Zijn indringende zwart-witbeelden wonnen zowat elke denkbare fotografieprijs en hangen in musea en galeries wereldwijd. Maar Sebastião Salgado - die econoom van opleiding is - blijft ook gewoon de zoon van een Braziliaanse koffieboer. En dus is zijn nieuwste tentoonstelling op de Biënnale van Venetië een ode aan de koffieboeren in de uithoeken van de wereld. Ontmoeting met een wereldverbeteraar tegen beter weten in. 'Eigenlijk verdienen we onze planeet niet.'
ls er één iets is wat je nodig hebt om Sebastião Salgado te interviewen, dan is het tijd. De beroemde Braziliaans-Franse fotograaf spreekt traag en doordacht in een zacht, zangerig Frans. Helemaal zoals hij foto's neemt. 'Fotografie is een manier van leven', zegt hij terwijl hij op het bankje wat dichter schuift om de vragen beter te horen. Zijn gehoor is niet meer wat het geweest is. Niet omdat hij intussen al 71 is, maar omdat hij 25 jaar geleden in Koeweit ontploffende olietankers ging fotograferen nadat Saddam Hoessein die na de Eerste Golfoorlog in brand had laten steken.
'Fotografie is een langetermijnproject', zegt Salgado. 'Zelfs al neem je een foto in een fractie van een seconde. Een fotograaf moet wachten tot iets gebeurt. En tot je in een gemeenschap wordt opgenomen.' Die groepen zijn theeplukkers in Rwanda, goudzoekers in de Serra Pelada in Brazilië, vissers in Galicië of de Tarahumara-stam waarmee Salgado maanden doorbracht tijdens zijn wereldreizen. Als fotojournalist spendeerde hij het merendeel van zijn leven onderweg: voor 'Workers' reisde hij zeven jaar lang naar 26 landen; voor 'Migrations' volgde hij mensen op de vlucht voor honger, oorlog en geweld in meer dan 40 landen.
Drie cameraploegen
Zijn indringende zwart-witbeelden wonnen zowat elke denkbare fotografieprijs en hangen in musea en galeries wereldwijd. Vandaag houdt hij halt in Venetië in een gerenoveerd pand aan het centrale San-Marcoplein. Hij opent er 'Scent of a dream', een tentoonstelling in samenwerking met het Italiaanse koffiemerk Illy en gecureerd door zijn vrouw Lélia Wanick Salgado. Salgado fotografeerde twaalf jaar lang arbeiders op koffieplantages in afgelegen gebieden in meer dan 30 landen, waaronder Brazilië, India, Ethiopië, China en Guatemala.
In een ander museum in de stad hangen nóg foto's van hem en ook in Londen vindt op dit ogenblik een tentoonstelling plaats. De Duitse cineast Wim Wenders won met 'Salt of the earth', een documentaire over Salgado's leven, zelfs een César én een prijs in Cannes. Salgado is een beroemdheid. Drie televisieploegen, een rist journalisten, enkele fotografen en een nerveuze persattaché zwermen rond het bankje van de fotograaf, die er rustig onder blijft. Zelfs als een filmspot ons even verblindt.
'Mijn eerste foto voor Illy nam ik in 2002, de laatste in 2014', zegt Salgado terwijl hij even glimlacht naar de cameraman. 'Telkens leefde ik enkele weken samen met de gemeenschappen die ik fotografeerde. In zo'n afgelegen groep binnenkomen gebeurt niet zomaar. Er zijn geen hotels en je moet geïntroduceerd worden. Daarna begint het pas: geaccepteerd worden, samenleven, opstaan voor dag en dauw en mee naar het werk gaan met een rugzak met drank en voedsel voor de hele dag. Na een tijd krijg je een nauwe band met die mensen. Zonder vertrouwen maak je geen foto's, maar impressies.'
Achtervolgd door koffie
Koffie is een rode draad door de expo én door Salgado's leven. 'Ik drink geen koffie, maar koffie stroomt door mijn bloed. Mijn vader kocht koffie bij de boeren, bewerkte die en vervoerde hem met een vijftiental ezels tot aan het treinstation verderop. Ik heb hem vaak geholpen toen ik jong was.' Koffie bleef Salgado achtervolgen. Hij schreef zijn doctoraatsverhandeling in de economie over de koffiehandel en werkte voor de International Coffee Organization. 'Koffie is altijd essentieel in mijn leven geweest. De cultuur, de groei, de mensen die hem produceren. Mensen die koffie maken zijn overal ter wereld hetzelfde.'
Zijn reis bracht hem ook terug naar zijn moederland Brazilië, waar hij na zijn studies voor het ministerie van Financiën werkte. Maar in 1969, tijdens de militaire dictatuur, ontvluchtte hij het land. In Parijs maakte hij zijn doctoraat in de economie af. Maar cijfers konden hem niet boeien. Hij werd fotograaf. Per ongeluk, bijna. Zijn vrouw Lélia kocht met het oog op haar studies architectuur een Pentax, maar het was Salgado die de camera begon te gebruiken. Aanvankelijk fotografeerde hij alles, zelfs huwelijken en naaktportretten. Dan begon hij sans-papiers te fotograferen, sloot zich aan bij het fotoagentschap Gamma, vervolgens bij Magnum en maakte zijn eerste fotoreizen naar Afrika.
Kijkt een econoom anders door een lens? 'Ik ben geen econoom', riposteert Salgado. 'Ik wás een econoom. Toch hebben mijn studies me enorm beïnvloed. Ik studeerde macro-economie, dat is bijna een sociale studie. Je krijgt sociologie, antropologie, geopolitiek en publieke financiën. Het heeft me inzicht in de wereld gegeven.'
Uitgemergelde lichamen
Salgado's sterke stijl is een mes dat aan twee kanten snijdt: zo herkenbaar dat zijn naam misschien wel minder bekend is dan zijn beelden. Iedereen kent ze: de dramatische wolkenhemels in grafisch zwart-wit, zonnestralen die door een bladerdak neerschijnen op een groep vluchtelingen. Salgado is niet zomaar een fotograaf. Hij draagt het juk van de wereld op zijn schouders. In de Sahel fotografeerde hij in samenwerking met Artsen Zonder Grenzen de mensen die het hardst getroffen waren door de droogte en hongersnood. Uitgemergelde kinderlichamen? Check. Tentenkampen? Check. Cholerapatiënten en zelfs doden? Check.
Dat die tragische taferelen er ook mooi uitzien, wordt hem vaak niet in dank afge-nomen. 'Malheur als Mercedes-reclame', noemde een journalist zijn werk ooit. 'Esthetisering van miserie voor westerse consumptie', klinkt het vaak. Salgado zucht. 'Dat raakt mij niet. Dat is het probleem van degenen die de kritiek uiten. Stel dat ik een foto neem van Venetië. De stad is mooi, de mensen zijn mooi en dus is ook de foto mooi. Maar dat geldt ook voor Afrika. Waarom moet die foto dan slecht gemaakt of lelijk zijn? Mensen zijn overal mooi en willen overal op een waardige manier gerepresenteerd worden.'
Het goede doel
Salgado's foto's zijn gewild. Reken op minimaal 6.000 euro voor een print en veilingprijzen die tot 87.000 euro gaan. De kritiek dat Salgado alleen voor eigen gewin de miserie in beeld brengt, is niet helemaal fair. De opbrengst van zijn boeken, expo's of fotoverkoop herinvesteert hij vaak in goede doelen.
Ik heb gezien hoe besmettelijk haat kan zijn en ik walgde ervan. Hoe vaak heb ik mijn fototoestel niet moeten neerleggen om te huilen?Sebastião Salgado
Een anekdote: toen fotoproducent Leica hem tijdens een officiële ceremonie een M7-camera cadeau gaf met het serienummer 3.000.000, organiseerde Salgado prompt een veiling voor het goede doel, meer bepaald het Instituto Terra. De opbrengst van zijn project 'Terra' in 1997 - fotoboek en reizende expo - zo'n 1,3 miljoen euro, stak hij in een school voor Braziliaanse landlozen.
En toch. Een expo over de schoonheid van de koffieteelt, kan je dat nog 'sociale' of 'bezorgde' fotografie noemen? 'Koffie is ook een sociaal thema', zegt Salgado. 'Ecoute bien. Ongeveer 24 miljoen families ter wereld werken in de koffiebusiness. Een deel van het geld belandt niet bij de producenten omdat er te veel tussenhandelaars zijn.'
Rond de eeuwwisseling hield Salgado de humanitaire fotografie voor bekeken, nadat hij zijn hoop in de mensheid was verloren. Het zien en fotograferen van de genocides in Rwanda en Bosnië had diep op hem ingehakt. 'Ik ging door een diepe psychologische crisis', blikt hij terug in 'Salt of the earth'. 'Ik heb gezien hoe besmettelijk haat kan zijn. Hoe vaak heb ik mijn fototoestel niet moeten neerleggen om te huilen?' Dus borg hij zijn camera voor een paar jaar op.
Nationaal park
Sindsdien laat hij de donkere kant van de mensheid voor wat ze is en brengt hij hommages. Sinds 2002 fotografeerde hij in opdracht van Illy koffieboeren over de hele wereld. Dat smaakte naar meer, en in 2004 begon Salgado aan een nieuwe serie: 'Genesis'. Ditmaal een liefdesbrief aan de planeet in plaats van aan de mens. Zeven jaar lang trok hij door regenwouden, steppen en sneeuwlandschappen op zoek naar bedreigde en ongerepte natuurpracht. Toch is Salgado's hoop in de mensheid niet hersteld. 'Ik geloof niet meer in het goede van de mens. We zijn de enige diersoort die moordscholen opricht, zoals ik het leger noem. We hebben geen eerbied voor de aarde die we vernietigen en vervuilen. Eigenlijk verdienen we onze planeet niet.'
Als fotojournalist spendeerde Sebastião Salgado het merendeel van zijn leven onderweg: voor ‘Workers’ reisde hij zeven jaar lang naar 26 landen; voor ‘Migrations’ volgde hij mensen op de vlucht in meer dan 40 landen.
Daarom richtte Salgado met zijn vrouw het Instituto Terra op, een organisatie waarmee hij het ecosysteem van zijn vaders landgoed probeert te redden. Intussen plantten ze er al 2,5 miljoen bomen en maakten ze van het privé-eigendom een nationaal park. 'Een fotograaf alleen kan de wereld niet veranderen', zegt Salgado. 'Samen met journalisten, mensen van goede wil en organisaties kun je wel deel uitmaken van een wereldwijde beweging die iets in gang zet. Ofwel veranderen we de wereld samen, ofwel worden we bittere, petites critiques die vanuit onze ivoren toren neerkijken op de wereld. Alleen verander je niets.'
Na 71 jaar op de aardbol is Salgado niet minder bevlogen. 'Ik werk nog altijd op dezelfde manier als toen ik begon en dat zal ik blijven doen.' Hij glimlacht. 'Pas als ik oud ben, zal ik aan mijn nalatenschap beginnen te denken.'
'Scent of a dream', tot en met 27 september in de Fondazione Bevilacqua La Masa, Galleria di Piazza San Marco, Venetië.
'Genesis in Platinum', tot en met 24 mei, Photo London, Embankment Galleries, Londen.