Exclusief | 1 jaar in het spoor van zevenkampster Nafi Thiam

In de aanloop naar de Olympische Spelen van Parijs zaten wij een jaar lang exclusief in het spoor van de zevenkampster Nafi Thiam, Belgiës strafste sportster.

Alles heeft Nafi Thiam, de strafste atleet die ons land voorbracht, al gewonnen. In veelvoud. Maar ze wil meer. En daarvoor was ze bereid zichzelf helemaal opnieuw uit te vinden. Een andere omgeving, een andere coach, een andere Nafi?

Was ik gelukkig na mijn tweede olympische titel in Tokio? Ik was opgelucht, maar compleet leeg. De weg ernaartoe was vreselijk en ik voelde te veel druk. Toen ik won, vroeg ik me af: was het dit allemaal waard? Ik heb altijd heel hard genoten van mijn sport, sinds ik klein was. Maar toen was ik het kwijt. Gelukkig ben ik uit dat negatieve geraakt.’ Nafi Thiam voelt zich in haar element in Zuid-Afrika, stilaan haar tweede thuis. ‘Als het zo blijft gaan, dan denk ik dat het heel goed zit met mijn vorm voor komende zomer.’

Advertentie
Advertentie

‘Voor mij is sport niet gewoon mijn job. Het is een manier van leven. Ik stop niet met atleet te zijn als de training stopt. En dat is waar ik zo van hou’, vertelt ze, zeer relaxed, tijdens ons gesprek op de betonnen tribune, in de deugddoende schaduw, haar lange benen uitgestrekt over de zitjes van de rij voor haar. Hoewel de herfst zich aandient in het zuidelijke halfrond is het een hete ochtend in het Coetzenburg Athletics Stadium, het atletiekstadion van de universiteit van Stellenbosch. De serene stilte wordt alleen in een hoek van de piste onderbroken door de draagbare speaker van een delegatie sprinters uit Qatar, die onder begeleiding van reggaebeats aan hun startsnelheden werken. Aan de hoog­springmat oefent een Duitse meerkampster, terwijl een team van paralympiërs, ook uit Duitsland, rondjes loopt op prothetische blades.

De wereldtop komt hier graag voor de droomcondities aan de voet van de Stellenboschberg. En weinigen zijn meer wereldtop dan Nafi Thiam, die voor het tweede jaar op rij koos voor een lange overwintering in deze wijn- en studentenstad in Zuid-Afrika. Het is (Witte) donderdag, en dat betekent rust in het volgepakte weekschema van de 29-jarige atlete, die zeven sporten getraind moet krijgen in vijf werkdagen. Sinds oktober, na een zomerseizoen vorig jaar waarin niet alles volgens plan verliep, beult ze zich hier af op de piste en in de gym, in lange sessies waarvan ze af en toe een glimp post op Instagram. Voor de rest vindt ze het helemaal prima om in alle luwte, ver van de aandacht en het rotweer thuis, ‘gewoon haar ding’ te doen.

Nafi Thiam koos voor het tweede jaar op rij voor een lange overwintering in Stellenbosch in Zuid-Afrika.
©Aart Verrips

‘In a good place’

Het voorbije jaar sprak Sabato op verschillende momenten en plaatsen exclusief met Belgiës strafste sportster, die in augustus dertig wordt, en met de mensen rond haar, een kring die ze bewust klein houdt. Over de verwachtingen van buitenaf, de druk die ze zichzelf oplegt, de eenzaamheid van het atletenbestaan, over het constante geflirt met blessures en over wat ze nog wil bereiken. ‘Ik ben op een punt gekomen dat ik heel duidelijk weet wat ik wil. En I’m in a good place hier.’

Advertentie
‘Als je wil blijven leren, moet je gewoon af en toe eens door een nieuw prisma kijken. Als atleet en als mens.’
Nafi Thiam

Het betekent meerdere dingen tegelijk. Dat ze zich opperbest voelt hier in het voortreffelijke klimaat, het meteorologische en het sportieve, van de Western Cape. Maar ook: dat het goed met haar gaat, fysiek én mentaal. De ontstoken achillespezen, die haar dwongen om het wereldkampioenschap van augustus vorig jaar over te slaan, zijn genezen. De donkere gevoelens die ze met zich meesleepte in de lange aanloop naar de door coronapandemie uitgestelde Spelen van Tokio, zijn opgeklaard. Met zichtbaar zelfvertrouwen zegt ze: ‘Als het zo blijft gaan, dan denk ik dat het heel goed zit met mijn vorm voor deze zomer.’

Advertentie
Advertentie
In Stellenbosch traint Nafi Thiam de zeven sporten van de zevenkamp in vijf werkdagen.
©Aart Verrips

Het grote doel

Deze zomer, dat is eerst Rome, en dan Parijs. In juni neemt ze in de Italiaanse hoofdstad deel aan het Europees kampioenschap, waar ze haar eerste volledige zevenkamp in twee jaar zal afleggen. Een ideale opstap, voor het hoofd en de benen (en de armen), maar ook een noodzaak, want ze moet zich nog kwalificeren voor wat begin augustus volgt: de Olympische Spelen van Parijs. Als ze daar op haar best is, en wie weet, een derde opeenvolgende gouden medaille kan binnenhalen, doet ze iets wat nooit eerder is gedaan in haar loodzware sporttak, die sinds 1964 op het olympische menu staat.

Niet dat Nafissatou Thiam, bachelor in de geografie, een nog omvangrijker palmares bij elkaar moet rennen, springen, stoten en werpen om zich voor altijd in de hall of fame van de Belgische (en internationale) sport te mogen installeren. Ze won alle hoofdprijzen al twee keer en behaalde de derde hoogste score ooit in wat puur qua atletisch vermogen allicht de meest veelzijdige – maar daarom niet altijd evenredig gewaardeerde – discipline van allemaal is. (De zevenkamp bestaat uit, achtereenvolgens en verspreid over twee dagen: 100 meter horden, hoogspringen, kogelstoten, 200 meter sprinten, verspringen, speerwerpen en 800 meter lopen.)

Maar ze wil het wel, die grotere erelijst. Alleen is Thiam, ouder en wijzer, met al haar ervaring op zak, geduldiger geworden, en selectiever in haar doelstellingen. Ze hoeft er niet meer op elk groot tornooi te staan om dezelfde prestaties nog eens te herhalen. Ze wil in de vorm van haar leven zijn in Parijs, en ze wil voor het einde van haar carrière een topscore neerzetten, als het even kan een record. ‘Ik heb veel medailles en ik ben daar heel trots op. En als ik aan een kampioenschap deelneem, is het om te winnen, want ik ben een competitiebeest. Maar als ik wil bereiken wat ik weet dat ik kan bereiken, moet ik keuzes maken en slim zijn. Ik wil meer dan gewoon die goede resultaten.’

Advertentie
Onderdeel van de training is het ‘inslijpen van automatismen’ voor de grote momenten, opdat ze dan niet hoeft na te denken, maar gewoon moet uitvoeren.
©Belga Image

Alles anders

Daarvoor moest alles wat vertrouwd was anders. Thiam had nood aan nieuwe prikkels, lichamelijk en geestelijk, aan nieuwe manieren van trainen en – o zo belangrijk – van herstellen. In de herfst van 2022 wisselde ze zeer verrassend voor het eerst sinds haar tienerjaren van coach en ging ze in zee met Michael Van der Plaetsen, die ervaring en kennis had opgebouwd in de begeleiding van zijn jongere broer Thomas, voormalig Europees kampioen tienkamp, en die al langer in Stellenbosch zijn basiskamp had. Dat zus Helena Van der Plaetsen al jaar en dag een van de twee managers is van Thiam, berust verder op puur toeval, verzekeren ze. De meerkampscene is nu eenmaal een heel klein en voornamelijk West-Europees en Amerikaans wereldje. En Thiam heeft volledig onafhankelijk haar keuze gemaakt.

‘Ik ben niet ongeduldig. Ik ben gewoon de stenen aan het leggen, zodat mijn huis stevig genoeg staat.’
Nafi Thiam

Anderhalf jaar later kan Thiam evalueren en zegt ze dat ze de juiste keuze heeft gemaakt. ‘Sommige dingen kunnen juist zitten voor sommige delen van je leven, maar niet voor altijd. Ik voelde op alle vlakken dat het nodig was. Mijn lichaam reageert beter en gezonder. En ik geniet meer, terwijl ik ook bijleer. Dit is waar ik naar op zoek was. Ik heb het gevoel dat ik vraag­tekens heb weggewerkt en veel vooruitgang heb geboekt.’

©Siska Vandecasteele

Luik, juli 2023

De populieren ruisen boven de piste van de Province Naimette Arena in Luik, waar de Meeting International d’Athlétisme de la Province de Liège op deze woensdagavond begin juli één ‘top of the bill’ in petto heeft. Nafi Thiam speelt er een thuismatch: het is de jaarlijkse meeting van haar club RFC Liège, zo dicht bij huis dat ze met de fiets had kunnen komen. Net als de mindere goden moet de dubbele olympische kampioene opwarmen op een veredelde wei achter de tribune, en zodra ze die betreedt, draaien de hoofden en klinkt een paar keer luid ‘Allez Nafi!’.

Advertentie

Thiam is hier om wat competitieritme op te doen en neemt alleen deel aan het verspringen, het is voor haar tenslotte een overgangsseizoen. Bij de thuisaanhang is het enthousiasme groot. Té groot zelfs bij de stadion-dj: die wil de mensen opzwepen bij Thiams eerste beurt en zet de intro van ‘We Will Rock You’ in gang, maar hij is te vroeg. Blijkt dat eerst nog een Nederlandse atlete moet. Thiam springt vier keer die avond, en wat opvalt: na elke landing in de zandbak volgt meteen omstandig overleg met Van der Plaetsen naast de piste.

‘Ik leg al druk genoeg op mezelf, want ik wil het heel goed doen. Daarbovenop ga ik me niet nog eens zorgen maken over wat andere mensen denken.’
Nafi Thiam

‘Verspringen is eigenlijk een redelijk simpel nummer – aanlopen, springen – maar de ontwikkeling van de snelheid, de afstand tussen de passen, de lijn tussen schouders en benen bij de afstoot, de houding in de lucht, de timing van al die fasen: allemaal stappen die ik analyseer en waarover ik feedback geef.’ En die ook een multikampioen als Thiam nodig heeft. ‘Mijn job is om erover te waken dat Nafi niet hoeft na te denken en gewoon moet uitvoeren. Automatismen erin slijpen voor de grote momenten. Maar daar gaat een heel trainingsproces aan vooraf.’

Van der Plaetsen was zelf bij de jeugd een beloftevolle atleet, eerst als meerkamper en dan als hordeloper, maar toen zijn carrière vroeg uitdoofde, door blessures ook, begon hij al als jonge twintiger te coachen. Daarvoor ging hij onder meer in de leer bij Vitaly Petrov, coach van de polsstoklegendes Sergey Bubka en Yelena Isinbaeva, waarvan hij vooral het belang van een positieve omgeving onthield. ‘Sommige mensen zijn geïnteresseerd in vliegtuigen of auto’s, ik in atleten en topprestaties leveren’, zegt de 39-jarige Deinzenaar. Thiam noemt hij een van de meest coachbare atleten die hij ooit zag. ‘Dat is ook een van de redenen waarom ze zo goed is. Het is een kenmerk van grote kampioenen. Haar motivatie is impressionant.’

©Siska Vandecasteele

Grootste triomfen

Ook aanwezig in de kleine Luikse tribune die avond, en hartelijk begroet door veel aanwezigen: Roger Lespagnard, de ex-leermeester die Thiam veertien jaar aan een stuk richting de grootste triomfen begeleidde. De atlete verraste velen compleet toen ze in oktober 2022, nota bene na een seizoen waarin ze voor de tweede keer wereld- én Europees kampioen werd, aankondigde dat hun samenwerking stopte. Het was Lespagnard, zelf drievoudig olympiër en voormalig burgemeester van Fleuron, die Thiam op haar veertiende onder zijn hoede nam. Toen al viel ze op vanwege haar aanleg en haar uitzonderlijke lichaamsverhoudingen. Sinds haar wereldrecord bij de junioren in 2013, dat door een typisch Belgische administratieve blunder niet gehomologeerd werd, reeg het duo de successen aaneen. Na zijn ontslag verhulde Lespagnard, vandaag 77, niet dat hij ‘heel ontgoocheld’ was.

Advertentie
‘Mijn achillespees, mijn rug, mijn schouder, mijn elleboog. Elk lichaamsdeel ziet af. Het is onvermijdelijk, zeker na tien jaar.’
Nafi Thiam

Het zal in Luik niet tot een weerzien komen. Wat Thiam betreft, is over de hele episode meer dan genoeg inkt gevloeid. Ze heeft haar beslissing intussen ruim voldoende gekaderd, vindt ze. Ze wil ook haar nieuwe aanpak niet vergelijken met de vorige, om geen enkele schijn van enig waardeoordeel te wekken. ‘Mijn nieuwe en vorige coach zijn duidelijk niet van dezelfde generatie, dus allicht heeft dat hun kijk op sport beïnvloed, en op het samenstellen van trainingsprogramma’s. Maar ik ga niet zeggen dat het ene beter is dan het andere. Als je wil blijven leren, moet je gewoon af en toe eens door een nieuw prisma kijken. Als atleet en als mens. En ik wil nergens spijt van hebben.’

In Luik liep het in de zomer van 2023 wat minder. Niet veel later werd bevestigd dat Nafi Thiam die zomer niet meer in actie zou komen wegens het blessurespook.
©Siska Vandecasteele

Privéleven afgeschermd

Nafi Thiam heeft geleerd om boven de ruis te staan, zegt ze. Ook al is dat niet altijd even eenvoudig. Sinds die eerste verrassende gouden medaille in Rio verwacht iedereen van haar van alles, onder meer dat ze zomaar even elke kamp waaraan ze deelneemt ook wint.‘Ik leg al druk genoeg op mezelf, want ik wil het heel goed doen. Ik ga me daarbij niet nog eens zorgen maken over wat andere mensen denken, of over hoe ze mijn woorden interpreteren. Dat is niet mijn probleem. Ik ben al meer dan tien jaar professioneel atleet, sinds mijn achttiende. Ik heb goede jaren gehad, maar ook mindere. Zo gaat een carrière. Het pad loopt niet altijd recht naar boven. Ik kan me voorstellen dat het voor mensen die geen profsporter zijn moeilijker is om te weten hoe complex het kan zijn.’

Daarin moest ze groeien, zeker als iemand die van nature schuchter is. De pers leest ze niet meer. Haar sociale media beperkt ze tot Instagram, en ook daarmee is ze voorzichtig, want elke commentaar komt heel direct binnen. Ze krijgt heel veel berichten en die zijn vooral positief, maar er zit ook regelrechte haat tussen. Die komen gelukkig in een aparte inbox die ze redelijk eenvoudig kan negeren. Haar privéleven schermt ze heel nauwgezet af, veel meer dan vroeger, want waarom zou een atleet alles met iedereen moeten delen? Tegelijkertijd is het commercieel zo belangrijk geworden, dus ze kan er niet van wegblijven.

‘Ik weet dat sport entertainment is. Er is aandacht voor nodig, van de media, van sponsors, want als er niemand kijkt, is er geen geld. Dus ik moet veel factoren overwegen als ik beslissingen neem. Maar voor mij is het niet mijn job, maar een manier van leven.’

Advertentie
Nafi Thiam doet geduldig wat van haar gevraagd wordt, ze ondergaat het met de glimlach en deelt selfies en krabbels uit, vooral aan jonge fans.
©Siska Vandecasteele

Blessurespook

De meeting in Luik wordt een lijntje in haar statistieken, niet meer, want het loopt die avond allemaal wat minder. Thiam wordt tweede met een sprong van 6,47 meter, veertig centimeter onder haar persoonlijke record. Verontrustender dan het resultaat is dat haar achillespezen te veel pijn doen en ze haar schema moet omgooien. Een week later vertrekt ze last minute op stage naar Belek in Turkije, bekend als atletenoord, omdat ze daar in betere omstandigheden kan trainen zonder de pezen verder te belasten. Tevergeefs, want wat dan al in de lucht hangt, wordt niet veel later bevestigd: ze komt niet meer in actie die zomer, op een Belgische titel in het speerwerpen na. Ze zal moeten toekijken wanneer haar rivales een maand later strijden op het wereldkampioenschap.

‘Mocht het echt haar prioriteit zijn, zou Nafi misschien een groter merk kunnen zijn, ja. Maar haar ambities liggen bij het ontwikkelen van haar talent.’
Helena Van der Plaetsen en Kim Vanderlinden
De managers van Nafi Thiam

Die flirt met het blessurespook loopt als een constante door haar carrière – door elke sportcarrière – maar misschien nog net iets meer bij meerkampers, die elk spiergroepje nodig hebben en zoveel technische bewegingen onder de knie moeten krijgen. Trainen is het lichaam pushen tot aan het randje, en dus soms ook erover, maar Thiam verliest er haar kenmerkende cool niet onder. ‘Mijn achillespees, mijn rug, mijn schouder, mijn elleboog. Elk lichaamsdeel heeft op een bepaald moment in mijn carrière afgezien. Dat is onvermijdelijk, zeker na tien jaar. Dat kun je voor een stukje controleren, maar niet volledig. Dus je moet plannen kunnen aanpassen. Ik denk dat ik dat al tien jaar lang niet zo slecht doe.’

Op het einde van de avond staat Thiam, ondanks verplichtingen zoals interviews en dopingcontrole, nog lang na zonsondergang selfies en krabbels uit te delen. Vooral aan jonge fans. Het kost haar geen enkele moeite, het doet haar denken aan de tijd dat ze zelf als kind deelnam aan het jeugdprogramma van atletiekmeetings om dan ‘s avonds op handtekeningen van de groten te jagen. Ze had niet één idool, maar keek op naar supersterren als Usain Bolt of Allyson Felix (respectievelijk acht en zeven gouden medailles). ‘Toen ik begon als prof, voelde ik dat inspiratie kan komen van eender welke atleet, want iedereen legt zijn weg af. Vandaag ben ik zelf misschien een van de gezichten van de atletiek.’

©Siska Vandecasteele
Advertentie

Brussel, september 2023

‘Don’t Stop Me Now’ van Queen knalt uit de boxen wanneer Nafi Thiam een zaal vol werknemers van Axa binnenwandelt, boven iedereen uittorenend met haar rijzige gestalte, de volle 1,87 meter, en lange braids. De uitverkoren personeelsleden van het verzekeringsbedrijf die een meet-and-greet krijgen, zijn zichtbaar starstruck. Maar geen nood: iedereen heeft de kans op een vraag en een foto, wel met het verzoek van de marketingman om die te posten op de socials, met de juiste hashtags. Thiam ondergaat het met de glimlach, hoewel het niet haar favoriete vorm van belangstelling is. Doe dan maar een stadion vol toeschouwers en camera’s, om te presteren.

‘Ik weet dat sport entertainment is. Er is aandacht voor nodig, van de media, van sponsors, want als er niemand kijkt, is er geen geld.’
Nafi Thiam

Axa is Thiams belangrijkste sponsor en kondigt die dag in zijn Brusselse hoofdkantoor een uitzonderlijk contract aan: de atlete blijft levenslang ambassadrice voor het bedrijf, ook na haar carrière – die, verduidelijkt ze in een persconferentie, niet zal ophouden in Parijs. Aansluitend geeft ze drie interviews en krijgt ze, best confronterend voor een meeluisterende journalist, drie keer precies dezelfde vragen, die ze op automatische piloot afwimpelt. Heeft ze naar het gemiste WK gekeken? (Nee.) Hoe erg is de blessure? (Het gaat goed.) Hoe groot is de teleurstelling? (Niet groot.) Ze lijkt dan een soort interviewmodus aan te schakelen. ‘Sorry, maar je moet jezelf zo vaak herhalen.’

©Siska Vandecasteele

Girl on Fire

Daarna gaat het naar een vergadering met het creatieve team dat de reclamecampagne bedenkt die Axa in de aanloop naar de Spelen met Thiam in de hoofdrol lanceert en waar heel wat complexe choreografie bij komt kijken. Thiam is onder de indruk en geeft haar zegen: ‘Très cool, très élégant.’ Voor de muziek wordt gedacht aan ‘Girl on Fire’ van Alicia Keys, al moet nog even gecheckt worden hoe het zit met de rechten. Of Thiam haar toevallig niet kent? ‘Helaas.’ Er was ook het idee om een Eurostar-trein tussen Brussel en Parijs te bestickeren met een beeltenis van haar, maar dat bleek niet haalbaar.

Thiam behoudt het eindoordeel, maar besteedt de commerciële kant al zolang ze prof is uit aan het duo Helena Van der Plaetsen en Kim Vanderlinden, die hun jeugdjaren zelf ook op de atletiekpiste doorbrachten en als studentes communicatiebeheer samen een managementbureau voor atleten (eerst Wafel, nu We Are Many) oprichtten. Ze kenden de meerkamp­wereld en het was niet moeilijk om in de achttienjarige Thiam een goudklompje te zien, maar dat het tot deze carrière zou leiden, hadden ze toen ook niet verwacht.

Advertentie

Aan hen om alles wat op haar afkomt te filteren en te maken dat ze haar tijd zo efficiënt mogelijk kan besteden. Het commerciële potentieel van Thiam, die een ambtenarenloon ontvangt van de Waalse atletiekfederatie, is in principe gigantisch, gezien haar dominantie, haar persoonlijkheid en haar atletische présence. Maar ze heeft een paar nadelen: België is een klein land, de atletiek is op financieel vlak een kleine sport, en de meerkamp daarbinnen een kleine niche. Hoewel zevenkampsters de alleskunners zijn, is de discipline – met haar puntensysteem dat een wiskundedoctoraat (of een speciale app) vereist en haar verschillende evenementen op verschillende dagen – niet meteen een kijkcijferkanon. ‘Je moet er toch een bijzondere ingesteldheid voor hebben’, zegt Vanderlinden.

In Stellenbosch is alles voorhanden voor een ideale, rustige voorbereiding: een zonnige piste, een deftige gym, een zwembad, een team van begeleiders.
©Aart Verrips

Wereldmerk

De strategie is altijd geweest om ‘premiummerken’ aan haar te verbinden waarvan, in zeer vage termen, de waarden matchen met die van Thiam. Ze heeft deals met Axa, energiedrank/sportmarketinggigant Red Bull, automerk Polestar, luxehorlogemaker Richard Mille en Nike. Er komt veel op haar af, maar haar management is bewust selectief. ‘Bedrijven die bijvoorbeeld veel actes de présence vragen of op een andere manier veel van haar tijd opeisen, dat zal nooit lukken. En ze moet er zelf oprecht enthousiast van worden of ze zal het niet doen.’

Toen Thiam na Rio plots in de schijnwerpers trad, zeiden Vanderlinden en Van der Plaetsen in De Tijd dat ze een wereldmerk kon worden. Is dat gelukt? ‘De inhoud van haar contracten is zeker meegegroeid met haar prestaties. Mocht het echt haar prioriteit zijn, zou ze misschien een groter merk kunnen zijn, ja. Maar het is over de jaren heen ook duidelijk geworden dat haar ambities liggen bij het ontwikkelen van haar talent.’ Helaas zijn de wetten van de sporteconomie hard en staan bij weinig sporten de inkomsten in verhouding tot de fysieke prestaties. ‘Nafi is daar niet door gefrustreerd. Maar wij zijn er wel van overtuigd dat de prestaties die zij levert meer waard zijn dan wat gangbaar is in de atletiek. Dat geldt eigenlijk voor veel atleten.’

In het Axa-hoofdkantoor wordt Thiam van het ene naar het andere verplichte nummer geloodst. In een studio moet ze allerlei poses aannemen voor gifs op sociale media, maar daarvoor moet ze voor een green screen staan, en haar broek is groen. Lichte paniek verspreidt zich, want ze heeft geen andere kleren bij, en het moet Nike zijn. Gelukkig sponsoren Axa én Nike ook Liverpool FC, en vindt iemand ergens in het gebouw een zwarte large trainingsbroek van de voetbalclub. Alleen het Liverpool-logo moet onder zwarte tape verdwijnen. Daarna krijgt ze snelle vragen voorgeschoteld voor korte videoclips. Favoriete atleet? ‘Simone Biles en Serena Williams.’ Boek? ‘‘The Nickel Boys’ van Colson Whitehead.’ Het gekste wat je ooit hebt gedaan? ‘Pas.’

Terwijl er zeker twintig man op staan te kijken, doet ze geduldig wat van haar gevraagd wordt. Exact zoals ze omschreven wordt door wie haar kent: beheerst, in controle over haar emoties, onverstoorbaar, gereserveerd. Voelt ze nooit eens de goesting om een klein beetje de diva uit te hangen? Het antwoord luidt nee. ‘Ik denk dat ik een kalm persoon ben. Misschien heb ik dat ontwikkeld als tegenreactie, omdat mijn mama vroeger vaak gestresseerd was. Terecht, want ze had altijd zoveel aan haar hoofd.’

Advertentie

Disney

Thiam groeide op in Rhisnes, vlak bij Namen, samen met haar zus en twee broers. Haar mama, Daniele Denisty, zorgde alleen voor de vier kinderen, na de scheiding van Thiams Senegalese vader. Als uitlaatklep deed Denisty fanatiek aan atletiek (ze werd wereldkampioen zevenkamp bij de veertigplussers in 2008), en zo rolde Thiam al vanaf haar zevende in de sport. Normaal beginnen kinderen rond hun twaalfde te specialiseren in het atletieknummer dat hen het beste ligt, maar Thiam was goed in alles, en deed alles graag. Dus bleef ze alles doen en werd het meerkamp.

Hoe voelt het eigenlijk om te winnen, om het allerhoogste te bereiken in wat je doet, een emotie die slechts een kleine minderheid mag meemaken? ‘Het zal een beetje Disney klinken, maar voor mij zit het vooral in de weg ernaartoe. Niet elke medaille op een groot kampioenschap voelt hetzelfde. Neem Tokio.’ Thiam doelt op haar tweede olympische titel, iets wat nog nooit een Belg had gekund, in de zomer van 2021. Na een slopende wedstrijd en twee lange corona­jaren barstte ze voor de tv-camera’s in tranen uit. Niks euforie, gewoon pure opluchting dat het voorbij was.

‘Ik was compleet leeg. De weg ernaartoe was vreselijk. Ik voelde te veel druk. Het hele jaar ervoor was ik elke dag miserabel. Dan won ik, maar vroeg ik me af: was het dit allemaal waard? Terwijl iedereen zegt: waarom ben je niet blij? Het gaf uiteraard voldoening, want ik had mijn doel bereikt. Maar was ik gelukkig? Nee. Totaal niet te vergelijken met Rio. Ik heb altijd heel hard genoten van mijn sport, sinds ik klein was. Maar toen was ik het kwijt. Gelukkig ben ik daar uit gekomen.’

Toch sleepte ze zich door die wedstrijddagen heen. De heptatlon is ook een mentale beproeving, want je moet jezelf steeds opnieuw kunnen aan- en uitzetten, tussen de evenementen door. Ze heeft geen ritueel om op de dode momenten tot rust te komen, maar muziek helpt. Of een boek. Je kunnen oppompen voor de momenten van de waarheid, in ‘the zone’ raken en op tijd er ook weer uit, het is een gave van kampioenen, maar Thiam heeft er geen recept voor. ‘Ik sta er niet meer bij stil. Misschien omdat ik het al zo lang doe? Of omdat ik er tijdens de training al zo vaak aan gedacht heb? Ik hou ook gewoon van wedstrijden. Ik hou ervan om te kunnen laten zien waartoe ik in staat ben.’

Later die warme septemberavond krijgen we een politie-escorte van het centrum van de hoofdstad naar de Heizel, waar de Memorial Van Damme plaatsvindt. Zodra ze aan het stadion uit de auto stapt, vormt zich opnieuw een wolk van fans om haar heen. Aan de meeting zelf kan ze wegens die zeurende pezen nog altijd niet meedoen, maar ze wordt er verwacht om een kort (en helaas nagenoeg onverstaanbaar) interview voor heel het stadion te geven. Daarna is het nog even wuiven naar een vak genodigden van de sponsor, en dan is ze snel weer weg.

Stellenbosch, maart 2024

In de tribune van het Coetzenburg-stadion in Stellenbosch ontstaat hilariteit wanneer coach Michael Van der Plaetsen komt aan gepikkeld. Hij traint graag mee met zijn pupil en zijn broer, en kreeg bij het hoogspringen een scherpe spike tegen de knie, waardoor hij nu met moeite de betonnen trappen op kan. De sfeer zit duidelijk optimaal. Bij Thiam zijn aan het einde van de lange trainingswinter onder de Zuid-Afrikaanse zon de blessurezorgen gelukkig voorbij. Of toch voor nu. ‘Als je je goed voelt, begin je je toch altijd af te vragen: wanneer komt de volgende? Is dit te mooi om waar te zijn? Maar goed, als het gebeurt, dan gebeurt het’, zegt Thiam over de genade die haar nu gegund lijkt.

Advertentie

Thiam is in haar element hier, in wat stilaan haar tweede thuis is. Alles is voorhanden voor een ideale, rustige voorbereiding. Een zonnige piste, een deftige gym, een zwembad, een team van begeleiders: waar je in België voor moet rondrijden, is hier ter plaatse aanwezig. De focus ligt op gezondheid en consistentie, zegt Van der Plaetsen, iets minder op intensiteit. Daar heeft hij expertise in opgebouwd toen zijn jongere broer Thomas tien jaar geleden teelbalkanker kreeg en moest trainen tussen de chemobeurten door. ‘We trainden eigenlijk met als doel om zo optimaal mogelijk te herstellen.’

Een gelijkaardige aanpak werkt bij Thiam, vindt de coach. Het WK overslaan bleek slim met het oog op Parijs, want daardoor kon ze vroeger beginnen met de opbouw van kracht en conditie. De data zijn veelbelovend. ‘Ze is verbeterd op haar zogezegd zwakkere punten, zoals mobiliteit en kracht. Haar power output is met twintig procent gestegen. Haar VO₂max (maximale zuurstofopname, de meest gebruikte parameter voor fitheid, n.v.d.r.) is veel hoger. Positief allemaal, maar dat maakt het eind­resultaat niet automatisch beter.’

Griekse godin

Thiam werd begiftigd met de morfologie van een Griekse godin, ze is met haar ledematen een freak of nature, in de beste zin van die uitdrukking. Dat geeft haar een voorsprong op de rest, maar misschien zit haar echte talent nog meer in het mentale, denkt haar coach. ‘Ze is echt naar hier gekomen om het beste uit zichzelf te halen, daar maakt ze heel weinig compromissen in. Ze wil nog iets speciaals doen, dat is duidelijk.’

Dat is naast die derde gouden medaille dus ooit een nieuwe topscore. Slechts vier vrouwen in de geschiedenis slaagden erin om een zevenkamp met meer dan 7.000 punten af te werken. Thiam scoorde in 2017 7.013 punten, nog altijd haar beste prestatie en op een zucht van het Europese record van 7.032 punten van de Zweedse Carolina Klüft. Het wereldrecord, al sinds 1988 op naam van de Amerikaanse legende Jackie Joyner-Kersee, ligt op 7.291 en lijkt onhaalbaar ver weg. Als Thiam al haar zeven persoonlijke records optelt, komt ze aan 7.286 punten. Dus heeft ze een wel zeer begenadigde dag nodig, en dan nog wat meer. Maar dat Europese record, daar lijken de zinnen wel op gezet.

Moneytime

Op enkele maanden van de Spelen nadert moneytime, maar laat Thiam maar zo lang mogelijk in haar trainingsbubbel blijven. ‘Ik ben niet ongeduldig. Ik ben gewoon de stenen aan het leggen, zodat mijn huis stevig genoeg staat.’

Denkt ze op zulke momenten nog vaak terug aan de vele treinritten van vroeger? Voor ze voor haar studies naar Luik verhuisde, spoorde ze als middelbare scholier meermaals per week na een lange schooldag vanuit Namen naar haar club om te gaan trainen. Haar huiswerk deed ze onderweg. ‘Dat is totaal geen slechte herinnering of zo. Misschien wat saai soms. Maar het is wel deel van mijn traject. Het zegt waarschijnlijk iets over hoe toegewijd ik al was op jonge leeftijd.’

Topsporter zijn, dat is ook het talent aan de dag leggen om gedisciplineerd te leven, maar daar heeft Thiam het nooit moeilijk mee gehad. Nooit was er het gevoel dat het goede leven aan haar voorbijging. ‘Helemaal niet. Wat ik kreeg van de sport, zelfs op de leeftijd wanneer anderen begonnen uit te gaan en te drinken en zo, gaf me veel meer voldoening. Atletiek heeft me zoveel gegeven. Zoveel nieuwe plaatsen en nieuwe mensen. Ik heb er veel meer voor teruggekregen dan ik heb moeten missen.’

Of ze al een idee heeft van wat ze gaat doen op 10 augustus, de dag na de olympische zevenkamp, vraag ik haar nog. ‘Rusten, neem ik aan’, zegt ze. ‘Zoals altijd na een zware wedstrijd. Dan wil je gewoon slapen. Dus ja: rusten, na hopelijk de beste heptatlon van mijn leven.’

Advertentie