Hoe ziet een Italiaans restaurant eruit dat onder handen genomen is door het chique modehuis Degand? Verzorgd, duur en heel m'as tu vu. Maar gelukkig is het ook lekker in Emily Ristorante, en dat maakt de gepeperde rekening al gemakkelijker te verteren.
Emily verwijst naar de dochter van het echtpaar Mimi en Pierre Degand, al jarenlang de vestimentaire toeverlaat van le tout Bruxelles. Toen zij plannen had voor een eigen restaurant, besloot papa alles in goede banen te leiden. Het is dan ook erg handig dat Emily Ristorante gevestigd is om de hoek van de beroemde kledingwinkel aan de Louizalaan. De inrichting is in ieder geval helemaal Degand, met luxueuze materialen en een ouderwetse degelijkheid. Vanuit een krap tafeltje in een loggia op de eerste verdieping hebben we uitzicht op een grote hal met een decoratieve kroonluchter.
Pierre Degand zelf is vanmiddag aanwezig: stijlvol in het pak en met een voorkomendheid die uit vervlogen tijden lijkt te komen. Hij superviseert een zaalbrigade die al even elegant is. Sommige personeelsleden zijn zelfs tweetalig: ze spreken Frans én Italiaans. Neen, op een woordje Nederlands moet je hier niet hopen, en dat is spijtig.
Voor haar nieuwe restaurant heeft de familie Degand Vincenzo Regine weggekocht bij Bocconi, het restaurant van het statige hotel Amigo. Dat was een slimme zet. De Italiaanse chef weet wat het publiek in een chic restaurant verwacht. Bovendien serveert hij authentieke Italiaanse gerechten, die precisie koppelen aan eenvoud en onberispelijke productkwaliteit.
Dat Emily veel aandacht besteedt aan productkwaliteit blijkt al meteen als we de kaart openslaan. Kappertjes? Die komen niet zomaar uit een bokaal maar van struiken op het vulkanische eiland Pantelleria, onder Sicilië. Hazelnoten? Uit Piëmonte. Citroen? Uit Amalfi. Ook bij gerechten met tomaat vermeldt de kaart de herkomst of het ras. Bovendien is hier duidelijk nagedacht over elk gerecht. Zo lijdt een klassieke vitello tonato (23 euro) meestal onder het euvel dat er net te veel of te weinig saus op het kalfsvlees ligt. Niet hier. De licht lopende tonijnmayonaise komt in een apart kommetje, zodat je zelf kan doseren.
Waar?
Abdijstraat 4, 1000 Brussel. Tel. 02/318.18.58. Gesloten op zondag en maandag. www.emilyristorante.com
Wijn?
Tien wijnen per glas (tussen 6 en 14 euro), plus een kaart met 60
namen. Alleen Italiaans naturalmente (tussen 20 en 490 euro per fles).
Uitgebreide kaart met aperitieven, grappa en likeuren.
Decibel?
Op het gelijkvloers, aan de toog, is het rumoerig en bruisend. Op de eerste verdieping gaat het er statiger aan toe.
Rekening?
161 euro voor twee.
Kom
ik terug?
Dit is geen Italiaan waar je elke dag de deur platloopt, maar
wel meteen een van de beste van Brussel. En daar horen stevige prijzen
bij.
Met primi piatti tussen 19 en 24 euro en hoofdgerechten die tot 38 euro kosten, is Emily een dure Italiaan. Maar je krijgt hier wel waar voor je geld. Zo is er een weergaloos bord fregola sarda (24 euro), pasta uit Sardinië die aan handgerolde couscous doet denken. Blokjes tomaat en aubergine en gerookte scamorzakaas tonen dat je het niet al te ver moet gaan zoeken om een superlekker gerecht te maken. Ook een stuk gebakken kabeljauw (35 euro) krijgt een begeleiding die misschien eenvoudig lijkt, maar het hoofdproduct wel meerwaarde geeft. Zo liggen er eersteklas gerijpt spekvet (Lardo di Colonnata) en een handvol bonen uit Controne bij. Die kleine, witte bonen zijn opgewerkt met goed gedoseerde rozemarijn, zodat een goeie kabeljauw een heerlijke vis wordt.