Wallonië halveert tekort, maar toch baren financiën zorgen
De Waalse regering reduceert haar tekort tot 207 miljoen euro en mikt tegen 2024 - drie jaar vroeger dan Vlaanderen - op een evenwicht. Achter de façade zitten echter minder rooskleurige cijfers verstopt.
De Waalse regering heeft donderdag een akkoord gesloten over de begroting van 2022. De ploeg van minister-president Elio Di Rupo (PS) plant volgend jaar 4,1 miljard euro meer uit te geven dan de ongeveer 19 miljard euro die Wallonië binnenkrijgt. 'De pandemie en de dodelijke en verwoestende overstromingen van juli hebben Wallonië in een absolute noodfase geduwd', klinkt het.
Toch blijft het begrotingstekort beperkt tot 207 miljoen euro, waarmee het deficit met de helft werd gereduceerd tegenover 2021. De Waalse regering kon haar begrotingswerk afronden zonder grote besparingen of nieuwe belastingen.
Een aantal kosten mogen van de Europese Commissie buiten beschouwing worden gelaten, waardoor het aanvankelijke tekort van 4,1 miljard euro wordt teruggebracht tot een dikke 3 miljard euro. Daarvan worden dan nog eens 360 miljoen euro eenmalige corona-uitgaven, 735 miljoen eenmalige uitgaven voor de heropbouw na de overstromingen en 1,7 miljard euro voor de relance van afgetrokken. Zo landt Wallonië op een tekort van 207 miljoen.
Eenmalige uitgaven
Dat eenmalige uitgaven buiten beschouwing worden gelaten is een gangbare praktijk bij het opstellen van begrotingen. Voor investeringen is dat echter discutabel. Waals minister van Begroting Jean-Luc Crucke (MR) benadrukt dat Wallonië niets anders doet dan de andere regio's.
Ook in Vlaanderen gaapt een kloof van 4 miljard euro tussen de inkomsten en de uitgaven, al is de Vlaamse begroting met een budget van ruim 50 miljard euro veel groter. Vlaanderen houdt wel minder kosten buiten de begroting, want het landt nog altijd op een tekort van 1,6 miljard euro.
Ook-niet-meegetelde uitgaven moeten natuurlijk wel gefinancierd worden. Wallonië rekent op 300 miljoen euro van de Europese Investeringsbank en op een lening van 1,2 miljard euro van de federale overheid voor de wederopbouw na de overstromingen. De rest moet Wallonië lenen op de financiële markten.
Tegen 2024 hoopt de Waalse regering haar begroting in evenwicht te krijgen. Dat is vroeger dan Vlaanderen, dat mikt op 2027. Een belangrijke nuance is dat de Vlaamse begroting ook de uitgaven voor onderwijs en welzijn omvat. In Franstalig België zitten die bij de Franse Gemeenschap, die in financieel zwaar weer zit. Haar tekort bedroeg vorig jaar 1 miljard euro op een budget van 12 miljard. De minister van Begroting van de Franse Gemeenschap, Frédéric Daerden (PS), gaf al meermaals aan dat haar financiële situatie op termijn niet houdbaar is.