton, vooral door de arbeidsintensieve uitvoering. Het materiaal wordt handmatig aangestampt. Maar er is een robotiserings­evolutie aan de gang, zegt De Cooman. ‘In Zwitserland worden er al op een geautomatiseerde manier prefabpanelen van stampleem gemaakt. Het architectenbureau Herzog & de Meuron bouwde er al een groot magazijn mee. Wij experimenteren nu met een vloeibare versie van stampleem die we kunnen gieten als vloerafwerking. Dat gaat veel vlotter en is dus goedkoper.’

Welke architecten werkten er al mee?

BC Architects (het ‘moederbedrijf’ van BC Materials) realiseert al stamp­lemen gebouwen sinds 2012. De Brusselse architect Nicolas Schuybroek leverde net een stamplemen villa op in Wilrijk. En het architectenbureau Anversa begint binnenkort een project dat volledig wordt opgetrokken in stampleem. Dankzij architect Peter Van Impe van Ast77 staat de hoogste stamplemen wand van Europa in België. Voor zijn eigen woning in Tienen bouwde hij een wand van dik vijftien meter.

Waar kun je het zien?

In het natuurgebied Negenoord in Limburg staat een uitkijktoren van stampleem, ontworpen door het architectenbureau De Gouden Liniaal. Bescheidener voorbeelden vind je in Antwerpen, waar zowel Moose in the City als koffiebar Nives een stamplemen toog heeft. In de Brusselse showroom van keukenproducent Firmax spot je een grote tafel van ‘rammed earth’. Nog in Brussel biedt galerie Maniera een lamp aan in stampleem van Bernard Dubois. In het Zuid-Franse Arles bouwde BC Materials ook een groot atelier met de lokale, witte kleisoort.

BC Materials maakte in Atelier Luma in Arles stampleem van lokale witte klei.
©Morgane Renou
Advertentie